Erik De Bruyn, woordvoerder van SP.a Rood, pleit voor nationalisatie Opel tijdens de nieuwjaarsreceptie van de SP.a Laarne. Hier leest u zijn toespraak.

Kameraden,

Als is de nieuwjaarsboodschap nog zo snel, de actualiteit achterhaalt haar wel. En niet altijd op een even fijnbesnaarde manier. De sluitingsplannen van het management van Opel hebben Rudi en mij gedwongen alles te herzien wat we hier vandaag komen vertellen.

Het zal hier vandaag dus veel over Opel gaan. De dreigende sluiting hangt als een donderwolk boven heel België. (Sorry voor de gevoelige zielen van de N-VA, ik spreek liever over België, Vlaanderen is voor mij noord-België)

Het gaat hier over de 2.600 arbeiders van Opel en hun gezinnen. Het gaat hier over de arbeiders in de toeleveringsbedrijven zoals Johnson Controls in Geel. In totaal tussen de 5.000 en de 10.000 arbeidsplaatsen. Maar het gaat over nog veel meer. Het gaat over de toekomst van de industriële tewerkstelling in heel België en over de tewerkstelling tout court. Met andere woorden, het gaat hier over de corebusiness van onze partij om het in managementstermen uit te drukken. Als we Opel Antwerpen loslaten, dan komt ons industrieel en economisch weefsel in gevaar. Vergeet trouwens een diensteneconomie zonder industriële fond. Een diensteneconomie zonder industriële basis, dat zie je in de derde wereld: dat komt neer op schoenen poetsen en stylo’s verkopen!

Zowel links als rechts zeggen natuurlijk bekommerd te zijn om die tewerkstelling. Maar de formules om ze te behouden zijn wel heel verschillend. Bij rechts komt het er in grote lijnen op neer dat we plat op onze buik moeten gaan voor de grote multinationale bedrijven, dat we het spel volledig moeten spelen volgens de spelregels van het kapitaal. De Vlaamse rechterzijde stoort zich enorm aan elk spatje Frans dat op Vlaamse bodem zou kunnen terechtkomen, maar vindt het blijkbaar veel minder erg dat we voluit gegijzeld worden door zowel binnenlandse als buitenlandse multinationals. Want laten we ons geen illusies maken over het ‘kapitalisme van eigen bodem’. Bekaert, een zogenaamd oer-‘Vlaams’ bedrijf, maakte in 2008 in haar vestiging in Hemiksem alléén 10 miljoen euro winst. Ondanks die zo verguisde ‘hoge loonkost’. Toch werd onder leiding van Manager van het jaar Bert De Graeve de fabriek gesloten en de productie overgebracht naar Thailand. Moeten we dan echt de lonen en de levensstandaard van Thailand overnemen om competitief te zijn? Is dat de toekomst die de rechterzijde voor ons in petto heeft?

AB Inbev, een ‘Belgisch’ (Braziliaans) bedrijf, hetzelfde: 230 miljoen euro winst is niet genoeg. Er moesten 263 jobs sneuvelen. Niet de loonkosten zijn te hoog, de winsthonger is te groot. Dat is het probleem in België en Europa!

Dat brengt me bij Opel. Men schildert die beslissing al af als een product van het zogenaamd ‘economisch realisme’. Het kan niet anders, het zijn de economische wetmatigheden. Heel de pers gaat mee in die defaitistische teneur. Ik gruwel van dat woord ‘realisme’. Het is blijkbaar ‘economisch realisme’ om 10.000 gezinnen van de ene dag op de andere hun broodwinning af te nemen. Hoe realistisch is dat voor die mensen die vaak afbetalingen hebben lopen voor huis en auto, studerende kinderen enzovoort?  Als we het dan toch over economische realiteiten moeten hebben, dit is er ook een: Opel Antwerpen is een van de productiefste assemblageplatformen voor auto’s in de wereld. Hoge loonkost inbegrepen. De Belgische arbeiders verdienen letterlijk en figuurlijk hun hoge lonen. Ze geven er hard werken en hoge technische competentie voor in de plaats.

De sluiting is dan ook een politieke beslissing. Duitsland weegt zwaarder dan België op politiek vlak, dat is evident. Daarom moet de Belgische vestiging dicht. Wat kunnen we daartegen in stelling brengen, is nu de vraag. Twee dingen. Ten eerste de Europese syndicale solidariteit. AB Inbev heeft bewezen dat we beslissingen kunnen keren. Maar dat kan alleen door het opbouwen van krachtsverhoudingen. Wat Opel betreft moeten die syndicale krachtsverhoudingen gebouwd en versterkt worden op Europees niveau, tegen het defaitisme en de psychologische oorlogsvoering in. In Antwerpen wordt aan die krachtsverhoudingen een bijdrage geleverd door de parking met de afgewerkte wagens te blokkeren. Wij moeten dat met SP.a maximaal steunen, ik kom daar straks nog op terug.

Tweede wapen dat we tegen de politieke beslissing tot sluiting in stelling moeten brengen, en daar moet SP.a een sleutelrol spelen, is zélf het lef hebben om politieke beslissingen nemen. Het is vijf na twaalf wat een plan B betreft, een vangnet onder Opel Antwerpen voor het geval de toekomst binnen Opel en GM dan toch doodloopt. Ik heb in dat verband al enkele keren gesproken over het nationaliseren van de fabriek. Dat wordt natuurlijk altijd een beetje gênant weggelachen. JM De Decker begint dan te lullen over Trabantjes en zo. Maar de realiteit is de volgende: mochten de VS en Duitsland niet zijn overgegaan tot de nationalisatie van resp. GM en Opel, dan zou er van GM en Opel verdorie al lang geen sprake meer geweest zijn!

En zonder nationalisaties zou er in ons eigen land al lang geen sprake meer geweest zijn van Fortis, Dexia en KBC!

De Belgische en Vlaamse overheden moeten voor Opel minstens doen wat ze voor de banken hebben gedaan. Want deze keer gaat het over de broodwinning van gewone werkende mensen. Trouwens, op de keper beschouwd is de fabriek in Antwerpen al van ons, van de gemeenschap. Ik stel voor dat de SP.a in het parlement eens vraagt een oplijsting te geven van alle subsidies, belastingvrijstellingen, lagere SZ-bijdragen op nachtpremies, ter beschikking stellen van haventerreinen en andere voordelen die Opel al kreeg. Het totaalbedrag zal vele malen hoger zijn dan de waarde van de fabriek in Antwerpen.

We beschikken bovendien over een Vlaamse begrotingspost van 500 miljoen euro voor Opel. We beschikken over publieke investeringsmaatschappijen die een overheidsholding voor de auto-industrie kunnen oprichten en de fabriek kunnen overnemen zoals Nederland destijds deed na het faillissement van DAF. De Nederlandse overheid heeft de infrastructuur van DAF gebruikt om er buitenlandse modellen op te assembleren.  Op die manier kunnen we Opel Antwerpen op korte termijn redden. We hebben tijd tot en met juni. We moeten NU handelen. Op langere termijn moet er dan nagedacht worden over duurzame reconversie naar elektrische wagens waar er in België al bijzonder veel technologie aanwezig is op onze universiteiten, met name de VUB, ook het product van overheidsinvesteringen. Het is een mythe dat innovatie altijd van de private sector komt!

De autosector heeft een toekomst. Ik kocht gisteren de Financial Times. Alleen al de Chinese markt zal groeien van 8,6 miljoen auto’s/jaar nu tot 30,2 miljoen/jaar in 2020, en daarmee het dubbele bedragen van de Amerikaanse markt! India stijgt van 1,7 naar 8,4 miljoen. Als die allemaal op benzine of diesel gaan rijden, dan zijn we eraan voor de moeite. Dan stikken we of we verdrinken in smeltend poolijs, en de petroleum zal dan ook snel op zijn. Het is dus duidelijk dat we voor een nieuwe industriële revolutie staan. En ofwel nemen we daar in België aan deel – met de technologische voorsprong en hooggeschoolde arbeiders die we hebben – of we doen dat niet. Ook het feit dat we een klein land zijn met korte afstanden geeft ons een natuurlijk voordeel in de eerste fase van de ontwikkeling van elektrische auto’s.  Maar de overheid zal daarin het voortouw moeten nemen. De achterhaalde  politieke dogma’s van de rechterzijde tegen overheidsinmenging in de economie moeten resoluut opzijgeschoven worden.

Het is dus veel en veel te vroeg om te spreken van een sociaal plan. Dat is het schoonheidsfoutje in de solidariteitsmail van onze voorzitster. Daar had niets mogen in staan over een sociaal plan. Zo tonen we ons zwak en onzeker.

Maar goed, kameraden, laten we de stier bij de horens vatten zou ik zeggen. Wat de arbeiders van Opel nu op korte termijn nodig hebben is voelbare, bijna fysieke solidariteit. Ik stel dan ook voor dat we vanaf nu met de SP.a (als aanzet van een veel breder sociaal front) vanaf nu een permanente wake organiseren aan de poorten van Opel Antwerpen. Om te tonen dat we Opel Antwerpen niet loslaten. In beurtrol kunnen afdelingen of groepen van afdelingen van de SP.a die wake bemannen en bevrouwen. Dat zal van ons ook terug een andere partij maken, een actiepartij, een partij die onder de mensen is op de ogenblikken dat dit van ons verwacht wordt. Ik heb het voorstel al gelanceerd bij SP.a Antwerpen. Ik wacht op een antwoord, hopelijk niet te lang.

Ik heb een goed gesprek gehad met Caroline Gennez begin december. Daaruit bleek dat ze op een aantal punten zeer dicht bij de standpunten van het ABVV en SP.a Rood staat, zoals over de nood aan een openbare bank, een vermogensbelasting enzovoort. Maar het moment van de waarheid is nu. NU moeten we laten zien dat we fysiek zij aan zij staan met onze vakbondskameraden. Geen woorden maar daden! Naar links en dan vooruit!