Wat begon als een demonstratie tegen de toenmalige president Viktor Janoekovitsj, dreigt uit te lopen op een gewelddadige burgeroorlog. Oekraïne is uitgegroeid tot het toneel van een proxy war tussen twee imperialistische kampen: aan de ene kant het Rusland van president Vladimir Poetin en aan de andere kant het Westen. Beide kampen  vormen echter twee zijdes van dezelfde medaille en geen van hen kan het Oekraïense volk bevrijden van de economische malaise.

Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie is Oekraïne in een economisch dal belandt waar het niet uit kan ontsnappen. De versnelde invoering van het kapitalisme in 1991 was rampzalig voor de economie. Het land heeft sindsdien te kampen gehad met werkloosheid, hoge schulden en een groeiende emigratie van arbeidskrachten. Voor veel Oekraïners vormt de Europese Unie (EU) de oplossing voor hun economische problemen. Dit is uiteraard een hopeloze illusie, omdat de EU zelf in een diepe crisis zit. De EU-lidstaten Griekenland en Spanje ervaren hun lidmaatschap op dit moment eerder als een last dan een lust. De situatie in Oekraïne is echter zo wanhopig dat de bevolking dit nog altijd ziet als een verbetering van de huidige omstandigheden.

Toen president Janoekovitsj in november 2013 onder druk van de pro-Russische tycoons in Oost-Oekraïne besloot het associatieverdrag met de EU niet te ondertekenen, zorgde dat voor een golf van woede. Het Onafhankelijkheidsplein in het centrum van Kiev stroomde vol met demonstranten die eisten dat Janoekovitsj alsnog het verdrag zou tekenen. De protesten werden met harde hand neergeslagen. Dit zorgde voor een kentering in de houding van de demonstranten. Niet langer stond de ondertekening van het associatieverdrag centraal. De protesten richtten zich uitsluitend op het vertrek van president Janoekovitsj.

De protestbeweging die bezit nam van het Onafhankelijkheidsplein was echter verre van revolutionair en progressief. Door de afwezigheid van een sterke linkse partij, werden de demonstraties gekaapt door de extreemrechtse bewegingen. Tussen de demonstranten doken steeds vaker leden van de neonazistische Rechtse Sector op, de paramilitaire vleugel van de Svoboda partij. Getooid met fascistische tekens leverden ze dagelijks slag met de oproerpolitie. Hierdoor groeiden ze uit tot helden in de ogen van de Oekraïense middenklasse. De vakbonden en linkse partijen zijn echter niet welkom. Zij worden met dezelfde felheid bestreden als de oproerpolitie van Janoekovitsj.

Vanuit Brussel en Washington klonken lovende geluiden voor de demonstraties in Kiev. De leiders in West-Europa en de Verenigde Staten kozen ervoor het fascistische karakter van de harde kern van de zogenaamde ‘Euromaidan’ beweging over het hoofd te zien. Men zag in de beweging een bruikbaar middel om de invloed te herwinnen die men na de verkiezing van Janoekovitsj in 2010 had verloren. Nog voor het vertrek van Janoekovitsj in februari 2014 vond er tussen Brussel, Berlijn en Washington druk overleg plaats over welke marionet benoemd zou worden tot de nieuwe president.De keuze viel uiteindelijk op OleksandrToertsjynov, de partijleider van de conservatieve Vaderlandpartij. Zijn kabinet bestaat uit onder anderen twee ministers en een vicepremier van de fascistische Svobodapartij. Ondanks de aanwezigheid van uitgesproken neonazi’s geniet de regering van Toertsjynov de onverdeelde steun van het Westen. Met deze steun in het achterhoofd heeft de regering een ware terreurcampagne opgezet tegen vakbondsleiders, linkse politici en (ogenschijnlijk) pro-Russische functionarissen en heeft de president een ‘anti-terreurcampagne’ aangekondigd jegens de pro-Russische demonstranten in het oosten van Oekraïne.

Poetin laat het verlies van invloed in een strategisch gelegen gebied zoals Oekraïne niet over zijn kant gaan. Enkele dagen na het vertrek van Janoekovitsj begonnen ‘ongeïdentificeerde militairen’ strategische punten op het Krim-schiereiland in hun bezit te nemen. Binnen enkele dagen werden vliegvelden, communicatiecentra en militaire bases omsingeld of ingenomen. Het was een publiek geheim dat deze ‘ongeïdentificeerde militairen’ leden van de Russische strijdkrachten waren. De Russen hadden sinds de onafhankelijkheid een grote militaire basis op het schiereiland en vanuit daar wist men de Krim in te nemen, een proces dat alleen maar werd bespoedigd door de besluiteloosheid van de regering in Kiev. Op 16 maart 2014 wordt er op de Krim een referendum gehouden over het vraagstuk of het gebied onderdeel moet worden van Rusland. Maar liefst 95,5% van de kiezers stemden in met onmiddellijke aansluiting.

In Moskou reageerde men vlot. Twee dagen na het referendum werd de annexatie van de Krim bevestigd een verdrag dat snel daarna werd geratificeerd door het Russische parlement. Het Westen reageerde verdeeld. Er werd veel gesproken over sancties, maar uiteindelijk besloot men het te houden bij het bevriezen van enkele tegoeden en het uitvaardigen van een reisverbod voor enkele Russische diplomaten. De wederzijdse economische afhankelijkheid tussen Rusland en het Westen zorgt ervoor dat de bewegingsruimte voor economische sancties zeer beperkt is. Ondertussen houdt men niet op bij de annexatie van de Krim. Begerig heeft Poetin zijn oog geworpen op Oost-Oekraïne, een regio die traditioneel pro-Russisch is en bovendien rijk aan grondstoffen. Pro-Russische paramilitairen, actief gesteund door Russische commando’s, doen het voorbereidend werk voor de volgende annexatie.

Welke mogelijkheid rest er nog voor Oekraïne? Aan de ene kant steunt de EU een regime dat op fascisten leunt, aan de andere kant probeert Rusland het land op te delen. Bovendien bieden ook op economisch vlak beide kampen geen verbetering van de huidige situatie. De EU bevindt zich in haar grootste crisis sinds haar ontstaan en in Rusland is het vermogen geconcentreerd in een piepkleine elite. Geen van beide opties klinkt erg aantrekkelijk. Toch is er nog een optie. De redding van Oekraïne ligt in het volgen van een revolutionair socialistisch programma waarin het bezit van de tycoons onteigend wordt en hun onmetelijke rijkdom wordt ingezet om de Oekraïners weer aan een baan te helpen en een merkbare verbetering van hun dagelijks bestaan. Op dit moment zijn de linkse groeperingen ernstig verzwakt, maar zodra de bevolking bewust wordt van de leugens en het gebrek aan perspectief van de huidige extreemrechtse regering zal men alleen in het socialisme een weg vinden uit deze voortdurende crisis.