Evo Morales en de opkomst van het neopopulisme

Boliviaanse president ging over één nacht ijs bij nationaliseren energiesector

Lode Delputte maakt zich zorgen over kortzichtige Latijns-Amerikaanse presidenten

Hij had het er zijn hele verkiezingscampagne lang over gehad. Toen hij op een symbolische 1 mei ook echt de nationalisering decreteerde van 's lands olie- en gasvelden, had niemand eigenlijk verrast hoeven te zijn.

Of misschien toch: de begin dit jaar aangetreden links-inheemse president van Bolivia, Evo Morales, had tijdens zijn recente wereldreis laten uitschijnen dat hij pragmatisch zou handelen en buitenlandse investeerders niet uit zijn land zou verjagen. Niemand had dan ook verwacht dat Morales vorige week zonder noemenswaardig overleg met de energiesector abrupt het leger naar de exploitaties zou sturen.

De reacties lieten niet op zich wachten. De Braziliaanse regering-Lula, nochtans óók links, en staatsoliemaatschappij Petrobras, de grootste buitenlandse investeerder in de Boliviaanse gassector, reageerden gepikeerd.

De Spaanse regering, de socialisten van Rodríguez Zapatero, toonde zich al even bezorgd en stuurt een technisch team naar La Paz dat de modaliteiten van Morales' nationaliseringsdecreet moet onderzoeken. Ook in Madrid, waar het oliebedrijf Repsol YPF sinds 1 mei flink lager noteerde op de beurs, zegt niemand goed gesnapt te hebben waar de nationalisering nu precies voor staat.

Een uitlegsessie in Buenos Aires, waar aan de ene kant Morales en zijn Venezolaanse mentor Hugo Chávez en aan de andere kant de Argentijnen en Brazilianen aan tafel zaten, moest vorige donderdag meer duidelijkheid verschaffen, maar vele vragen bleven.

Wat wel bekend is, is dat heel wat buitenlandse oliebedrijven, onder wie Petrobras, hun Boliviaanse investeringen dreigen te bevriezen. Bolivia heeft die laatste nochtans broodnodig omdat het zelf niet over de knowhow of middelen beschikt om de zaak eigenhandig te runnen. Daarom legt Bolivia geen beslag op de buitenlandse infrastructuur. Het land hoopt wel veel meer inkomsten over te houden uit de commercialisering van zijn bodemschatten, een legitieme verzuchting waar Morales' populariteit op is gestoeld. De gas- en oliebonzen krijgen zes maanden de tijd om nieuwe contracten met de Bolivianen te ondertekenen.

De druk opvoeren zoals Chávez doet - de multinationals kunnen nu eenmaal niet om Venezuela, 's werelds vijfde producent, heen -, zal Morales niet makkelijk vallen. De grote verliezers zouden weleens de Bolivianen zelf kunnen worden, inheemsen die de jongste jaren verzet aangetekend hebben tegen het uitblijven van sociale vooruitgang, anders dan ze door twintig jaar neoliberaal beleid beloofd was. Mensen overigens die meestal zelf niet eens op gas aangesloten zijn.

Het neoliberale experiment is mislukt en heeft de sociale kloof in Zuid-Amerika alleen maar breder doen gapen. Het resultaat is dat in grote delen van het continent nationalistisch en socialistisch neopopulisme in de plaats gekomen is. Het onmiskenbare democratische elan van de jongste decennia dreigt teniet gedaan te worden door de eigengereidheid van leiders wier optreden herinnert aan dat van vroegere populisten als de Argentijn Perón of de Peruaan Velasco.

Zoals Morales enigszins over één nacht ijs ging om de energiesector te nationaliseren, zo besloot Chávez vorig maand plotsklaps, en tot verbijstering van de andere lidstaten, Bolivia inbegrepen, om uit de economische Andesgemeenschap te stappen. Of verbood Néstor Kirchner dat Argentinië zijn bekendste exportproduct, vlees, niet langer mocht exporteren om de binnenlandse prijs te drukken. Op veel democratische weerstand stuiten die populaire, maar vaak kortzichtige en erg presidentialistische beslissingen niet.

Het gaat niet goed met Latijns-Amerika. De regionale integratie die een Hugo Chávez voorstaat, komt in wezen op regionale desintegratie neer. De 'rode kalief' heeft een wig gedreven tussen Venezuela en de Andeslanden, maakt Brazilië nerveus door die gigant zijn status van regionale leider af te snoepen, noemt zich anti-imperialist maar intervenieert ongegeneerd in de Peruaanse kiescampagne.

Intussen kijkt het hele continent, buurland Bolivia voorop, stikjaloers naar Chili, een moderne sociaaldemocratische staat zonder gas of petroleum. Chili houdt zowat in zijn eentje de democratische en sociaaleconomische eer van het continent gaaf.

Benieuwd dus wat de Europese Unie en de landen van Latijns-Amerika elkaar deze week in Wenen te vertellen hebben, als daar onder Oostenrijks voorzitterschap hun tweejaarlijkse top plaatsvindt.

Gepubliceerd op 8 mei 2006 in De Morgen

Antwoord van Erik De Bruyn

Het moet erg zijn als je, zoals Lode Delputte van De Morgen, gestudeerd hebt maar om den brode je verstand op nul zet en steeds weer in hetzelfde sjabloon moet schrijven. Persoonlijk zou ik liever voor een fractie van dat journalistenloon het huisvuil ophalen. Dan doe ik tenminste iets nuttigs.

In een artikel over de nationalisatie van de energiesector in Bolivia boert Delputte nog eens alles naar boven wat de internationale pers hem al heeft voorgekauwd. “Morales is een populist, en Chavez van Venezuela is zijn mentor. De nationalisatie is ondoordacht en zal op de kop van de arme Bolivianen terechtkomen. De nationalisatie zal worden afgekeurd door de Europese Unie, lees dus: door de Democratie in hoogsteigen persoon. Bolivia zou beter het voorbeeld van Chili volgen, want dat is een sociaaldemocratische heilstaat.”

De persoonlijke sympathieën en antipathieën van de heer Delputte interesseren mij nauwelijks en zouden mij waarschijnlijk enkel maar verkillen. Laten we dus de degens kruisen op basis van beenharde feiten, die ik grotendeels ontleen aan een onverdachte bron: het “World Factbook” van de CIA

Om met heilstaat Chili te beginnen: daar leeft 20 procent van de bevolking onder de nochtans bijzonder lage armoedegrens. En Bolivia heeft de afgelopen vijftien jaar op sociaaleconomisch vlak niet anders gedaan dan te trachten dat land te imiteren. In Chili zorgen de tien procent rijksten voor 47 procent van de consumptie, in Bolivia is dat “slechts” 32 procent. De rijken in Bolivia hebben dus inderdaad nog een hele weg te gaan voor ze het niveau van de Chileense heilstaat zullen bereiken.

Chili is een land “zonder olie of gas” waardoor haar economische prestaties toch o zo uitzonderlijk zijn volgens Delputte. Het is echter wel een land dat vergeven is van het kopererts, en laat het nu net koper zijn dat de laatste twintig jaar bijna voortdurend recordprijzen haalt, lang voor de olieboom begonnen was.

Of de armen in Bolivia zullen moeten 'boeten' voor de nationalisaties omdat de multinationals zullen weigeren te investeren, valt nog te bezien. In Cuba bijvoorbeeld zijn de sleutelsectoren van de economie genationaliseerd sinds het begin van de jaren ’60, en het land zucht onder een economisch embargo van de VS. Toch bedraagt het BBP per hoofd van de bevolking er 3300 dollar op jaarbasis, tegen 2700 voor het ex-neoliberale Bolivia. En die 3300 dollar zijn er veel eerlijker verdeeld (en verdiend).

Maar “dollars per hoofd” vertellen maar weinig. De volgende cijfers zijn helemaal een slag in het gezicht van het neoliberalisme à la Chili en ex-Bolivia: in Bolivia sterven er bijna 52 borelingen per 1000 geboorten, in Cuba iets meer dan 6. In Bolivia is de gemiddelde levensverwachting na decennia van neoliberalisme net geen 66 jaar, in Cuba meer dan 77, zodat de mensen er ten volle van hun abonnement op Kuifje kunnen genieten.

Voor een krant als de Morgen zal dat soort cijfers wellicht passé zijn, en de strijd om een menswaardig bestaan een “achterhoedegevecht”. We moeten toegeven, als het erom gaat trendy te zijn scoort Chili veel beter: er zijn daar véél meer gsm’s in omloop.

Dan nog iets over democratie. Evo Morales voert uit waarvoor hij verkozen werd. Dat moet zelfs de Morgen toegeven. Maar toch doet hij volgens Delputte het “democratisch elan” teniet in Latijns-Amerika. Delputte verkiest de neoliberale kritiek van de EU op het beleid van Morales te steunen, want dat betaalt beter. Nochtans werd die neoliberale koers van de EU reeds door twee referenda door de Nederlandse en de Franse bevolking massaal afgestraft. “Democracy we deliver”. Met een strikje errond.