Onlangs vond de Republikeinse nationale conventie plaats in New York. Men hoopte de vruchten te plukken van George W. Bush’ ‘optreden’ na de tragedie van 11 september. In een groots opgezette conventiezaal accepteerden Bush en Cheney hun nominaties met de gebruikelijke toespraken over een sterke economie, ‘principieel leiderschap’, kansen, een succesvolle oorlog tegen terreur, en natuurlijk vele aanvallen aan het adres van hun Democratische tegenstanders.

Bij het aanhoren van het gewauwel van deze neoconservatieven rijst de vraag of ze zich er wel bewust van zijn van dat de bezetting van Irak vreselijk misloopt, dat de kans op nog een zware terroristische aanval zeer groot is, dat 1,65 miljoen jobs verloren gingen terwijl de winsten van de ondernemingen de lucht in schoten, dat het tekort op het federale budget de gehele wereldeconomie dreigt te destabiliseren en dat nog eens miljoenen getroffen werden door armoede en niet verzekerd zijn.

Anderzijds hoorden de meeste aanwezigen in de zaal bij het handjevol Amerikanen die beter werden van de asociale politiek en het roofzuchtige internationale beleid van Bush. Voor deze grote patriotten is het lot van miljoenen andere Amerikanen van weinig belang zolang hun eigen netto rijkdom maar blijft toenemen. De toenemende polarisatie van de Amerikaanse samenleving werd opmerkelijk zichtbaar toen de uitzinnige en volgzame afgevaardigden hartstochtelijk applaudisseerden bij elke reactionaire uitspraak van Bush. Afgevaardigden en bezoekers werden zorgvuldig gescreend en moesten alvorens ze toegelaten werden tot dit spektakel, een verklaring ondertekenen die verzekert dat ze akkoord gaan met de president en zijn beleid en geen opschudding zouden veroorzaken. Toch glipten enkele demonstranten door de mazen van het net. Een van hen stak een bord omhoog met de tekst “Bush loog, miljoenen zijn gestorven”. Hij werd snel uit de zaal weggevoerd. Er heerste opnieuw vrede en geluk. In zo’n omgeving is het makkelijk te begrijpen waarom Bush zich inbeeldt dat hij wijd geliefd is en dat zijn beleid enorm populair is. Buiten Madison Square Garden waren de dingen echter heel anders.

Het overwegend vreedzame protest begon het weekend ervoor en ging tijdens de toespraak van Bush op donderdagavond gewoon verder. Met het excuus dat er ‘terreur dreigde’, was de politie uitzonderlijk ijverig in het preventief arresteren van demonstranten. Vele niet-activisten, die gewoon in de omgeving waren, werden gearresteerd, onder hen twee acteurs en een cineast van een alternatieve film die de demonstraties als achtergrond gebruikten bij het draaien van die film. Een 1.800 mensen in totaal werden gearresteerd, het record in de geschiedenis wat betreft politieke conventies in de VS. Dit veroorzaakte een nooit geziene druk op de rechtbanken die volgens de wet verplicht zijn om mensen formeel te veroordelen binnen de 24 uur. Een bepaalde rechter ging zover de stad in gebreke te stellen en vaardigde een bevel uit dat 470 mensen die 40 uur werden vastgehouden, zouden worden vrijgelaten.

Het protest nam verschillende vormen aan: 5.000 betogers vormden een namaakrij werklozen voor de conventiezaal tijdens de speech van Bush, duizenden fietsers hielden het verkeer tegen uit protest tegen de aanwezigheid van de conventie in hun stad, AIDS-activisten krioelden door Grand Central Station terwijl ze een oorlog tegen AIDS en niet tegen Irak eisten, anderen infiltreerden het veiligheidspersoneel in de conventiehal terwijl ze verklaarden “hoe kunnen ze de veiligheid van het land garanderen als ze niet eens hun eigen conventie kunnen beveiligen?” Het meest omvangrijke protest – het grootste in de geschiedenis van de Amerikaanse politieke conventies – greep plaats op zaterdag 29 augustus met naar schatting 200.000 tot 500.000 deelnemers over de hele dag.

Het is geen verrassing dat veel betogers deel uitmaakten van het “Iedereen Behalve Bush” (Anyone But Bush) publiek. Een begrijpelijke reactie tegen het regelrecht reactionaire beleid van Bush en zijn maatjes. In de praktijk betekent dit echter steun aan de Democraat John Kerry – een rampzalig voorstel voor miljoenen werkende Amerikanen. Opmerkelijk was dat veel deelnemers aan het protest de Democraten met even veel terughoudendheid en argwaan aanzagen. Het was zeker geen overwegende betoging pro-Kerry. Zoals een lid van de Workers International LeagueWorkers International League (Vonk in de VS, n.v.d.r.) die aanwezig was op de betoging van zondag rapporteerde:

“Aanzienlijke lagen van aanwezigen maakten vrij duidelijk op hun bordjes, spandoeken en in conversaties dat ze niet enkel Bush en de Republikeinen als een vijandige en vreemde kracht aan de belangen van arbeiders en ‘doorsnee Amerikanen’ zien, maar dat ze ook de Democraten en Kerry in de hoek van de bazen plaatsen. Er leek een grote steun te zijn voor de miljoenenarbeidersmars (million-worker march) op Washington DC 17 oktober aanstaande, georganiseerd op initiatief van de West Coast dokwerkersvakbond (ILWU). Deze gebeurtenis wil de arbeidersbeweging niet zozeer helemaal laten breken met de Democraten, maar een groot deel van de basis denkt dat dit soort bijeenkomst veel belangrijker is dan de organisatie voor de verkiezingen. Dat komt in de praktijk immers neer op het organiseren van de campagne voor Kerry.”

Deze demonstraties waren een opmerkelijke heropleving in de protestbeweging die grotendeels in elkaar was gezakt na het begin van de vijandigheden in Irak. En het is enkel een begin. In de komende periode zullen de Amerikaanse arbeiders, eender wie de verkiezingen wint, in toenemende mate gedwongen worden de straat op te gaan om terug te vechten tegen het meedogenloze offensief van de bazen. De Amerikaanse heersende klasse wordt geconfronteerd met een economische crisis die enkel aangepakt kan worden door elk laatste beetje productiviteit en waardigheid uit de wereldwijde arbeidersklasse te knijpen, te beginnen in hun thuisland. Lonen, werkomstandigheden, ziekenzorg, pensioenen,werkzekerheid en zelfs de 40-urenweek liggen onder vuur.

In deze aanloop naar de verkiezingen doen beide kandidaten hun best om de werkende Amerikanen aan te spreken. Als John Kerry wint, kunnen we verwachten dat hij van een wittebroodsperiode zal kunnen genieten waarbij werkende mensen wachten hoe hij de zaken zal aanpakken. Hoe dan ook, gezien zijn klassenbelangen en de huidige economische en sociale instabiliteit op wereldschaal, zal dit niet zo lang duren als hij graag zou denken. Zelfs al is hij in staat een handvol cosmetische toegevingen en kleine hervormingen te doen, zal er niets fundamenteels veranderen. Het zal op geen enkele manier het verlies goedmaken dat de arbeidersbeweging de laatste 25 jaar geleden heeft. Integendeel, hij zal gedwongen zijn in het offensief te gaan tegen dezelfde mensen die hij tijdens zijn campagne op een demagogische manier beloofd heeft te zullen verdedigen. Het negatieve voorgevoel van miljoenen Amerikanen die op 2 november met de neus dicht voor Kerry zullen stemmen uit gebrek aan een alternatief, zal gerechtvaardigd blijken. Als Bush president blijft, kunnen we een verscherping van de klassenstrijd en een acute invraagstelling verwachten van het onvermogen van de Democraten om de meest onpopulaire president in de recente geschiedenis te verslaan, zodra het resultaat bekend wordt. Wat het ook wordt, de werkende Amerikanen zullen aan het kortste eind trekken wanneer de bazen en hun regering hun aanvallen zullen doen toenemen. Zodra men zich begint te realiseren dat geen enkele kapitalistische partij een uitweg kan bieden uit de crisis waarmee miljoenen hardwerkende Amerikanen geconfronteerd worden, zullen de zaken echt beginnen opwarmen op sociaal en politiek vlak in de VS.

Enkel na bittere ervaring en door vastberaden strijd zullen de Amerikaanse arbeiders in staat zijn de aanval van de bazen te stoppen en terug te winnen wat hen werd afgenomen en meer. Het vormen van een massale arbeiderspartij gebaseerd op de vakbonden is de dringende taak van de Amerikaanse arbeidersbeweging. De vakbonds(mis)leiders die de Democraten blijven volgen, moeten uitgebraakt worden en vervangen worden door leiders uit de basis die het belang van de leden verdedigen. De komende miljoenenarbeidersmars zal een belangrijke stap worden in het herontwaken van de Amerikaanse arbeidersklasse die pas begint haar kracht te tonen na een periode van relatieve inactiviteit. De mars is georganiseerd tegen de wensen van en zonder de steun van de leiding van de AFL-CIO (de grootste Amerikaanse vakbondsfederatie) en is symptomatisch voor de groeiende druk van onderuit. Het is geen toeval dat het de ILWU was die het initiatief nam voor dit gebeuren. Nadat ze buitengesloten werden door hun bazen aan de westkust en uitverkocht door de Democraten en hun vakbondsleiders, hebben ze duidelijk begrepen dat de arbeidersklasse enkel op haar eigen kracht en organisaties kan vertrouwen.

De Amerikaanse arbeidersklasse heeft een heroïsche en militante traditie. Dit klassenbewustzijn werd echter beneveld door jaren van relatieve vooruitgang en het gradueel wegebben van de verworvenheden uit het verleden. Alles heeft echter zijn grenzen en het geduld van de Amerikaanse arbeider is geen uitzondering. Na jaren zoeken naar individuele oplossingen en hoop in het tweepartijensysteem beginnen werkende mensen te beseffen dat ze enkel op hun eigen krachten en organisaties kunnen vertrouwen om hun leven te verbeteren. De demonstraties tegen de Republikeinse conventie waren enkel een voorproefje van wat volgt wanneer de arbeidersklasse in toenemende mate bewust wordt van haar eigen sterkte. We kunnen vertrouwen hebben in het feit dat de Amerikaanse arbeidersgeest van creativiteit, opoffering, hard werk en vastberadenheid om het lot in eigen handen te nemen zal heropleven onder invloed van de gebeurtenissen in de komende maanden en jaren.