Het is nu al meer dan twee jaar geleden dat George W. Bush gestart is met zijn oorlog tegen het terrorisme. Wat is het resultaat totnogtoe? In Irak hebben de VS getoond dat ze niet in staat zijn de situatie te controleren. Ze hebben geen stabiele basis op kunnen bouwen en hebben zich daarentegen vastgezet in een bloedige impasse. Maar hoe gaat het ondertussen eigenlijk met het andere werkterrein, Afghanistan?

De Verenigde Staten van Amerika zijn in het Afghaanse strijdtoneel betrokken sinds ze erin geslaagd zijn het Talibanregime omver te werpen. Ze hebben een strategie opgebouwd die sterk afhangt van lokale bondgenoten. Deze bondgenoten zijn echter allesbehalve betrouwbaar gebleken. De luchtmacht van de VS heeft bombardementen uitgevoerd op plaatsen die zij ‘pockets of resistance’ of kleine verzetshaarden noemen. Hoe dan ook, de doelen van deze aanvallen zijn meestal gewone Afghaanse burgers. Het is algemeen bekend dat Afghaanse krijgsheren de Amerikaanse strijdkrachten opdracht geven ‘Taliban’-strijders te bombarderen in een bepaalde omgeving, terwijl het eigenlijk gaat om rivaliserende krijgsheren.

Ondanks al hun inspanningen zijn de VS onbekwaam gebleken om een zekere stabiliteit uit te bouwen. Ze hebben de indruk gewekt van enige orde in Kaboel, waar de nationale regering is gevestigd, maar buiten Kaboel hebben ze geen of heel minieme controle. De Amerikaanse troepen hebben zelfs een kleiner gebied in handen dan de Sovjettroepen in 1979-1989. De Verenigde Staten hebben in werkelijkheid niet de intentie om het hele grondgebied in Afghanistan te controleren. De VS houden de schijn op van een ‘verenigd’ Afghanistan zonder troepen te voorzien om een centraal gezag te handhaven.

Het land is gesplitst door de Hindu Kush-bergen en verdeeld door een aantal etnische groepen. Het land was dan ook nooit een eengemaakte staat in de traditionele betekenis. Dit creëert een heel gecompliceerd scenario voor een vreemde invaller, zoals de Britten reeds mochten ondervinden. De door NAVO-leden gestuurde International Security Assistance Force patrouilleert enkel in Kaboel en de onmiddellijke omgeving, terwijl regionale krijgsheren met hun milities regeren op hun respectievelijke grondgebied.

In plaats van Al Qaeda en zijn sympathisanten te verslaan, blijven ze vrij om zich in een wijde omgeving te verplaatsen en kunnen ze hit-and-run guerrilla-aanvallen uitvoeren. Hoewel Al Qaeda Afghanistan niet langer kan gebruiken als grote trainingsbasis, zijn ze er nog altijd actief en gebruiken ze het land als een lanceerplatform om hun strijders naar Irak te sturen. De ironie wil dat Bush en Blair de invasie van Irak rechtvaardigden door de aanwezigheid van Al Qaeda. In werkelijkheid was Al Qaeda niet aanwezig voor de invasie, maar nu zijn ze dat zeker wel.

Nood aan resultaten

Met de nakende presidentsverkiezingen in zicht is de regering-Bush tot het uiterste gedreven om een beslissende aanval uit te voeren tegen Al Qaeda. Het is waar dat Al Qaeda niet in staat was om een grote aanval uit te voeren in de VS sinds 11 september 2001. Ze hebben echter enkele ‘zachte’ doelen kunnen aanvallen zoals in Casablanca, Bali, An Najaf, Riyadh enzovoort. En boven alles hebben ze duidelijk kunnen deelnemen aan aanvallen op Amerikaanse troepen in Irak.

Het enige wat de Amerikaanse imperialisten hebben kunnen doen is de instabiliteit verspreiden naar andere plaatsen in de regio, vooral – maar niet alleen – naar Pakistan. De bergachtige Afghaans-Pakistaanse grensregio is poreus, relatief onbewaakt en het gebied van de etnische Patanen dat over de nationale grenzen ligt. Al Qaeda heeft waarschijnlijk zijn grootste troepenmacht naar deze regio gebracht, waar het moeilijk is voor de Amerikaanse strijdkrachten om te opereren.

George Bush wacht ongeduldig op resultaten. De nadering van de presidentiële verkiezingen betekent dat het Witte Huis de politiek op het thuisfront in de gaten moet houden. Dit kleurt haar perceptie van de buitenlandse politiek. De oorlog in Irak gaat niet goed en de publieke opinie in de VS is aan het overgaan van steun aan de oorlog naar een meer sceptische houding. De vangst van Saddam Hoessein was een welkome opluchting maar heeft ongelukkig genoeg de guerrillaoorlog in Irak niet gestopt. Een slag toebrengen aan Al Qaeda zou een goede methode zijn om de aandacht van de publieke opinie weg te trekken van de bloedige oorlog en het kiezerspubliek van de president weer te laten toenemen. Er is echter een probleem. Al Qaeda heeft zijn basis in Pakistan, dat een belangrijke bondgenoot is voor de VS en ook een heel onstabiele regio. Washington heeft de druk op Islamabad onlangs opgevoerd. Met hun arrogantie hebben de Amerikaanse imperialisten zonder genade de druk opgedreven op hun bondgenoot Musharraf. Men stelt hem voor de keuze: ofwel maak je een einde aan Al Qaeda, ofwel doen wij het voor jou. Dit alarmeert de leidende kringen in Islamabad.

In een interview met de New York Times op 10 februari legt Musharraf de verantwoordelijkheid voor het lekken van nucleaire technologie bij de CIA. Hij zei dat de CIA tot recent geen enkel bewijs had dat ze nucleaire wapens verspreiden. Dit was een pleidooi van de Pakistaanse dictator aan Washington om niet tussenbeide te komen. Als toegeving aan Washington ondernam Musharraf actie tegen het hoofd van het Pakistaanse nucleair programma, die nucleaire geheimen verkocht had voor veel geld aan Noord-Korea en Irak. Maar uiteindelijk ging deze schurk niet naar de gevangenis en er werd ook geen van zijn 22 luxueuze huizen in beslag genomen. Washington zal niet tevreden zijn met zulke maatregelen. De Amerikanen willen doeltreffende acties tegen de Taliban, Al Qaeda en hun aanhangers in Pakistan. Volgens de Daily Times bracht CIA-directeur George Tenet een geheim bezoek aan Islamabad op 11 februari. Het is duidelijk dat Musharraf het publiek aan het voorbereiden was op wat gaat gebeuren. Musharraf zei op 12 februari in het National Defence College in Rawalpindi:

“Zeker niet alles [in Afghanistan] gebeurt vanuit Pakistan, maar sommige zaken hebben zeker hun oorsprong in Pakistan. Laat ons onszelf niets wijsmaken. Wat er ook gebeurt vanuit Pakistan moet nu gestopt worden, en dat is wat we proberen te doen.” (The Stratfor Weekly, 13 februari 2004, Pakistan Braces for the American Storm)

Het is slechts een kwestie van tijd voordat er zich dramatische gebeurtenissen afspelen in de regio. De Afghaans-Pakistaanse grens bestaat uit bergachtig gebied, perfect voor guerrillaoperaties. De grens zelf is poreus, waardoor aanhoudende guerrilla-interventies mogelijk zijn. Het winterse weer en de bergen laten het niet toe dat men tanks inzet of andere moderne oorlogstuigen. Hierdoor is Amerika zijn technologisch voordeel serieus verminderd. Bovenal kunnen hun vijanden rekenen op de steun en sympathie van de lokale Pataanse bevolking.

De komst van de lente zal evenwel meer gunstige mogelijkheden creëren voor een nieuw offensief van de VS. Deze tijdschaal heeft ook een politieke logica. Bij een gunstig resultaat (aangenomen dat dit er zou komen, wat verre van zeker is) zou dit mooi samenvallen met de Democratische Nationale Conventie in juli. Aangezien Bush zich kwetsbaar voelt voor beschuldigingen over zijn militaire dienst (of beter de afwezigheid hiervan) zou een militair succes in Afghanistan zeer welkom zijn. Deze logica lijkt feilloos, maar is een dubbeltje op zijn kant. Een interventie in Noord-Pakistan zal een storm van protest teweegbrengen. De Patanen voelen zich beledigd door de activiteiten van de Amerikaanse imperialisten in hun thuisland. Gedurende een lange tijd was het grensgebied in het noordwesten een zo goed als verboden zone voor het Pakistaanse leger. Een poging om een offensief te lanceren op dat grondgebied zou een bloedige zaak zijn met vele gevaren.

In een poging om een Amerikaanse interventie te vermijden in Pakistan spreekt Musharraf over een groot Pakistaans militair offensief tegen Al Qaeda en zijn aanhangers in de tribale gebieden. Dit zal het regime echter blootstellen aan serieuze gevaren. De fundamentalisten zijn Musharraf al aan het beschuldigen van verraad omwille van zijn poging om te onderhandelen met India over Kashmir. Een militaire interventie in de NWF (‘North Western Frontier’, de noordwestelijke grensprovincie van Pakistan, n.v.d.r.) zou de woede vergroten onder deze groep, die steunpunten heeft in de legerleiding en dat broeinest van reactie, de Pakistaanse inlichtingendienst: de ISI.

Wankelend regime

De positie van de Pakistaanse president is heel zwak en onstabiel. Hij probeert te balanceren tussen het Amerikaanse imperialisme en de militante islam, die tientallen jaren opgebouwd is door de ISI en het Pakistaanse leger, met de oogluikende toelating van Washington. Omdat dit niet langer past voor het Amerikaanse imperialisme, vragen ze onvoorwaardelijke steun van Pakistan voor de zogenaamde oorlog tegen het terrorisme. Maar hierdoor verergeren de explosieve tegenstellingen in Pakistan.

Musharraf heeft geprobeerd een veilige afstand te creëren tussen zijn regering en de Verenigde Staten. Hij beweert dat hij ze enkel minimaal geholpen heeft met logistieke steun en het delen van inlichtingen. Er zijn geen Pakistaanse troepen betrokken in campagnes buiten het land. De minister van Binnenlandse Zaken, Syed Faisal Saleh Hayat, en minister van Informatie Sheikh Rashid Ahmed blijven ontkennen dat de Amerikaanse inlichtingendienst en militaire krachten betrokken zijn in operaties in Pakistan tegen Al Qaeda of Taliban. Iedereen weet echter dat dit een leugen is. Er zijn enkele gerichte aanslagen geweest waarbij verdachte militanten zijn vermoord of gearresteerd. Ondanks officiële ontkenningen, is het duidelijk dat Amerikaanse strijdkrachten hierbij betrokken waren. Het is duidelijk wie de baas in huis is. Het is natuurlijk een volledig andere zaak om Amerikaanse troepen toe te laten een grootschalige operatie uit te voeren in Pakistan. Het zou de schijn van de soevereiniteit van Pakistan wegnemen en zijn afhankelijkheid van het Amerikaanse imperialisme blootleggen. De gevolgen hiervan zouden onvoorspelbaar zijn.

Het anti-Amerikanisme van de mullahs heeft een reactionaire toon, maar het anti-Amerikanisme van de Pakistaanse massa is een uitdrukking van een grondig anti-imperialistisch gevoel. Als het leger van de VS het noorden binnenvalt, zal de koorts in Pakistan stijgen. De genadeloze druk van de VS op hun marionet Musharraf zal hem volledig ondermijnen in de ogen van de bevolking. Er zullen massale betogingen zijn tegen het imperialisme die snel kunnen omslaan in massaal protest tegen de dictatuur. Er zijn al drie aanslagen geweest tegen Musharraf, en in deze omstandigheden zullen er zeker nieuwe pogingen volgen. Het regime hangt aan een zijden draadje en Washington staat op het punt het door te snijden.

De regering-Bush staat onverschillig tegenover het lot van hun ‘bondgenoot’ in Islamabad. Ze zijn vastbesloten Al Qaeda te vernietigen en Bin Laden gevangen te nemen. En als daardoor de Pakistaanse president valt, dan is dat maar zo. Washington koopt zulke ‘bondgenoten’ met twee tegelijk voor slechts één dollar. Wat kan het hen schelen dat er een ander regime komt in Islamabad? In het verleden zijn er veel zulke veranderingen geweest, en er zullen er vele volgen in de toekomst!

Musharraf heeft geen illusies in de Amerikaanse vriendschap. Daarom roept hij zijn bevolking ten einde raad op om actie te ondernemen tegen de ‘extremisten’ voor het te laat is. Onder druk van Washington heeft hij toegevingen gedaan tegenover India met betrekking tot Kashmir en hij heeft zelfs stappen ondernomen om de basissen van sommige Jihad-groepen te sluiten. Wat hij echter ook onderneemt, dit zal altijd te laat en te weinig zijn. India en de VS zullen constant nieuwe toegevingen eisen. Uiteindelijk zal hij ze niet kunnen inwilligen.

Bush leunt op Musharraf en Musharraf leunt op de autoriteiten van de noordelijke grensgebieden. De jirgas (raden) van de Uthmanzai- en Noord-Waziristani-stammen hebben beslist milities te vormen om vreemde militanten weg te jagen. Er kan echter geen vertrouwen gesteld worden in deze verklaringen. De sympathie van de leden van de stammen zal uitgaan naar de Taliban, niet naar de regering in Islamabad. Ze zullen heel wat lawaai maken en niets ondernemen. Uiteindelijk zal het geduld van Washington opraken en dan zullen ze zelf actie ondernemen. In de komende maanden zal de vraag naar actie groeien en onweerstaanbaar worden. Het warme weer zal er snel zijn, en dit zal betere condities creëren voor de ontplooiing van een Amerikaanse troepenmacht. De ISAF is de taken van de politie aan het overnemen in Afghanistan en dit zorgt voor meer bruikbare troepen voor een lenteoffensief. Het is vijf voor twaalf voor Musharraf.