“De kruik gaat zo lang te water tot ze barst.” Dit spreekwoord is zeer toepasselijk op de sociale toestand bij het afhandelingsbedrijf Flightcare. De achthonderd arbeiders van deze ‘handler’ lossen en laden de bagage van 65 procent van de passagierstoestellen in Brussel Nationaal. De werkdruk is er zeer hoog. De arbeidsomstandigheden zijn er hard. Veel arbeiders geraken gekwetst bij hun werk. Kwetsuren die niet worden erkend als arbeidsongeval. “Als je hier tien jaar aan een stuk werkt heb je 80 procent kans om een ernstig letsel op te lopen”, schat een delegee in. “Die ongevallen, die kunnen worden vermeden, vormen natuurlijk een meerkost voor de sociale zekerheid.” Vorige week brak er spontaan een staking uit. Twee dagen lang.

Een eerste akkoord werd unaniem verworpen door de algemene vergadering van de stakers. Na een nieuwe stakingsdag kwam er een beter akkoord uit de bus. Zoals het hoort, was het opnieuw de algemene vergadering van de actievoerders die het laatste woord had. Deze keer werden de afspraken tussen vakbonden en de directie aanvaard. “De nieuwe regels geven de delegees betere mogelijkheden om aan arbeiderscontrole te doen op de toepassing van het akkoord.” Het werk kon worden hervat. “Eendracht maakt macht” staat niet alleen in het Belgische blazoen maar leeft vooral in de hoofden van de arbeiders van Flightcare. Dat hebben ze opnieuw bewezen.

Gebrek aan eenheidsstatuut is een troef voor de patroons

Een delegee vertelt hoe het allemaal is verlopen: “In piekmomenten zoals de zomer stijgt het werk met zo een 40 procent. Nu zitten we in een dalmoment. Sommige personeelsleden werken dan nog maar 6 uur of 4 uur per dag. Dat is een serieus inkomenverlies. Zij die 1200 à 1300 euro verdienen vallen terug op 900 euro per maand. Anderen die 1500 euro naar huis brengen, krijgen dan nog maar 1300 euro op hun rekening. Om de solidariteit onder het personeel te behouden hebben we economische werkloosheid kunnen invoeren. Zo hebben wij geprobeerd de flexibiliteit op te vangen. Nu hebben we gemerkt dat de directie soms een beroep doet op bedienden om vliegtuigen te lossen en te laden op een moment dat sommige van onze collega’s hun uren hebben moeten verminderen. Weet je, de strijd voor het eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden is voor mij een zeer belangrijke doelstelling. “

“Zo zie je bij ons concreet tot wat voor een onrechtvaardigheid dit leidt. Je moet dan niet verwonderd zijn dat we reageren. We hebben eerst nog een onderhoud gehad met de directie. Maar we zijn daar met lege handen buiten gekomen. Van zodra onze mensen hiervan op de hoogte werden gebracht, zijn ze gestopt met werken. Hierbovenop komt dat de werkdruk zeer hoog blijft ondanks een nieuwe overeenkomst die we na prikacties hebben bekomen. Dat was aan het einde van de zomer 2011. De afspraken die we toen hebben gemaakt werden niet gerespecteerd. Het vertrouwen in de directie is totaal zoek. Er heerst ook veel ongerustheid bij het personeel over de toekomst van Flightcare. We weten dat ons bedrijf te koop staat en dat de liberalisering van de Europese luchthavens als een zwaard van Damocles boven ons hoofd hangt. Dan is er nog het juridisch getouwtrek over de toekenning van de licenties aan de ‘handlers’. Dit zorgt ook voor onzekerheid.”

Zwaar werken tot het pensioen is geen optie. Maar er is meer aan de hand. “Wij hebben een fysiek zwaar beroep. We aanvaarden dat natuurlijk en kunnen dat ook aan. Het is echter niet haalbaar zo hard te blijven werken tot ons pensioen. Jongeren die vandaag bij ons werken weten niet of ze dan zolang in het bedrijf gaan kunnen werken. Stelsels zoals het tijdskrediet, die ons de kans geven om wat te recupereren van de harde loopbaan, worden door de nieuwe regeringsmaatregelen van de kaart geveegd. Dat is ook wel de onderliggende reden voor de strijd vandaag rond de werkdruk. De effectieve pensioenleeftijd die wordt verlengd zien wij niet zitten.”

“De liberalen antwoorden dan dat we ons maar moeten omschakelen om een andere job te vinden. Nu zijn wij als bagagisten gespecialiseerd in onze job. Wij worden hiervoor ook speciaal opgeleid door de luchthaven. Dit vermindert onze kansen om ander werk te vinden natuurlijk. Maar stel je voor dat ik op 58 jaar mij probeer om te schakelen en een opleiding volg voor leerkracht. Dan ben ik goed in de 60 als ik afstudeer. Is dat dan nog maatschappelijk verantwoord? Zeker wanneer de er zoveel jongeren werkloos zijn.”

Over de vraag of de arbeiders van Fligthcare opnieuw mee gaan staken op 30 januari twijfelt de delegee niet. “Absoluut”, is het antwoord.