Met 33,6 procent van de stemmen achter hun naam eindigt de campagne van Erik De Bruyn en Elke Heirman in een zege. De linkerzijde van de SP.a kan niet langer als een marginaal verschijnsel worden afgedaan. “Dit is een score die niet meer weg te cijferen valt. Vanaf nu gaan we wegen op de interne besluitvorming en de traditie herstellen van een zichtbare linkerzijde binnen de partij”, verklaarde Erik De Bruyn aan de media.

De SP.a had al lang niet meer een congres zoals deze ochtend. De opkomst was groot met 1.200 leden en er heerste een woelige en strijdbare sfeer. Bruno Tobback grapte dat SP.a voordien vaak applauscongressen organiseerde, maar dat er nooit zoveel applaus was als op dit congres. Veel tussenkomsten benadrukten het belang van Eriks kandidatuur voor het debat in de partij – in tegenstelling tot de zure opmerkingen in de media van de oude Tobback. Sommige sprekers, zoals Pascal Smet, getuigden nog sterk van de achterhaalde partijcultuur met inhoudloze en zielloze speechen over een warme en open partij die gelooft in de maakbaarheid van de samenleving. Anne Van Lancker kwam in een zwakke poging de propaganda van Zij-Kant, de socialistische vrouwenorganisatie, voor Caroline Gennez verdedigen. Ze kreeg slechts een lauw applaus. Het merendeel van de sprekers kwam echter tussen met vuur en scherpe opmerkingen werden niet gemeden. We noteerden er enkele die wij zelf opmerkelijk vonden.

Johan Bossuyt vroeg om te stoppen met de opdeling van Vlamingen en Walen, zowel buiten als binnen de partij. Vlaams parlementslid Kurt De Loor trok spijtig genoeg zijn kandidatuur voor het partijbureau terug omdat de uitslag toch al vast lag via een lijstje van getrouwen dat de top liet circuleren. Bram Boriau van Animo vroeg dat de SP.a zich terug meer met brood-en-boter-issues zou bezighouden aangezien de mensen daar van wakker liggen, zeker nu de voedingsprijzen zo fors stijgen. Peter Van Velthoven riep op om de werkgevers te activeren en brak een lans voor minder marketing en meer verontwaardiging in het partijbeleid. Jan Velleman van Liedekerke stelde dat de SP.a door de voorzitterscampagne de afdelingen opnieuw heeft ontdekt. Hij had van zijn afdeling de expliciete vraag gekregen op het congres te pleiten voor meer democratie want zij worden in de praktijk dikwijls geconfronteerd met ondemocratische praktijken. In een duidelijke verwijzing naar Caroline Gennez zei hij: “Het gaat niet op dat iemand een andere persoon communist noemt en daarna zelf praktijken uit het communisme toepast!” Freddy De Vilder van Zelzate was evenmin mals: “In de regering zaten de babes en partijvedetten met hun ogen dicht want de postjes waren toch al verdeeld.” Hij betreurde dat de partijleiding niet langer de taal van de werkvloer spreekt. Johan van Eeghem, voorzitter van SP.a Blankenberghe, merkte op dat het lang geleden was dat tussenkomsten op een congres steevast begonnen met ‘kameraden’. Hedwin De Clercq, delegee bij VW, wees er overigens op dat het niet volstaat enkele maanden voor de verkiezingen arbeiders op de lijsten te zetten om zo de arbeidersklasse terug te winnen.

De meest opmerkelijke tussenkomst kwam evenwel van Fred Patrie uit Brussel, al 62 jaar lid van de partij. Hij haalde het idee onderuit alsof de socialisten overbodig zouden zijn omdat ze hun doelstellingen hebben verwezenlijkt. Hij somde de feiten op: één op zeven Belgen is arm, waaronder veel gepensioneerden. Meer dan één op vier Brusselaars is arm. “En nu gaan de smerige rechtsen het beleid voeren.” Toen Patrie opriep voor een vermogensbelasting op de grote kapitalen barstte de zaal spontaan uit in instemmend gejoel en een staande ovatie, voor ons het hoogtepunt van het congres en een eerbetoon aan een socialist die zich al decennia inzet voor echt socialisme, waarbij de Brusselse partijtop hem vaak poogde te isoleren.

Een aanzienlijk deel van de partijtop voert nu onmiskenbaar een linksere retoriek. Tijdens de provinciale SP.a-bijeenkomsten hoorden we Caroline Gennez zelfs veelvuldig naar Marx en zowaar ook naar de anarchist Bakoenin verwijzen. Ook nu kwam Gennez enkele keren scherp uit de hoek tegen oranje-blauw. Op zich is deze linksere retoriek al een grote verworvenheid van SP.a Rood. De linkerzijde zal er nu op moeten toezien dat de woorden ook worden omgezet in daden. Erik De Bruyn wees er in een interview met De Morgen op dat de partijtop onder druk van de voorzittersstrijd al heel wat toezeggingen heeft gedaan over meer partijdemocratie, een transparantere werking, meer dialoog enzovoort. “We gaan die toezeggingen en doelstellingen bewaken. We gaan het interne debat blijven aanzwengelen.”

Overigens was het raar voor een open en warme partij dat de ‘verliezers’ geen spreekruimte kregen op het congres. De Standaard observeerde dat voorzitter Caroline Gennez in haar maidenspeech zelfs geen applaus vroeg voor Erik en Elke. Dat kregen ze achteraf op het overwinningsfeest van SP.a Rood echter in overvloed bij hun binnenkomen in het Zuiderpershuis. Iedereen zong uit volle borst de Internationale om deze socialistische doorbraak te vieren.