1125189ee0e5d58caa54b01c9408c931 w400 h250 cp sc“Je moet of winnen en heersen, of dienen en verliezen. Ondergaan of triomferen, het aambeeld zijn of de hamer” (Goethe)

Echo's van Versailles

Recent las ik de memoires van John Maynard Keynes, de bejubelde Engelse econoom die deelnam aan de onderhandelingen in Versailles na de nederlaag van Duitsland in WOI. De gelijkenissen met de huidige onderhandelingen rond de kwestie van de Griekse schuld zijn treffend.  Het enige verschil is dat Duitsland toen het slachtoffer was en nu de onderdrukker.

In 1919 was Duitsland geruïneerd. De industrie was verlamd en de handel gewurgd door het embargo dat werd opgelegd door de overwinnaars. Duitse vrouwen en kinderen leden honger. Toch drongen de geallieerden, vooral Frankrijk, er op aan om het wanhopige Duitsland nog meer te straffen. Duitsland werd genadeloos de keel dichtgeknepen om de schade van WOI te herstellen.

Keynes, die in tegenstelling tot de meesten van zijn klasse wél verder kon kijken dan zijn neus lang was, protesteerde tegen deze waanzin. Hij wees op de evidentie dat Duitsland onmogelijk haar schulden kon betalen. En dat men door Duitsland met de rug tegen de muur te zetten de weg vrij maakte voor de Bolsjewieken. Hij waarschuwde dat tenzij de wurggreep op Duitsland werd opgeheven “de industriële toekomst van Europa zwart zou zijn en de vooruitzichten voor de revolutie zeer gunstig.”

Later bleken zijn voorspellingen uit te komen, maar in die tijd besteedde niemand aandacht aan deze waarschuwingen. Uiteindelijk sprongen de onderhandelingen tussen Frankrijk, Duitsland en Engeland af. De Duitse schuldenberg nam toe en dit resulteerde in een Franse bezetting van het Ruhrgebied en een revolutionaire situatie in Duitsland in 1923.

Nu herhaalt de geschiedenis zich. Na zes jaren van soberheid, die onder Duitse controle werd opgelegd door de Eurozone, is de Griekse economie vernietigd. Het lijkt wel alsof ook Griekenland een catastrofale nederlaag heeft geleden in een oorlog. Griekenland is in een diepe recessie geduwd waarbij het minstens 25 procent van haar Bruto Nationaal Product heeft verloren. Met massale werkloosheid en immense verarming en lijden tot gevolg, wat we in Griekenland niet meer gezien hebben sinds WOII.

Beweren dat het herstel is begonnen, is een zeer wansmakelijke grap. De meest recente cijfers tonen dat belastinginkomsten gedaald zijn, terwijl de Griekse schuld gestegen is tot een onhoudbaar niveau. De opgestapelde schuld die zes jaar geleden, voor het soberheidsbeleid nog 125 procent van het BNP bedroeg, staat nu op 175 procent. Zelfs een blinde kan zien dat de schuld nooit ofte nimmer terugbetaald kan worden. Toch blijven Berlijn en Brussel de druk opvoeren om nog grotere besparingen door te voeren. Het soberheidsbeleid duwt Griekenland tot op de rand van de afgrond.

De nieuwe Griekse Eerste Minister, Alexis Tsipras en Minister van Financiën, Yanis Varoufakis vlogen naar Parijs, Londen, Brussel, Berlijn en Rome op zoek naar een compromis. Maar er waren geen compromissen beschikbaar. De Duitse Minister van Financiën Wolfgang Schäuble, de meest vurige tegenstander van de heronderhandeling van de Griekse schuld, reageerde met een karakteristiek cynisme: “regeren is een ontmoeting met de realiteit en de realiteit is vaak niet zo mooi als een droom”. Als de leiders van Syriza droomden, werden ze ruw wakker geschud. De boodschap voor hen was duidelijk: betaal de schulden! Volledig en op tijd!

Net zoals de Franse heersende klasse in 1919, toont de Duitse bourgeoisie zich hebzuchtig en onverzadigbaar, vastberaden de laatste druppel bloed uit hun slachtoffers te persen. Ze gebruiken een combinatie van dreigementen en hulpmaatregelen, waarvoor ze de Grieken laten betalen met strenge soberheid. Het is een equivalent van de brutale herstelmaatregelen die Duitsland zelf door de geallieerden werd opgelegd na de eerste wereldoorlog. In 1919 zei Keynes dat in de filosofie van Clemenceau („dry in soul and empty of hope”) geen plaats was voor sentimentaliteit. Dat gaat ook op voor Wolfgang Schäuble met zijn stalen gezicht.

De vernieling van de Griekse democratie

Wanneer burgerlijke commentatoren klagen dat de democratie in Griekenland bedreigd is, bedoelen ze eigenlijk dat het kapitalisme bedreigd is. En dat is heel juist. De echte bedreiging voor de democratie komt echter van de bankiers en de kapitalisten zowel binnen als buiten de Griekse landsgrenzen.

De EU legt haar beleid op aan landen zonder ook maar enige rekening te houden met de wensen van hun kiezers. De EU wil enkel samenwerken met regeringen die bereid zijn te doen wat ze zijn opgedragen: het volk plunderen om de bankiers te betalen. Maar wanneer er zoals in Griekenland een regering is verkozen die 'Nee' durft zeggen, zijn ze bereid tot de meest afschuwelijke vorm van afpersing om hen op de knieën te dwingen.

In 1919 klaagden de Duitsers: “De Duitse democratie is nu vernietigd... door dezelfde mensen die tijdens de oorlog beweerden dat ze ons de democratie zouden brengen… Duitsland is geen volk en staat meer, maar louter en alleen een bedrijf dat door haar kredietverschaffers in handen van de ontvanger is geplaatst.” Wat toen klopte voor Duitsland klopt nu voor Griekenland.

De trojka heeft Griekenland behandeld als een vazalstaat. Dat is niet veranderd. Het enige verschil is dat Berlijn en Brussel vriendelijk hebben toegelaten dat de regering in Athene een lijst van voorstellen mocht opstellen, in plaats van er meteen een te dicteren. Maar aangezien de EU zal beslissen welke voorstellen aanvaardbaar zijn, is het verschil slechts een vijgenblad om de rauwe werkelijkheid van overheersing te verbergen.

Christine Lagarde, het hoofd van het IMF, legde uit dat het onwaarschijnlijk was dat haar deel (3,6 miljard) van het 7,2 miljard euro omvattende steunpakket uitbetaald zou worden tenzij Athene hervormingen goedkeurde die verder gingen dan de "beleidsperimeters die in de lijst van de regering werden opgenomen". Mario Draghi, de voorzitter van de ECB,  uitte gelijkaardige verklaringen. Ze eisen dat verregaande diepe besparingen worden aangehouden om de Griekse schuld terug te brengen tot 110 procent van het BBP tegen 2020.

Channel Four correspondent Paul Mason vroeg Jeroen Dijsselbloem, de Nederlandse minister van Financiën en het hoofd van de Eurogroep, of Europa de Griekse democratische wil niet had "vernield". Hij antwoordde dat de kiezers in het ene land niet de kiezers van een ander kunnen vertellen hoe ze hun geld moeten spenderen. Wat de heer Dijsselbloem echt wou zeggen is: Wat zijn de levens, banen of verzuchtingen van 11 miljoen Grieken waard vergeleken met de handelsbalans van onze banken?

Illusies van Syriza gebroken

De leiders van Syriza lijken te denken dat het mogelijk is om een clash te vermijden met slimme tactieken en manoeuvres. De Duitse onderhandelaars dachten net hetzelfde in 1919. Manoeuvres en tactiek zijn inderdaad een belangrijk onderdeel van oorlogsvoering en diplomatie, maar het is belangrijk om zich de limieten ervan te realiseren. Varoufakis ontdekte vrij snel dat zijn manoeuvreerruimte zeer beperkt was. De Duitsers lieten hem al gauw weten dat ze niet in de stemming waren om spelletjes te spelen.

De Griekse vertegenwoordigers trokken naar Brussel met veel hoop en grote verwachtingen om een akkoord te bereiken. Ze dachten dat het aantonen van de erbarmelijke situatie waarin het Griekse volk verkeert genoeg zou zijn om zelfs de hardste politici van Berlijn te doen smelten. Ze waren bereid om redelijk te zijn, toegevingen te doen, met het geloof dat de andere kant vervolgens hetzelfde zou doen. Varoufakis probeerde in Brussel ook de angst voor een breuk met de EU uit te spelen. Het moet op sommigen toch wat indruk gemaakt hebben. Het zag er zelfs even naar uit dat een akkoord zou bereikt worden. Maar toen klonk het “Nein” bij de Duitsers.

Toen Trotski tijdens de onderhandelingen bij Brest-Litovsk probeerde de besprekingen te rekken, zette de Duitse generaal Hoffmann op een gegeven moment zijn laarzen op tafel. Trotski zag dat alle aanwezigen deze daad goed begrepen en dat ze de echte situatie uitdrukte. De Duitse verwerping van de Griekse poging tot compromis is vergelijkbaar met Hoffmann's laarzen. De bedoeling was tweeledig: tonen wie de baas is en Syriza vernederen.

Duitsland speelt echter een gevaarlijk spel. De exit van Griekenland uit de Eurozone kan leiden tot een ramp voor de gehele zone. Het kan zelfs leiden tot de ineenstorting van de EU zélf, waarop een schokgolf door de internationale financiële markten zal gaan met mogelijk een nog grotere globale recessie tot gevolg. Dat verklaart het verschil in houding tussen Berlijn en Brussel tegenover de Grieken.

Blijkbaar vindt een deel van de heersende klasse van Duitsland en haar Noord-Europese satellietstaten Finland en Nederland het niet erg mocht Griekenland de Eurozone verlaten. Een recent artikel in de Financial Times wees al in die richting.

In werkelijkheid zou een Grieks faillissement zeer ernstige gevolgen hebben. Het crashen van de banken in Griekenland zou banken in heel Europa en zelfs daarbuiten aantasten, aangezien alle banken direct of indirect verbonden zijn met de Griekse banken. Een Grieks vertrek uit de Eurozone zou regeringen dwingen om enorme hoeveelheden geld te pompen in hun eigen banken.

Een Grieks faillissement zou een verwerping van al de schulden betekenen en vergelijkbaar kunnen zijn met de ineenstorting van de Duitse economie in 1923, inclusief de enorme inflatie die haar vergezelde. De terugkeer naar de Drachme zou een grote devaluatie en kapitaalvlucht tot gevolg hebben. De schokgolven zouden te voelen zijn door heel Europa en de rest van de wereld die reeds te kampen hebben met de gevolgen van de crisis.

De Financial Times van 9 februari voorspelde dat “het domino-effect zich eerst en vooral naar Zuid-Europa zou verspreiden ‚de dominante regio’s' in het Noorden en vervolgens Engeland en Noord-Amerika.” Daarom was Obama zo gebrand op het bereiken van een akkoord met Griekenland.

“Doe Duitsland betalen” was een populaire slogan in de straten van Parijs tijdens de onderhandelingen in Versailles. Die slogan ging voorbij aan het nietige detail dat Duitsland met zijn geruïneerde economie simpelweg niet kon betalen. En Griekenland is daar vandaag ook niet toe in staat. Maar dat betekent geenszins dat de heersende klasse in Frankrijk toen, of die van Berlijn vandaag, meer bereid zouden zijn om tot een compromis te komen. De dames en heren in Berlijn moeten beseffen dat hun eisen voor de Grieken niet haalbaar zijn. Vanuit dat opzicht lijkt hun houding dan ook onlogisch. Maar politiek en economie worden niet noodzakelijk gedreven door logica. Hier spelen hebzucht en angst een veel grotere rol (dan het syllogisme van Aristoteles).

Merkel is bezig met iets dat veel nauwer aan haar hart ligt dan logica, menselijkheid, democratie in Griekenland of het behoud van de Europese Unie. Zij denkt vooral aan de volgende verkiezingen in Duitsland. De Duitse pers heeft een grootschalige campagne opgezet die de Grieken als luiwammesen moet afschilderen. De stemmingmakerij tegen welk compromis dan ook is harder geworden, net zoals in Frankrijk in 1919. Het anti-Euro ‚Alternative für Deutschland’ (AFD) groeit. In Merkel's eigen partij zijn velen er tegen om Griekenland nog verder te ondersteunen.

Er is niets opgelost

In december vorig jaar was ik in Athene. Ik werd geïnterviewd door de officiële krant van Syriza, Avgi genaamd. De journalist vroeg me wat ik dacht van het Europese anti-soberheidsblok. Ik zei: “Welk blok bedoel je? Zo'n blok bestaat helemaal niet.” Mijn commentaren (die niet gepubliceerd werden) bleken al snel te kloppen.

Kort na de verkiezingen vertrokken Tsipras en Varoufakis voor een ronde langs de Europese hoofdsteden in de hoop een indruk te wekken van jeugdige verandering, benadrukt door hun onconventionele kleding. Maar hun geloof dat Spanje, Portugal en Italië hen zouden steunen in hun anti-soberheidsstandpunt was een spijtige vergissing.

“Ik denk dat dit bijna een totale capitulatie is,” zei Raoul Ruparel, het hoofd van economisch onderzoek van Open Europa, een groep die bezig is met research in Londen. “Tsipras gokte op een anti-soberheidsgevoel in Europa en dacht dat door in te zetten op verandering vele landen zouden volgen. Geen enkel land heeft dit echter gedaan.”

Zelfs wanneer ze hun zaak bepleitten in de Europese hoofdsteden, nodigden Merkel en Schäuble de Europese leiders uit om naar Berlijn te komen en drongen nogmaals aan op de noodzaak van financiële discipline en "markthervorming". Tussen de uitstapjes naar Brussel door voor noodvergaderingen van de ministers van Financiën, woonde Schäuble een presentatie door de minister van Financiën van Portugal bij in Berlijn, één van de Zuid-Europese landen die door Griekenland werden gezien als natuurlijke bondgenoten. Net zoals Griekenland moest Portugal jaren van soberheid doorstaan nadat het land een financiële infuus had aangevraagd.

De Portugese minister van financiën, Maria Luis Albuquerque sprak er in Berlijn vol trots over hoe Portugal alle pijnlijke gevolgen van de hulp doorstaan heeft om ‚terug aan geloofwaardigheid te winnen'. Natuurlijk heeft zij er zelf niet veel onder geleden. Dat was vooral het privilege van de werkende klasse, de werklozen en de kleine zelfstandigen. Haar speech klonk als muziek in de oren van haar Duitse meesters.

De massa's zijn bereid te vechten

De Griekse schulden bedragen ongeveer 315 miljard euro. Volgens bepaalde berekeningen komt dit neer op 30 000 euro per Griek. Dat wil ook zeggen dat Griekenland 25 miljard moet betalen per jaar aan intresten alleen. Het is dus zeer duidelijk dat dit nooit kan betaald worden. Niet alleen Griekenland, maar ook Italië, Portugal en Spanje gaan stilaan gebukt onder het juk van de massale werkloosheid en schuld. Op kapitalistische basis is er geen enkele uitweg uit deze crisis, behalve wanneer we bereid zijn decennia van drastische besparingen en een enorme daling van de levensstandaard te aanvaarden. Maar dit is voor de mensen ondraaglijk.

De deal die werd bereikt met de EU heeft niets opgelost. Het betekende niet het einde van een vijfjarig Grieks drama, maar enkel het begin van een nog woeliger tijdperk. De komende maanden zullen crisismaanden zijn met eindeloze gespannen onderhandelingen. Het uitgebreide hulppakket zou 240 miljard euro waard zijn, maar loopt af in juni en tegen dan (of zelfs daarvoor) zal Griekenland een nieuw infuus nodig hebben om het failliet te vermijden. Het komt er gewoon op neer dat Griekenland niet kan betalen.

De oude partijen in Griekenland zijn in diskrediet gebracht en worden zelfs gehaat. Alle hoop was op Syriza gericht na de verkiezingsoverwinning van 25 januari. Maar die hoop ging gepaard met een zekere mate van scepticisme. Zal Syriza doen wat ze zeggen? Of zullen ze hetzelfde doen als Pasok en de anderen? Daarom kreeg de nieuwe regering na de verkiezingen de enthousiaste steun van een overweldigende meerderheid van de bevolking van Griekenland toen bleek dat zij voor een verwerping van het Memorandum, de Troika en de soberheid stond.

Voor het eerst in vele jaren kwamen duizenden mensen op straat om de regering te steunen. De steun voor Syriza groeide in de peilingen van 36 procent naar 45 procent na de verkiezingen, terwijl Nea Demokratia terugviel van 27 procent naar 18 procent.. Een overweldigende 83 procent had een positieve indruk van de regering en 80 procent steunden de beleidsverklaring van de regering. Meer dan 75 procent steunden het standpunt van de regering in de onderhandelingen. Vanzelfsprekend was het hoogste aantal instemmenden te vinden onder Syriza en ANEL kiezers, meer dan 90 procent. Dat was echter ook het geval met kiezers van de Gouden Dagenraad. Uit peilingen bleek dat ook kiezers van andere partijen de nieuwe regering steunden. 73 procent bij KKE, 69 procent bij Pasok en zelfs 41 procent bij de conservatieve Nea Demokratia gingen akkoord.

Sindsdien zien we echter een zekere terughoudendheid. De toegevingen aan de EU doen het gevoel opleven dat er helemaal niets is veranderd. Desondanks blijft de steun aan de regering groot. In de meest recente peilingen geeft 68 procent aan tevreden te zijn, terwijl 23 procent ontevreden is.

Dit is een daling ten opzichte van peilingen van twee weken geleden, waar de steun voor de beleidsverklaring van de regering tussen 80 en 90 procent lag. De steun voor het standpunt van de regering in de onderhandelingen lag tussen 72 en 75 procent. De massa's wilden dat de regering voet bij stuk hield. Maar toen Varoufakis steeds meer toegevingen begon te doen, werd de houding kritischer. Het is een waarschuwing voor Syriza.

Overwinning of nederlaag?

Tsipras beweerde dat de regering erin geslaagd is de leenovereenkomst te scheiden van het memorandum en met succes de soberheid in vraag stelde. Het is echter duidelijk dat de toegevingen van Varoufakis een grote stap achteruit betekenen vergeleken met de essentie van het Thessaloniki-programma.

Ongetwijfeld dacht hij dat de EU zich in de onderhandelingen redelijker zou opstellen als gevolg van zijn toegevingen. Maar indien dat het geval was, heeft hij zich ernstig misrekend. Zwakte lokt agressie uit. Voor elke stap die de Griekse regering terug zet, zal Merkel en Schäuble er tien meer vragen.

Een nederlaag voorstellen als een overwinning is een zeer ernstige fout. Het is noodzakelijk het Griekse volk de waarheid te vertellen. De waarheid is dat een beleid dat de belangen van het Griekse volk verzoent met de belangen van het kapitaal en de 'Europese partners' (wat eigenlijk zo veel betekent als de Europese bankiers) onmogelijk is.

Het programma waarop Syriza de verkiezingen won omvatte ondermeer de omkering van het bezuinigingsbeleid van de vorige Pasok en ND regeringen, het herstellen van het niveau van het minimumloon, de verhoging van pensioenen, gezondheidszorg, onderwijs- en werkloosheidsuitgaven. Dit werd allemaal afgewezen door de EU. De overeenkomst om de „reddingsoperatie” te verlengen voor vier maanden, terwijl zware besparingen opgelegd worden, is enkel uitstel van de onvermijdelijke botsing tussen Griekenland en Brussel-Berlijn. De formele afschaffing van de toezichthoudende rol van de trojka is een leeg gebaar, want "de instellingen" zullen controle blijven uitoefenen, dat is dus min of meer hetzelfde.

Het akkoord heeft een storm van oppositie doen ontstaan binnen de partij, zelfs op niveau van de leiding. Sommige parlementsleden verweten Varoufakis dat hij probeerde te ontkennen dat hij effectief een nieuw memorandum voor Griekenland had ondertekend. Onder hen die bang waren dat de regering te ver ging in het sluiten van compromissen, waren verschillende invloedrijke personen, zoals Zoe Konstantopoulou, de pas verkozen parlementaire woordvoerdster. Zij zou de deal niet gesteund hebben door enkel ‚aanwezig’ te stemmen op de vergadering van de parlementaire fractie van Syriza. Panagiotis Lafazanis, de minister belast met het opkrikken van de economische productiviteit, stemde ook ‚aanwezig’, net zoals alle parlementsleden en verscheidene staatssecretarissen.

Dat er ernstige meningsverschillen bestaan rond het akkoord werd duidelijk met de publicatie van een uitgebreide kritiek erop door Yiannis Milios, lid van de Syriza-leiding en architect van het economisch beleid van de partij. In een lange analyse geschreven in samenwerking met andere adviseurs van Syriza noemde hij het akkoord een eerste stap op glad ijs. Hij bekritiseerde het gebrek aan cijfers en doelstellingen en de vage taal in de overeenkomst die de regering fundeert op los zand.

"Het feit dat de regering ervoor kiest om de voor de hand liggende toegevingen en de gedwongen wijzigingen in haar programma voor te stellen als een 'overwinning' is een slecht teken voor de toekomst, omdat het laat zien dat ze meer bezig is met de vorm in plaats van met de inhoud ," schrijven de auteurs.

"Het economische landschap waar de regering op vertrouwt voor de onderhandelingen en de herziening van de definitieve overeenkomst is broos.”

Milios en zijn co-auteurs stellen dat er een nieuw offensief moet komen om de schade te herstellen, een 'memorandum voor welvaart' dat gericht moet zijn op intense bestrijding van belastingontduiking op hoge inkomens, de zwarte markt voor brandstof, tabak enz. Dit om „nieuwe allianties te kunnen sluiten met de werkende klasse.”

Het doel ‚de oligarchie te doen betalen’ is nog nooit zo dringend geweest volgens de auteurs. Dat het nodig is de rijken aan te vallen om de belangen van de arbeidersklasse te verdedigen wijst zichzelf uit. Het is echter niet genoeg om meer geld te proberen vinden door maatregelen tegen belastingontduiking. Rijke Grieken hebben belastingontduiking tot een kunst verheven en beschikken over duizenden manieren om de fiscus om de tuin te leiden. Ondertussen gaat de kapitaalvlucht uit Griekenland verder. Indien deze bloeding niet gestelpt kan worden, zal Griekenland nog voor het einde van juni bankroet zijn.

Op het Centraal Comité van Syriza diende het Linkse Platform een amendement in om het Eurogroep akkoord en de "lijst van hervormingen" die werden toegegeven door de regering af te wijzen. Het amendement kreeg 41 procent van de stemmen, met 55 procent tegen en 4 procent onthoudingen of ongeldige stemmen (de stemverdeling was: 68 voor, 92 tegen, 6 onthoudingen / blanco stemmen).

Over welke strategie in de toekomst gevolgd moet worden, wordt nu gedebatteerd binnen de partij en de linkerzijde zit in een zeer sterke positie om haar strategie voor een alternatief naar voor te schuiven. Maar hoe moet dit alternatief er uit zien?

Wat moet er gedaan worden?

De leiders van de EU hebben naast een economische agenda ook een politieke. Onder het mom van hulppakketten blijven ze Griekenland plunderen. Ze sluizen enorme hoeveelheden geld via privatiseringen en schuldaflossingen door naar Duitse en Franse banken, terwijl ze de Griekse arbeiders- en middenklasse opnieuw brutale besparingen en nog meer stijgende schulden opleggen. Hun politiek doel is het vernederen van Syriza en haar geloofwaardigheid vernietigen. Het doel daarvan is de andere anti-soberheidsbewegingen in Spanje, Italië, Portugal en Ierland eens goed de les te spellen.

Hun motto is ‚heers of vernietig'. Een heel volk wordt geofferd op het altaar van de winst. Er is Griekenland in niet mis te verstane taal duidelijk gemaakt dat ze het geld dat nodig is om te overleven niet krijgen. Behalve als alle politieke partijen hun handtekening zetten onder wat neerkomt op een totale overgave. Indien Syriza capituleert voor de eisen van de EU-bankiers, zal het verplicht worden de soberheid verder te zetten, wat de ondergang van Griekenland zou betekenen.

De Europese bankiers en kapitalisten wurgen de nieuwe regering met de grofste chantage-methoden met als doel haar te vernederen. Dat zijn praktijken zoals die van een bandiet die een pistool tegen het hoofd van een man houdt en hem voor de „keuze” stelt zelfmoord te plegen. Als Syriza buigt voor deze chantage zal het haar electorale steun zien smelten als sneeuw voor de zon. Hoop zal veranderen in wanhoop en de mensen zullen Syriza hetzelfde verwijten als Pasok. De massale mobilisatie om de regering te steunen, zal veranderen in woedende manifestaties tegen haar.

Maar dat is gelukkig niet het enige perspectief. Door de dictaten van Brussel te verwerpen en de massa's te blijven mobiliseren zou Syriza een stevige basis kunnen opbouwen om radicale socialistische beleidsplannen door te voeren. In plaats van de dictaten van Merkel en Schäuble te aanvaarden, zouden de leiders van Syriza het volk hebben moeten vragen te beslissen in een referendum. Er hadden massameetings moeten georganiseerd worden in elke gemeente, bedrijf, eiland en dorp om te kwestie te bespreken. Ongetwijfeld was een massaal „Nee” het resultaat geweest en zou de regering een sterk mandaat hebben gekregen om de confrontatie met haar tegenstanders aan te gaan.

In het amendement waarmee ze de overeenkomst verwerpt in het Centraal Comité zegt het Links Platform:

"In de nabije toekomst zou Syriza, ondanks de afspraken van de Eurogroep, het initiatief moeten nemen om gestaag en prioritair haar verbintenissen en de inhoud van haar programmatorische beleidsverklaring uit te voeren. Om die weg te bewandelen zijn we afhankelijk van de inzet en de strijd van de arbeiders en de bevolking .We hebben de steun van de bevolking nodig om ons te verzetten tegen elke vorm van chantage, om het alternatief plan uit te voeren en de volledige realisatie van onze radicale doelstellingen te bekomen„

Dit is goed, maar gaat niet ver genoeg. Het is noodzakelijk duidelijke taal te spreken en de wereld erop te wijzen dat deze monsterlijke schuld niet veroorzaakt is door de Griekse bevolking. Tijdens de jaren van economische groei leenden de Franse en Duitse bankiers geld aan oneerlijk politici. Op die manier stalen magnaten en bankiers in Athene enorme hoeveelheden euro’s die nu comfortabel zitten opgeborgen in Zwitserland, Londen en Parijs. Grote fortuinen die op geen enkele manier Griekenland ten goede kwamen, werden op die manier vergaard. Van zodra de crisis de kop opstak werd de gehele schuld op de schouders van het Griekse volk gelegd. De regering moet de verantwoordelijkheid voor deze schuld afwijzen en ze niet betalen. Syriza heeft een democratisch mandaat gekregen en moet het uitvoeren. 

Syriza moet haar programma doorvoeren. Niet enkel het minimumloon optrekken en het terug in dienst nemen wie zijn job verloor in de openbare diensten, maar lonen en pensioenen optrekken, collectieve onderhandelingen in ere herstellen, alle privatiseringen stopzetten en een lijst opstellen van opnieuw te nationaliseren ondernemingen.

„Maar dat zou onmiddellijk tot een confrontatie met de EU leiden” zullen sommigen zeggen. Dat is waar, maar een confrontatie is onvermijdelijk, eerder vroeg dan laat. Er valt niet aan te ontkomen. In zo’n geval is het beter dat het gevecht plaats vindt onder gunstige omstandigheden dan dat er terrein moet worden prijs gegeven, waardoor de eigen krachten gedemoraliseerd geraken en het gevecht op voorhand verloren is.

Het Thessaloniki-programma ​​is een ​​Nationaal Reconstructieplan dat oproept om de sociale en economische desintegratie om te keren, de economie her op te bouwen en de crisis achter zich te laten. "Maar het programma zegt heel weinig over hoe die heropbouw gestalte moet krijgen. Het is onmogelijk om de economie te plannen, zolang de belangrijkste hefbomen van het economische leven in handen blijven van de Griekse bankiers en scheepsmagnaten. Wat je niet beheert kan je niet plannen en wat niet van jou is ontsnapt aan je controle.”

De Spaanse socialist Largo Caballero zei ooit: je kunt niet genezen van kanker met een aspirine. Dramatische situaties eisen dramatische maatregelen. De leiders van Syriza zeggen dat ze van plan zijn miljarden te innen door maatregelen te nemen tegen degenen die fraude plegen en belasting ontduiken. Maar welke bankiers en kapitalisten zijn daar niet schuldig aan? De meest dringende taak is de Griekse bankiers en kapitalisten te weerhouden hun geld uit het land te sluizen. De enige manier om de uitstroom van kapitaal te stoppen is door het nationaliseren van de banken, de invoering van strenge controles op het verkeer van kapitaal en een staatsmonopolie installeren op de buitenlandse handel.

Samengevat: het enige alternatief bestaat uit een radicale breuk met het kapitalisme en de gangsters die over de EU heersen. Zo’n aanpak kan de arbeiders van Griekenland en de rest van Europa mobiliseren om de maatschappij te veranderen. De Communistische Tendens in Syriza heeft dit idee consequent verdedigd. Maar in dit stadium zijn we nog steeds een kleine minderheid. Onze stem is niet sterk genoeg om de massa’s te bereiken bij wie tegenstrijdige stemmingen heersen.

We mogen niet vergeten dat de overwinning van Syriza grote hoop heeft gewekt. Er is teleurstelling en bezorgdheid over wat er is gebeurd, maar alle hoop is nog niet verdwenen. Terwijl een deel van de meest vooruitstrevende arbeiders zeer kritisch zijn over de regering, zullen vele anderen zeggen: "Het is nog te vroeg om Tsipras te beoordelen. Hij heeft een zeer moeilijke taak door de puinhoop die door vorige regeringen gecreëerd werd. We moeten hem wat tijd geven en zien wat er gebeurt. "

We moeten opletten niet te ver vooruit te lopen op de massa's die langzaam leren op basis van ervaring. Terwijl we resoluut tegen capitulatie vechten, moeten we ook elke zweem van ultralinks ongeduld vermijden want het zou veel oprechte aanhangers van Syriza van ons vervreemden. De taak van de Griekse marxisten is, in de woorden van Lenin, geduldig uitleggen dat dit de enige oplossing is. In elke fase moeten we schouder aan schouder met de massa’s vooruit gaan, terwijl we in elk stadium gepaste slogans en voorstellen introduceren. Op basis van ervaring, zullen de arbeiders inzien dat we gelijk hebben.

Zal Griekenland geïsoleerd geraken?

Lafaards en sceptici die zichzelf vermommen als 'realisten' zullen beweren dat wat wij voorstellen onmogelijk is. Maar de ervaring heeft ons geleerd dat het absoluut mogelijk is. Het standvastige verzet tegen de Troika werd onthaald op een overweldigend enthousiasme. Begin februari steunden niet minder dan 80 procent van de bevolking deze regering. Dat toonde aan dat de bevolking bereid is om achter de regering te staan en terug te vechten. Nu is stoutmoedig leiderschap noodzakelijk.

“Maar Griekenland kan toch niet alléén de strijd met Europa aangaan,” zullen anderen zeggen. Dat is waar. Maar Griekenland zou niet alleen staan, indien haar regering gezien werd als een kracht tegen de  bankiers en de kapitalisten. Het was een vergissing te denken dat andere regeringen Griekenland zouden bijstaan wanneer de nood het hoogst was. De huidige regeringen van Europa zijn allemaal trouwe dienaars van de banken en de grote monopolies. Zij zullen allemaal slaafs de machtigste kapitalistische natie volgen, namelijk Duitsland. Er kan geen enkele enkel vertrouwen in hen zijn.

Ondanks dat Portugal en Spanje geleden hebben onder verpletterende soberheidsprogramma’s die gedicteerd werden vanuit Brussel, schreeuwden de rechtse regeringen van die landen luider dan wie ook hun steun uit aan de hardliners van Duitsland, Finland en de andere noord Europese landen. Deze regeringen zijn met de hakbijl de levensstandaard te lijf gegaan om de banken te betalen en zijn nu heel onpopulair. Ze zijn doodsbenauwd dat toegevingen aan Syriza enkel gelijkaardige opstandige politieke groepen in hun eigen land zou aanmoedigen, zoals Podemos.

De snelle opgang van Podemos in Spanje toont aan dat dezelfde opstandige stemming van verontwaardiging die zich manifesteerde in de verkiezing van Syriza in Griekenland, ook aan het ontwikkelen is in de rest van Europa.

Net daarom heeft Rajoy een blok met Merkel gevormd, om Syriza te wurgen voordat het een kans krijgt om in de praktijk te laten zien hoe een echt anti-bezuinigingsprogramma eruit ziet. Een echt socialistisch buitenlandbeleid moet zich baseren op de oppositiebeweging die zich ontwikkelt in veel Europese landen en in Griekenland een stoutmoedig voorbeeld ziet.

Het effect van een dergelijk voorbeeld zou enorm zijn in heel Europa en daarbuiten. Capitulatie zou die beweging enkel verzwakken en overal de rechterzijde versterken. Ze zouden zeggen: "Zie je wel! Syriza beloofde veel, maar gedroeg zich net als alle anderen. Podemos zal precies hetzelfde zijn! "

De Griekse crisis onthult de frauduleuze aard van de Europese Unie, die, laten we niet vergeten, gebaseerd was op de beginselen van solidariteit en het streven naar een "steeds hechter verbond." Al die mooie woorden zijn nu als zeepbellen opgelost in de lucht. Vanachter de hoogdravende idealen van de Europese eenheid komt de lelijke realiteit tevoorschijn: niet een Europa van de volkeren, maar een Europa dat volledig wordt gedomineerd door bankiers en kapitalisten, onder toezicht van het Duitse imperialisme, dat er door middel van haar economische macht in geslaagd is tot stand te brengen waar Hitler met tanks, geweren en vliegtuigen niet in gelukt is.

Het is nodig te vechten om de dictatuur van het kapitaal omver te werpen en het Europa van de bankiers en kapitalisten te vervangen door een Europa van de volkeren. Een Europa dat gebaseerd is op echte solidariteit, gelijkheid, harmonie en democratie en zijn gigantische middelen samenbrengt in een gemeenschappelijke planning van de productie, onder het democratisch beheer en de controle van de werknemers zelf: de Socialistische Verenigde Staten van Europa.