Een van de prettige neveneffecten van de recente omwentelingen in de Arabisch sprekende wereld is dat het ons dwingt onze westerse vooroordelen over de inwoners van die landen grondig te herzien.

Nawal El Sadaawi schreef reeds in 1980 (!) een opmerkelijk boek over de situatie van de vrouw en het gezin in de Arabische wereld. Het opende destijds de ogen van miljoenen vrouwen en werd wereldwijd vertaald. Zij baseerde haar boek op haar jarenlange praktijk als huisarts en op het relaas van de honderden vrouwen en mannen zowel uit de stad als van het platteland die haar hun vele psychologische en seksuele problemen toevertrouwden.

De aanhef van het werk zet al onmiddellijk de toon: “Wij vrouwen in de Arabische wereld beseffen dat we nog altijd slaven zijn en dat we worden onderdrukt. Niet omdat we in het Oosten wonen, Arabieren zijn of behoren tot een islamitische maatschappij, maar als gevolg van het patriarchale klassensysteem dat de wereld sinds duizenden jaren overheerst. Alleen door ons te ontdoen van dat systeem kunnen we vrij worden.”

Volgens haar verdedigen de grote wereldgodsdiensten dezelfde principes ten aanzien van de man/vrouw-verhoudingen: telkens is de vrouw de ondergeschikte. Al die godsdiensten schrijven aan hun God ook mannelijke eigenschappen toe, noch de islam noch het christendom hebben de vrouwen iets bijgebracht, behalve nieuwe ketenen. Zij is een heftige tegenstandster van het moslimfundamentalisme zonder de positieve aspecten van de Arabische cultuur te negeren. Ze kan heel scherp uit de hoek komen. Aan een meisje dat haar schreef dat ze een hoofddoek droeg om het Westen te testen op vlak van gelijke rechten, om haar identiteit te behouden, antwoordde ze onomwonden dat ze beter een organisatie zou oprichten om de gelijkheid te bevechten in plaats van haar haar te bedekken.

In het gedeelte “Vrouwen en hun geschiedenis” toont ze aan dat de emancipatiestrijd van de vrouwen sneller verloopt als gevolg van revolutionaire veranderingen. In de socialistische systemen is de vrouw weliswaar nog niet volledig bevrijd, maar de eerste stappen zijn er gezet. Zij noemt zichzelf dan ook een democratisch socialiste.

In het hoofdstuk “Vervormde ideeën over vrouwelijkheid, schoonheid en liefde” gaat ze dieper in op het beeld van de vrouw in de oude en hedendaagse Arabische literatuur. Het is een beeld van haar zoals zij wordt gezien door de Arabische mannen en is daarom vaak onvolledig, vervormd en verstoken van een werkelijk begrip en bewustzijn. Zij pleit voor een eervolle liefde, gebouwd op rechtvaardigheid en gelijkheid. Eer en liefde houden in de eerste plaats in dat de ene mens de andere niet kan onderdrukken. Echte liefde kan niet gebaseerd zijn op een relatie die op uitbuiting stoelt

Het boek eindigt met de profetische woorden “De vrijheid heeft haar prijs. Door de oppositie en agressie van de maatschappij betaalt een vrijgemaakte vrouw met haar rust, vrede en gezondheid. Dat mag dan zo zijn, maar een vrouw betaalt altijd een hoge prijs, zelfs als ze bereid is zich te onderwerpen. Ze betaalt met haar gezondheid, haar geluk, haar persoonlijkheid en haar toekomst. Als ze dan toch een prijs moet betalen, waarom dan niet voor de vrijheid in plaats van de slavernij.”

Het boek was een onmiddellijk succes maar bracht haar persoonlijk weinig voorspoed. Ze werd bestempeld als “controversieel en gevaarlijk”. Ze verloor haar baan als arts en haar positie als directeur van Openbare Gezondheid van het ministerie. Ze belandde zelfs in de gevangenis en sjeik Tantawi sprak een fatwa met de doodstraf over haar uit. Het kon haar weinig deren, en ze stelde onomwonden: “Gevaar is een deel van mijn leven geworden sinds ik een pen heb gepakt en ben gaan schrijven. Niets is gevaarlijker dan de waarheid in een wereld die liegt.”

Vandaag is ze een kranige dame van 79 jaar, die heel energiek de draad terug oppakt. Zij was een van de duizenden aanwezigen op het Tahrirplein, vastbesloten om ditmaal haar afgebroken missie tot een goed einde te brengen.