We ontvingen dit verslag vanuit Moskou kort na de bestorming van de school in Beslan in Noord-Ossetië. Het geeft ons enige informatie die ons onthouden werd door de Westerse media. Het verslag gaat in op de verdeeldheid die bestond tussen de bewoners van Beslan en de autoriteiten.

De ouders en verwanten van diegenen die werden vastgehouden hadden geen enkel geloof in de capaciteit van de autoriteiten om hun geliefden te beschermen. De bevolking eiste ook dat de regering zou ingaan op de eisen van de terroristen maar de regering gebruikte het excuus dat de eisen ‘te vaag’ waren. De regering was tevens onduidelijk over het aantal mensen dat werd vastgehouden, terwijl de families goed genoeg wisten dat het aantal gegijzelden veel hoger was dan de officiële cijfers stelden. De autoriteiten probeerden duidelijk het probleem te minimaliseren. Dit wijst op een zeer hoge mate van cynisme vanwege de Russische regering en vanwege Poetin zelf.

Hiermee willen we niet ontkennen dat de houding van de gijzelnemers een barbaarse houding was. Zij hebben de mensen die ze gijzelden zeer slecht behandeld en waren zelfs bereid om op wanhopige kinderen te schieten. Deze gebeurtenis heeft dan ook terecht voor wereldwijde verontwaardiging gezorgd. Niemand kan gevoelloos blijven bij de beelden van gewonde en dode kinderen en van wanhopige ouders op zoek naar hun kind.

Het spijtige aan deze zaak is evenwel dat dit terechte ongenoegen schaamteloos zal uitgebuit worden door de Poetins van deze wereld, door de Blairs en Bushs evengoed. Deze barbaarse daad van individueel terrorisme zal de belangen van het Tsjetsjeense volk niet dienen. De gijzeling zal in tegendeel een aanleiding vormen voor nog meer repressie in Rusland. Poetin zal deze gebeurtenis zonder twijfel aangrijpen om de oorlog nog op te drijven. Dit zal het land er geenszins veiliger op maken voor gewone werkende mensen. De operaties van het Russische leger in Tsjetsjenië hebben de regio volledig vernietigd. De hoofdstad Grozny is nog slechts een schim van z’n vroegere zelf. Vele Tsjetsjenen zijn gedood. Het reservoir waaruit de terroristen kunnen putten, zal dus enkel nog toenemen. De spiraal van aanvallen van het Russische leger zal voortduren en ook de individuele terreur zal blijven bestaan, omdat beide elkaar in stand houden. Bush zal de gijzeling eveneens aangrijpen in z’n verkiezingscampagne om nogmaals z’n oorlog tegen de terreur te rechtvaardigen.

Dit artikel maakt duidelijk dat de mensen van de Kaukasus vrede willen en geen oorlog. De oorlog zal echter voortduren zolang de macht van de Russische oligarchie blijft bestaan. De grootmachten in de wereld zijn niet echt geïnteresseerd in de levens van gewone werkende mensen. Zij zijn slechts geïnteresseerd in macht, privilegies, controle over grondstoffen en winst. Midden in de conflicten die hieruit voortkomen, staat de arbeidersklasse. De barbarij die we de laatste dagen hebben gezien, zal blijven voortduren zolang we het systeem waaruit die barbarij voortkomt niet omver werpen. Alleen wanneer de arbeidersklasse volledige controle heeft over haar eigen toekomst zullen de mensen in vrede leven.

Een luide explosie en geweerschoten luidden de bestorming van de school in om ongeveer 12u lokale tijd. Hiermee kwam een einde aan een driedaagse gijzelingscrisis. Een groep van een twintigtal gijzelaars, waaronder kinderen, probeerden te ontsnappen en werden neergeschoten door de gijzelnemers. Ondertussen kwamen tanks en ambulances aangereden en cirkelden helikopters boven de school. Onder de families die buiten stonden te wachten, brak ondertussen grote paniek uit omdat de volgende uren uit chaos bestonden. Er stonden immers geen 300 officiële levens op het spel maar wel ongeveer 1500 gegijzelden, althans toch volgens de moeders met jonge baby’s die de dag voordien waren vrijgelaten.

De spanning nam nog toe toen verschillende ontploffingen vanuit de school weerklonken, blijkbaar het werk van de Speciale Eenheden die probeerden om gijzelaars weg te krijgen uit de school. Een tweehonderdtal gegijzelden probeerden weg te geraken onder de bedreiging van scherpschutters. Uit de eerste verslagen vanuit de school werd duidelijk dat een plafond naar beneden was gekomen in de turnzaal waar de gijzelaars werden vastgehouden.

De onrust over de gijzelaars die zich nog in de school bevonden nam toe. De veiligheidschef kondigde aan dat de situatie onder controle was, maar wanhopige families legden die woorden naast zich neer terwijl ze op de schoolterreinen op zoek gingen naar hun kinderen.

Dan deed het bericht de ronde dat een aantal ontsnapte gijzelnemers, 13 of zo, beschutting hadden gezocht. Twee vrouwelijke zelfmoordenaars zouden ontsnapt zijn door zich te vermommen als verpleegsters. Er werden ook geweerschoten gemeld vanuit het zuiden van de stad en in een nabijgelegen appartementsgebouw waar de terroristen zich zouden verschanst hebben. Elke politieofficier in Noord-Ossetië werd opgeroepen om alle mogelijke wegen en spoorverbindingen in de regio te blokkeren. Lokale gewapende milities gingen ook zelf op zoek naar de terroristen. De Russische staatsradio maakte melding van het feit dat lokale inwoners een terrorist zouden geëxecuteerd hebben terwijl die probeerde te vluchten uit de school.

Rond 15u vertelden de persagentschappen via het internet dat de crisis voorbij was. Toch was er nog sporadisch geweervuur te horen terwijl soldaten nog steeds op zoek waren naar gevluchte terroristen. De internetsite gazeta.ru citeerde een bron binnen de veiligheidsdiensten die stelde dat er minimum 150 doden waren gevallen. Het echte cijfer lag echter veel hoger. Tenminste 330 mensen werden gedood, bijna de helft van hen kinderen.

De rol van de autoriteiten

Net zoals tijdens de gijzeling in het noordoosten van Moskou ongeveer twee jaar geleden, toonden de media ook nu beelden van inwoners uit Beslan die plakkaten droegen waarin ze de regering opriepen om in te gaan op de eisen van de gijzelnemers.

De autoriteiten stelden echter dat ze dat niet konden doen omdat de eisen van de terroristen niet duidelijk waren. De gijzelnemers eisten de vrijlating van strijders die waren binnengevallen in Ingoessetië in juni dit jaar, waarbij 100 doden vielen en waardoor de federale troepen zich terugtrokken uit Tsjetsjenië.

Voor de bewoners van Beslan was het blijkbaar geen probleem om dertig Tsjetsjenen en Ingoesseten te ruilen voor honderden familieleden en vrienden. Zij waren zelfs bereid om een einde te maken aan de oorlog in Tsjetsjenië, die ze correct aanwijzen als de schuldige voor de terroristische aanval op hun dorp. Voor president Poetin was dit nochtans geen argument, hij wilde geen toegevingen doen.

De huidige situatie verschilt van de eerste oorlog in Tsjetsjenië tussen 1994 en 1996, die beëindigd werd na klunzige pogingen om gijzelaars te bevrijden. Op 14 juni 1995 werden tweeduizend mensen vastgehouden in een ziekenhuis in Budyonnovsk vlakbij Tsjetsjenië. Van die tweeduizend stierven er honderd. Op 9 januari 1996 werden drieduizend mensen gegijzeld in Kizlar in een ander ziekenhuis in het zuiden van Rusland. Hierbij kwamen 78 mensen om terwijl de gijzelnemers probeerden uit te breken.

In tegenstelling tot president Yeltsin, die weinig populair was onder de bevolking en het verzwakte leger, zal president Poetin geen toegevingen doen. Hij kwam immers aan de macht met de belofte dat Rusland de controle over Tsjetsjenië zou behouden. Door deze houding waren de inwoners van Beslan zeer sceptisch over de belofte van Poetin dat er geen geweld zou gebruikt worden en ze voor alles zouden proberen om levens te redden.

De autoriteiten deden weinig om vertrouwen te wekken. Zij gaven weinig informatie aan het publiek en logen over het aantal gegijzelden. De lokale autoriteiten, die door de gijzelnemers waren gevraagd om de onderhandelingen te voeren, weigerden zelfs om dat te doen. Larissa, eigenaar van een café, die stond te wachten op nieuws van haar neefje in de school, vertelde aan een correspondent van de Financial Times “Waar zijn onze leiders? Zij kwamen niet. Ze zijn nutteloos.”

Na de tragische gebeurtenissen bracht Poetin een bezoek aan Beslan en de bewoners maakten van die gelegenheid gebruik om hun ongenoegen te uiten. Zij beschuldigen Poetin ervan geen aandacht te hebben voor het probleem en stelden dat hij liever voor de TV-camera’s stond dan de mensen te ontmoeten die getroffen waren door de crisis. Boris, een bewoner wiens buur en familie was verdwenen, stelde “Hij heeft niemand gezien en met niemand gepraat. Hij wil slechts aan de wereld tonen hoe jong en knap hij wel is maar helpt niemand en is niet in staat om te zorgen dat dit nooit meer gebeurt.”

De gevolgen van de gijzelingscrisis

De reden waarom de terroristen beslisten om de school in Noord-Ossetië te bezetten, is niet moeilijk te vatten. In 1992 brak er een conflict uit tussen Noord-Ossetië en Ingoessetië waarbij reeds duizenden doden vielen. Na de inval van Tsjetsjenië in Ingoessetië in juni, is deze aanval duidelijk een poging om de instabiliteit uit te breiden zodat er niet alleen oorlog is binnen Tsjetsjenië maar ook tussen de verschillende nationaliteiten van de Kaukasus.

De etnische samenstelling van Noord-Ossetië maakt duidelijk wat voor een ramp zou kunnen ontstaan wanneer het conflict in Tsjetsjenië zou uitbreiden naar de rest van de regio. Volgens de officiële website van de Noord-Ossetische regering leven er 95 nationaliteiten in Noord-Ossetië. De belangrijkste groepen zijn de Osseten, die 334.000 mensen tellen (53 % van de bevolking), de Russen 189.000 (29,9 %), de Ingoesseten 32.783 (5,2 %), de Armenen 13.000 (2,2 %), de Georgiërs 12.000 (1,9 %), de Oekraiëners 10.000 (1,6 %) en de Kumik 9.500 (1,5 %). Nog andere nationaliteiten (Duitsers, Grieken, Joden, Koreanen, Tsjetsjenen, Azeri’s, Kabardi’s, Tartaren en anderen) omvatten nog eens 0,6 procent van de bevolking.

Andere regio’s in de Kaukasus kennen een zelfde etnische samenstelling, wat nog eens duidelijk maakt dat de grenzen die in het verleden zijn opgemaakt door diplomaten eigenlijk niet overeenkomen met de wijze waarop de mensen uit de regio zich historisch gesetteld hebben. We moeten dus goed begrijpen dat een conflict in een bepaald gebied van de Kaukasus onmiddellijk gevolgen heeft voor alle nationaliteiten in de regio en ook tot vergeldingen kan leiden op andere plaatsen in de regio. Zo is het niet ondenkbaar dat, naast het onopgeloste conflict in Nagorno-Karabach tussen Armenië en Azerbeidjaan, verdere destabilisatie van Noord-Ossetië de spanningen in Zuid-Ossetië en Abkhazië tussen Rusland en Georgië verder toenemen, waardoor een groter conflict buiten de grenzen van Rusland kan ontstaan.

Een pro-Tsjetsjeense website (Chechenpress) publiceerde een artikel dat een duidelijk beeld geeft van de logica van de terroristen die de dreiging van een oorlog tussen Georgië en Rusland verwelkomen. Het artikel argumenteert dat een dergelijke oorlog de basis zou kunnen vormen voor een pan-Kaukasische oorlog tegen Rusland, waarbij men ineens ook duidelijk maakt geen enkel oog te hebben voor het menselijk leed dat een dergelijke ontwikkeling met zich zal meebrengen. Een dergelijke oorlog is immers niet in het belang van de volkeren uit de regio, maar dient enkel de belangen van terroristen die leven op het geweld en de onrust die oorlog met zich meebrengt.

In een dergelijke oorlog zullen de Russen Noord-Ossetië gebruiken als een basis om Zuid-Ossetië te verdedigen, dat momenteel een onafhankelijk deel van Georgië is waar Russen, Osseten en Georgiërs vandaag nog vreedzaam samenleven. De oorlogsdreiging neemt bovendien toe door de verliezen die zowel het Russische als Georgische leger nu al kennen bij schermutselingen aan de grens. De laatste spanningen hebben ervoor gezorgd dat de Georgische President Mikhail Saakhashvili een putsch tegen de militaire elite heeft doorgevoerd zodat er alleen nog maar officieren zijn die getraind zijn in de VS. Rusland heeft dan weer geweigerd om, zoals overeengekomen, legerinstallaties terug te geven, zogezegd wegens technische problemen.

De ontwikkeling van deze conflicten betekent echter geenszins dat de mensen van de Kaukasus oorlog willen. In de rapporten over de gijzelingscrisissen zien we meestal geen verwijzing naar de protesten die er overal zijn in de Kaukasus, ook in Tsjetsjenië, tegen een gewelddadige oplossing van dergelijke crisis. Dergelijke protesten illustreren dat de mensen slechts vrede willen en een betere toekomst voor hun kinderen.

De reactionaire heersende klasse uit de regio zal echter nooit een garantie op vrede zijn. Daarom is het aan de gewone mensen zelf om te vechten voor hun toekomst. Die toekomst zal enkel verzekerd kunnen worden in alliantie met de strijd van de arbeidersklasse in Rusland.