Wie schept de rijkdom en wie schept de poen?

Een mars van stakende arbeiders verbieden? Scanderen niet toestaan? Het kan allemaal in het diepe West-Vlaanderen… De arbeiders en de vakbonden van aardappelreus Clarebout geloofden hun oren niet toen een gerechtsdeurwaarder hen bedreigde met een dwangsom van 1000 euro per betoger indien hun solidariteitsmars zou doorgaan. De week-lange staking van de Clarebout arbeiders in West-Vlaanderen en Noord-Frankrijk verdient niet alleen daarom meer aandacht. Centraal in dit conflict staat: wie schept de rijkdom en wie schept de poen?

Na de miljardenverkoop (3 à 4 miljard euro) van het bedrijf aan een Amerikaanse onderneming, eisen de arbeiders een ‘premie’, t.t.z. een deel van de koek. Niet meer dan normaal; de arbeiders verdienen er weinig en werken er in moeilijke omstandigheden. Ze denken terecht, dat ze zeer aanzienlijk hebben bijgedragen tot de rijkdom van de Familie Clarebout. De baas wil hen 500 euro geven, de arbeiders willen 10.000 euro. Dit zet kwaad bloed bij papa en zoon Clarebout. Ook andere bedrijfsleiders vinden dat niet te doen. Zelfs zogezegde bedriijfsexperten en economen komen ter hulp gesneld met ‘juridische’ en ‘economische’ argumenten tegen de eis van de vakbonden.

Het Laatste Nieuws ziet het zo:

“De staking is intussen uitgegroeid tot een symbooldossier dat door heel wat andere Belgische ondernemers met argusogen wordt gevolgd.” “Want dit dreigt toch voor een gevaarlijk precedent te zorgen”, zegt Jozef Lievens van het Instituut voor het Familiebedrijf, advocaat en specialist in ondernemingsrecht en familiebedrijven. “Deze staking is ongezien: nergens in West-Europa is ooit op deze manier al om ‘geld van de baas’ gevraagd. Terwijl de stakende arbeiders daartoe geen enkel juridisch recht hebben en hun positie als werknemer overschatten.”

Strikt juridisch inderdaad hebben de arbeiders hier geen recht op. Maar zonder noodzakelijk Karl Marx’ Kapitaal gelezen te hebben, voelen en weten de arbeiders van Clarebout dat de winst van de baas het ‘onbetaalde loon’ is van de arbeidersklasse. De legitimiteit van het kapitalistische eigendom wordt hier in vraag gesteld door de eisen en de staking van de arbeiders.

De specialist ondernemingsrecht, Jozef Lievens beseft dit:

“De arbeiders van Clarebout menen door een misvatting nu plots dat zij mede-eigenaar zijn geworden van het bedrijf. Ja, zij hebben mee bijgedragen aan de waarde van een bedrijf. Nee, zij hebben geen recht op de toegevoegde waarde daarvan. Die komt alleen de eigenaar toe.”

Hij gaat verder: “Een staking als deze betekent een totale verstoring van de sociale verhoudingen op de werkvloer. Als dit de nieuwe norm wordt - het succes van een onderneming is voor iedereen, de risico’s alleen voor de baas - wie zal er dan nog een bedrijf willen opstarten? En waar eindigt het dan?”

“Want volgens dezelfde redenering als de Clarebout-werknemers mogen dan ook de boeren hun deel van de miljardenverkoop opeisen. Want zonder al hun patatten zou er vandaag van Clarebout Potatoes ook geen sprake zijn geweest. Zie je hoe absurd het op deze manier dreigt te worden? De miljarden van Jan Clarebout zijn gewoon de miljarden van Jan Clarebout - zo simpel is het.”

Wel neen, zo ‘simpel’ is dat niet en dat bewijst het grote ongenoegen van de arbeiders van Claerebout. En wat de boeren betreft, die hebben inderdaad ook ‘recht’ op een deel van de milljardenverkoop. De arbeiders hebben natuurlijk gelijk om een groter deel van de koek te eisen. Als revolutionaire communisten denken we dat ze vroeg of laat zelfs de bakkerij moeten opeisen. Want de fabrieken zijn eigenlijk van hen, los van wat er ‘juridisch’ beweerd wordt.