Op donderdag 5 november jl. werd door het Arbeidshof te Brussel een zaak beslecht waarbij werd geoordeeld dat een werknemer niet mocht worden ontslagen omdat hij had deelgenomen aan een collectieve actie. Het feit kreeg heel wat weerklank in de pers (zie voor een filmpje: http://www.brusselnieuws.be/artikels/economie/iac-fiat-mag-vakbondsafgevaardigde-niet-ontslaanhttp://www.brusselnieuws.be/artikels/economie/iac-fiat-mag-vakbondsafgevaardigde-niet-ontslaan). Reden genoeg om een en ander van dicht(er)bij te bekijken.

Een zwaar sociaal conflict

Eind 2008 breekt er een zwaar sociaal conflict uit bij IAC, het Belgische filiaal van een Italiaanse autofabrikant. De werkgever stelt een herstructurering voor waarbij 25 werknemers moeten afvloeien. Twaalf daarvan genieten een of andere vorm van bescherming als (kandidaat-)personeelsafgevaardigde.

De partijen geraken in een patstelling en op 7 mei 2009 bezetten een aantal werknemers een vestiging. Zij blokkeren de ingang en gebruiken daarbij o.a. een aantal voertuigen (waarvan zij de banden hebben plat gezet). Aan de pers vertellen ze dat ze de stock van 140 nieuwe wagens zullen gebruiken als pasmunt voor een sociaal plan. Kortom, de metallos gebruiken hetzelfde scenario als bij Renault.

Een van de personeelsafgevaardigden (lid OR/CPBW en vakbondsafgevaardigde) is te zien op tv-beelden; hij voert de sleutels van de wagens symbolisch af.

De reactie

De werkgever dagvaardt twintig bezetters en vraagt aan de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg om hen te bevelen om het bedrijf te verlaten onder verbeurte van een dwangsom van 1000 euro per overtreding. De rechter stelt vast dat de piketten het eigendomsrecht schenden (zij beletten de werkgever immers om het bedrijf te betreden) en staat de vordering toe. De twintig verlaten de site maar de andere bezetters (een zestigtal) blijven.

De advocaat van de werkgever dient daarop een eenzijdig verzoekschrift in. Deze maal wordt gevraagd aan de voorzitter om de beschikking zo op te stellen dat ze tegen "eender wie" kan worden gebruikt. De voorzitter stemt toe. Nadat de deurwaarder het bevelschrift heeft overgemaakt aan de resterende actievoerders, wordt de bezetting afgeblazen. Aan de personeelsafgevaardigde die weet waar de oorlogsbuit zich bevindt, wordt gevraagd om de sleutels af te geven. Deze wil dit alleen doen in het bijzijn van derden (o.a. de gewestelijke secretaris). Daarop start de werkgever de procedure op om deze beschermde werknemer te ontslaan om dringende reden.

De ontslagbrief bevat een waslijst aan verwijten. Deze worden allemaal onder de loep genomen. De arbeidsrechtbank gaf de werkgever gelijk. In hoger beroep besluit het arbeidshof uiteindelijk dat er geen sprake kan zijn van dringende reden. Het zou ons te ver leiden om het hele arrest van een commentaar te voorzien. Enkele punten verdienen het evenwel om gesignaleerd te worden.

De kers(en) op de taart

Het hof staat lang stil bij de inhoud van het stakingsrecht. Zo wordt o.a. gesteld dat de rechter zich niet mag blind staren op het nationale recht, maar zich moet laten inspireren door het internationale recht. Dat impliceert o.a. dat in geval van een vreedzame staking de gebruikte actiemiddelen niet als een "feitelijkheid"" (=een laakbare handeling) kunnen gekwalificeerd worden (en dus geen aanleiding kunnen geven tot represailles).

Het hof stelt in verband met de bezetting dat het blokkeren van de ingang van de site en het verplaatsen van auto's binnen het bedrijf tijdens de actie behoren tot het recht om collectief actie te voeren ("l'exercice du droit d'agir collectivement"). Wanneer dergelijke zaken gebeuren, kan men die niet verwijten aan één werknemer.

Even de pret bederven

Binnen syndicale milieus gonst het van de berichten dat in het arrest het recht op bezetting werd geproclameerd. Wie dat beweert, houdt zijn dromen voor werkelijkheid.

Het hof erkent alleen dat het deelnemen aan een bezetting (zonder gebruik van geweld) niet als een fout kan worden gekwalificeerd en men m.a.w. hiervoor niet kan worden ontslagen om dringende reden. Wie een bezetting begint, moet er echter rekening mee houden dat waarschijnlijk elke rechter (vaak is dit de vrederechter) een uitdrijvingsbevel zal verlenen aan de werkgever indien diens eigendomsrecht wordt geschonden.

Een ander punt dat moet worden aangestipt. De zaak van de werkgever werd behartigd door een advocatenkantoor dat voornamelijk bestaat uit union-busters. Wanneer zij in een conflict worden betrokken, stijgt de spanning meestal recht evenredig met hun facturen. Niet iedereen binnen de arbeidsgerechten en arbeidshoven houdt van deze aanpak. En dit zou ook wel eens hebben kunnen meespelen bij de besluitvorming.

Twee maten en twee gewichten

In de pers werd gesignaleerd dat de personeelsafgevaardigde nu niet aan de deur mocht worden gezet, tenzij...de werkgever 5,5 jaar loon betaalt. Het Belgische ontslagrecht is immers zo geconcipieerd dat de werkgever nooit kan worden verplicht om een werknemer in dienst te houden. Dit leidt tot de absurde situatie dat een werknemer die een bedrijf bezet, zou moeten worden gestraft (althans in de hypothese van de ondernemer), maar voor een werkgever die een beslissing van het arbeidshof aan zijn laars lapt, volstaat het dat hij de portemonnee bovenhaalt.