"Als op de luchthaven het werk enkele uren wordt neergelegd, dreigen advocaten met processen en grote schadeclaims. Een staking van het personeel van de NMBS, na agressie tegen een spoorwegbeambte, roept prompt reacties op van politici die een minimumdienstverlening eisen. Als vakbonden bedrijventerreinen afsluiten organiseren werkgeversorganisaties het juridische verzet. De aanvaarding van de staking als drukkingsmiddel is echter een teken van beschaving. Enkel in dictaturen wordt het niet getolereerd of zodanig ingeperkt dat het enkel met goedkeuring van de politieke overheid of het zakenleven kan ingezet worden. Het feit dat in België deze vorm van sociale actie steeds vaker op onbegrip stuit, baart zorgen."

Deze woorden sieren de achterflap van het recente boek Arbeid vs. Kapitaal: een kwarteeuw staking(srecht), onder redactie van Carl Devos en Patrick Humblet. Vonk vroeg Patrick Humblet (voorzitter vakgroep Sociaal Recht UGent) om deze analyse van het stakingsrecht toe te lichten op een avond in Antwerpen. Vakbondssecretaris Ronny Le Blon (AC-ABVV Bouw) was gevraagd deze evolutie te onderwerpen aan zijn blik van een kritische syndicalist.

Moderator Alain Rigaux begon met de toelichting dat Vonk deze avond organiseerde omdat dit thema een diepgaand debat vereist binnen de arbeidersbeweging. De socialisten dienen de eisen van de vakbondsbasis ook naar de politiek te vertalen, zoals SP.a Rood steeds beklemtoont. De eerste oproep van Erik De Bruyn na de voorzittersverkiezingen in SP.a ging juist over steun aan de werkonderbreking bij het Spoor tegen de minimumdienstverlening. De vakbondsbasis is inderdaad verontrust over de toenemende druk op het stakingsrecht. De voorzitter van Agoria verklaarde onlangs nog dat de Limburgse stakingen "onwettig" zijn. Als socialistische organisatie vinden wij het belangrijk dat de arbeidersklasse een sterke positie heeft om de krachtmeting met het patronaat aan te gaan, vandaar dat een serieuze discussie nodig is over deze aanval op het stakingsrecht en hoe we die kunnen beantwoorden. De avond was daartoe een bijdrage.

Patrick Humblet stak van wal met een uiteenzetting over de historische totstandkoming van het stakingsrecht, gaande van de wet op de vakbondsvrijheid in 1921 tot het ‘arrest De Bruyne' in 1981. Dit laatste zorgde ervoor dat ook individuen, niet alleen de vakbonden, het initiatief tot staking kunnen nemen, wat spontane stakingen en de kracht van de basis bevorderde. Vanaf midden jaren tachtig gingen individuele ondernemers echter reageren met de inschakeling van een rechter in kortgeding. Humblet stipte daarvoor enkele verklarende factoren aan. Door just-in-time-productie kan een staking in een onderaanneming grote gevolgen hebben. De economische crisis en concurrentie geeft de bedrijfsleiding ook minder toegevingsruimte. Door de demilitarisering van de rijkswacht is het patronaat tevens op zoek moeten gaan naar andere bondgenoten zoals advocatenbureaus, die trouwens zelf veel meer dan vroeger zijn georganiseerd als grote bedrijven die diensten verkopen en dus processen moeten maken. Al deze factoren werkten samen waardoor sinds de jaren tachtig snelle procedures zijn ingeschakeld in sociale conflicten. Vaak gaan ondernemers nu op voorhand al zo'n eenzijdig verzoekschrift tegen een stakingspost halen zodat ze ermee kunnen dreigen aan de onderhandelingstafel.

Wat opvalt is dat wetsvoorstellen om het stakingsrecht aan banden te leggen bijna steeds worden ingediend door liberalen. Dikwijls gaat het hier om personen die de mensenrechten hoog in het vaandel voeren op het internationale toneel. Louis Michel ging bijvoorbeeld de president van Zimbabwe de les spellen over mensenrechten, maar wil in België wel het stakingsrecht aan banden leggen. Daar is ook een goede portie stemmingmakerij mee verbonden. Rik Daems is bijvoorbeeld zeer bedreven in het indienen van wetsvoorstellen over zaken die sowieso al niet mogen van de wet (bv. werkwilligen aftuigen of een autostrade bezetten). Daarmee creëren ze een sfeer alsof dit veel voorkomende praktijken bij stakingen zijn. In hun verwijzingen naar het buitenland zijn ze eveneens tendentieus. De wetgeving van Italië en Spanje, die zeer ver gaat in minimumdienstverlening, wordt steevast aangehaald. Nochtans blijven de vliegtuigen evengoed aan de grond wanneer de Italiaanse luchtvaart staakt. Er is dus een verschil tussen de theoretische wetten en de concrete bekrachtiging daarvan. Heel de hetze rond de minimumdienstverlening is zwaar overtrokken. In de praktijk bestaat deze immers al in veel sectoren. Wanneer de chemie bijvoorbeeld staakt dan zijn er afspraken rond een minimale bezetting voor de veiligheid. Wanneer ziekenhuizen staken, dan blijft er personeel voor de patiënten, enzovoort. Het is trouwens opmerkelijk dat rechtse politici beginnen schreeuwen als het Spoor een kwartier staakt, maar rustig blijven tijdens een staking bij het ministerie van Financiën.

Humblet vreest wel dat van patronale zijde het wapen van de lock-out (tijdelijke uitsluiting van de werkers uit het bedrijf) gaat terugkomen. Bij Lanxess zag je recent daar al een voorbode van. Toen de arbeiders in staking waren, konden de bedienden gewoon gaan werken. Het management maakte hen echter tijdelijk werkloos en liet hen gaan stempelen, terwijl ze in principe konden werken. Zo probeerden ze de bedienden in het harnas te jagen tegen de arbeiders. In België hebben ondernemers het recht op een lock-out aangezien zij voor de rechterlijke macht evengoed het recht op collectieve actie hebben. In Portugal zijn lock-outs bij wet verboden als gevolg van de Anjerrevolutie in 1974.

Patrick Humblet sloot zijn uiteenzetting af met de stelling dat rechtzaken tegen stakingen of stakersposten moeilijk te bestrijden zijn binnen het Belgische wettelijke kader. Indien vakbonden daar tegenin willen gaan, zullen ze creatief moeten zijn in hun acties.

Voor Ronny Le Blon is het stakingsrecht wel degelijk in gevaar. Hij heeft dit aan den lijve ondervonden tijdens de sectorale staking van de petroleum in 1993. Die staking ging over arbeidsduurverkorting en de uitbesteding aan derden. Juist omwille van die uitbesteding aan derden, moesten de stakers ook de distributie aanpakken via piketten. Na één week staking leken ze te winnen want het begon te nijpen bij het patronaat. Met groot vertoon van de rijkswacht begonnen zij echter dwangsommen in te zetten. Aangezien vanaf dan de camions gewoon terug buiten reden, raakten de arbeiders gedemoraliseerd omdat hun staking geen effect meer had. Tot nu toe heeft de vakbond daar geen adequaat antwoord op gevonden. Zelf gelooft Ronny Le Blon niet dat de oplossing van politieke of juridische kant zal komen. Vaak is het vooral de sterkte van het piket dat bepaalt of je een deurwaarder op je dak krijgt. Bij de vernoemde petroleumstaking heeft het piket bij Fina (nu Total) daar geen last van gehad omdat ze steeds met 200 à 300 mensen aanwezig waren. Daarom hebben ze nu een noodplan om snel veel mensen te mobiliseren als een deurwaarder aan het piket wordt verwacht. Ook zouden de federale vakbondsleiders bij zulke dreiging naar het piket kunnen komen om de dwangsom in ontvangst te nemen. Zo kunnen ze het conflict mediatiseren en het gevecht om de publieke opinie voeren.

Tijdens het debat met de zaal wezen verschillende sprekers op de funeste rol die corporatistische vakbonden zoals OVS of VSOA regelmatig spelen. Karel Stessens van ACOD deed ook een oproep aan linkse intellectuelen om de vakbonden bij te staan in de verdediging van het stakingsrecht en hun stem te laten weerklinken in de media. Hij betreurde echter dat hij geen concrete antwoorden had gekregen over hoe we de aanval op het stakingsrecht kunnen afweren, want de dreiging van een minimumdienstverlening drukt zwaar op werknemers bij de openbare diensten. Syndicalisten benadrukten nogmaals het belang van het getal in de opbouw van voordelige krachtsverhoudingen. Tegelijk denken ze aan andere tactieken, zoals beurtelings staken in verschillende bedrijfsafdelingen of bedrijfsbezettingen.

Sprekers van Vonk stelden dat we de kwestie van het stakingsrecht niet als iets geïsoleerd mogen beschouwen. Er bestaat geen toverformule om de problemen met het stakingsrecht op zich op te lossen. Binnen het huidige wettelijke kader zal het stakingsrecht steeds onder vuur staan. Daarom moeten we het wettelijke kader zelf veranderen en dat is altijd gebeurd via een groot offensief van de vakbonden rond een breed maatschappelijk project, namelijk het socialisme. Na de Eerste Wereldoorlog werden de vakbonden erkend en werden stakingen niet langer juridisch bestraft omdat de arbeidersbeweging in het offensief was, gesteund door de Russische Revolutie. De heersende klasse had schrik en was bijgevolg bereid politieke en juridische toegevingen te doen. Hetzelfde gebeurde na de Tweede Wereldoorlog of in Portugal na de Anjerrevolutie, zoals vermeld. Grote hervormingen zijn bijna altijd het resultaat van revolutionaire druk. Vandaag zit de arbeidersbeweging echter in het defensief en dat nodigt patronale agressie uit. Om die aanvallen te counteren moeten we dus zelf in de aanval gaan met een socialistisch programma voor maatschappijverandering.

Wij hopen met deze avond en dit verslag een bijdrage te leveren aan een broodnodige discussie en raden syndicalisten aan het boek Arbeid vs Kapitaal te lezen omdat het een goed naslagwerk is met een schat aan informatie. Verwacht echter geen sluitend antwoord op de aanval tegen het stakingsrecht. Dat antwoord zal van syndicalisten en socialisten zelf moeten komen.

Je kan het boek bestellen door te mailen naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. of te bellen naar 09/233.80.88.