De crisis is weer voorbij! U gelooft het niet? Nochtans gonst het van de positieve berichten in de media. De Belgische economie trekt weer aan met een indrukwekkende 0,1 procent. Europa telde afgelopen zomer 40.000 werklozen minder op een totaal van meer dan 19 miljoen. Na 18 maanden klimt de eurozone uit het dal van de recessie, zo wordt beweerd. Ook op de beurzen is het feest. Daar worden de hoogste winsten sinds het begin van 2008 genoteerd. Euforie alom!

 

Het minst overtuigende argument in heel deze ‘goed nieuws show’ is wel het verhaaltje waarmee men ons wil aanpraten dat de Belg 10 procent rijker is geworden sinds het uitbreken van de crisis. Het volledige vermogen van de Belgen is opgelopen tot 830,4 miljard euro. Bent U vandaag tien procent rijker dan 5 jaar geleden? Waarschijnlijk niet, men heeft het hier over de ‘gemiddelde Belg’ en die bestaat natuurlijk niet. Als je de stijging van het totale vermogen deelt door het aantal Belgen klopt het cijfer misschien wel, maar het heeft niets met de realiteit te maken. Sommigen zagen hun vermogen met veel meer dan 10 procent stijgen en vele anderen zagen het vooral dalen. Straks gaat men nog beweren dat er nooit sprake is geweest van een crisis. 

 

Een gelijkaardig sprookje werd ons reeds in 2010 verteld. Toen gingen de ‘groene groeischeuten’ de wereldeconomie wel weer op gang trekken. Een korte opflakkering, daarna is het verder bergaf gegaan.

 

De uitbundige stemming in de tempels van het geld zegt eigenlijk weinig of niets over de toestand van de reële economie. Op de beurzen wordt er vooral geld gemaakt met ander geld. De spotgoedkope leningen die worden toegestaan aan banken en andere investeerders dienen vooral om handel te drijven met financiële producten. Zulke activiteiten staan grotendeels los van de productie en de handel van goederen en hebben geen enkel voordeel voor gewone stervelingen die hun geld moeten verdienen met werken. De beurzen vieren feest maar in de echte wereld is de crisis alles behalve gedaan. Meer scherpzinnige economisten zoals Etienne de Callataÿ (Bank Degroof) geven toe dat de crisis ver van voorbij is. Een crisis van het kapitalisme zoals we die vandaag kennen is geen permanente recessie. In de jaren 1930 kende de crisis ook (zeer) korte momenten van heropleving. Maar het grote plaatje was er één van een langgerekte algemene crisis. Tien jaar lang, totdat de tweede wereldoorlog een voor tientallen miljoenen mensen nefaste uitweg uit de crisis bood.

 

Meer realistische economisten hebben het vandaag over een ‘lang en moeizaam’ herstel.  De prijs voor dat herstel zal door ons, de mensen die elke dag gaan werken voor een loon, worden betaald. Tien, vijftien, misschien wel twintig jaar lang.  Het betreft hier duidelijk geen klassieke cyclische crisis van het kapitalisme. De op en neergaande beweging van de economie is vergelijkbaar met in en uit ademen. De ademhaling van een jong en gezond persoon verschilt echter danig van die van een oude, zieke en verzwakte mens. Zolang het kapitalisme blijft bestaan zal het op -en neergaande cycli kennen, net zoals een mens blijft ademen zolang hij niet dood is. Zo gaat het ook met het kapitalisme dat zich in volle organische crisis bevind. De korte momenten van opflakkering slagen er niet in om de toestand van de algehele economie en de leefomstandigheden van de arbeidersklasse te verbeteren. Integendeel, de kapitalisten zien enkel een uitweg uit de crisis via afdankingen, soberheidsplannen en reële loonverminderingen.

 

In Vlaanderen was de werkloosheid afgelopen zomer het hoogste van de laatste 7 jaar. Sinds het begin van 2013 verloren 6720 mensen hun job door 85 verschillende collectieve ontslagen.  40 Procent meer bedrijven dan vorig jaar gingen over kop. Nochtans gaat het ‘beter’ met de economie als we de burgerlijke media en economen mogen geloven.

 

De Belgische arbeiders en bedienden moeten nu concurreren met die in het Zuiden van Europa. Dat gaat concreet gezien over bedrijven in Italië, Spanje, Griekenland, Portugal die al 6 à 7 jaar gebukt gaan onder snoeiharde soberheid. Om ‘competitief’ te blijven moeten onze lonen naar beneden klinkt het overal.

 

Unizo haalt waanzinnige cijfers aan. De “loonhandicap” met de drie buurlanden zou 16 procent bedragen. Het verschil in uurloonkost met de rest van Europa ligt nog hoger, namelijk op 33 procent. Maar de patroonorganisatie wil onze lonen niet (onmiddellijk) met een derde doen dalen. Een lineaire daling van 5 procent zouden ze al een goede start vinden. Dat is de inzet van de discussie over de hervorming van de wet op de competitiviteit. Bovenop de huidige loonblokkering wil de regering, onder druk van het patronaat, nog eens een loonbevriezing die pas wordt opgeheven wanneer het verschil met de ‘concurrerende’ landen is weggewerkt. Zulk een loonbevriezing kan eeuwen duren. De neerwaartse spiraal van de lonen die al langer werd ingezet zal daardoor nog versterkt worden. De competitiviteit en het herstel van de winsten van de kapitalisten blijft op die manier de hoeksteen van elk economisch beleid in Europa. Ieder voor zich, met als gevolg een steeds toenemende vernietigende concurrentie tussen kapitalisten en natiestaten waarbij de arbeidersklasse het gelag moet betalen.

 

Onder de huidige omstandigheden waarin het kapitalisme zich bevindt, zijn er slechts twee keuzes mogelijk. Ofwel wordt het soberheidsbeleid verder gezet, samen met de hervorming van de arbeidsmarkt en de loonbevriezing. Kortom het beleid dat de Europese Unie, het IMF, de Wereldbank en partijen zoals CD&V/CDH, de liberalen en de N-VA voorstellen. De SP.a en de PS spartelen een beetje tegen maar blijven vrijwillig gevangen in deze logica omdat ook in hun visie het kapitalisme het enige mogelijke systeem is. Nu en dan zijn ze verontwaardigd over de soberheidsplannen en gaan ze tekeer tegen de Europese Commissie. Ze dromen luidop van een relanceplan maar in alle stilte blijven ze medeplichtig aan de soberheid en de sociale afbouw. Zolang het kapitalisme wordt aanvaard blijven besparingen de agenda van de volgende regeringen bepalen.

 

Een andere optie is breken met dit systeem. Het vertrekpunt van vakbonden en linkse partijen zou moeten zijn dat niet wij, maar de kapitalisten de crisis moeten betalen. Zolang de kapitalisten de touwtjes in handen hebben, zullen dezelfde problemen echter steeds opnieuw opdoemen. Een echte oplossing ligt in de nationalisatie van de banken en het onder arbeiderscontrole en zelfbeheer brengen van de volledige productie en de groothandel.  Het is er tijd voor. 

 

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 322 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken