Noot van de redactie: Frankrijk kent de grootste stakingsbeweging sinds mei ’68. Ook het personeel en de vakbond CGT van de elektriciteitsnetwerkbeheerder RTE zijn hierbij betrokken. Sinds december hebben ze reeds verschillende stakingsacties gedaan waarbij er bewuste stroomstoringen werden georganiseerd. Dit lokte hevige aanvallen uit vanuit het establishment. De kranten en televisiejournalen stonden er vol van. Wat echter niet werd gezegd, is dat het om gerichte storingen ging. Grote bedrijven als Amazon en openbare gebouwen zoals stadshuizen werden geraakt. Ziekenhuizen, scholen, voedseldepots etc. werden daarentegen bewust niet geraakt. Ook het onderbreken van de stroom bij gezinnen die de facturen niet kunnen betalen, werden door de actievoerders bewust niet doorgevoerd. Deze acties tonen de enorme macht van de loontrekkende bevolking: zonder werkers gloeit er letterlijk geen lamp. In dit artikel analyseert Patrick Humblet de legale problemen die dergelijke stakingsacties kunnen opleveren. De analyse kan bijdragen tot het kaderen van dergelijke doeltreffende acties, zodat actievoerders niet aan het gehele gerechtssysteem blootgesteld worden.

Naar aanleiding van de acties tegen de pensioenhervormingen in Frankrijk hebben militanten van de vakbond CGT op 17 december de elektriciteit op een aantal plaatsen afgesneden. Het was vooral de bedoeling om grote bedrijven te treffen. In de rechtse media werd opgeroepen om de actievoerders streng te straffen.

Maar hoe zit dat in België? Wat is “collectief optreden”? Het stakingsrecht wordt in België niet in een wettekst geregeld. Sedert het arrest van het Hof van Cassatie van 21 december 1981 (SIBP v. De Bruyne) gaat men er evenwel van uit dat werknemers het werk mogen neerleggen om loon- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen zonder dat de werkgever hen hiervoor mag sanctioneren. Door de ratificatie van het Europees Sociaal Handvest in 1991 garandeert België zelfs “het recht van werknemers en werkgevers op collectief optreden in gevallen van belangengeschillen, met inbegrip van het stakingsrecht, (...)“. Maar wat verstaat men onder “collectief optreden”?

Als het regent in Parijs…

Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen het neerleggen van het werk (wat op grond van het arrest De Bruyne kan) en het afschakelen van gebruikers van het elektriciteitsnet ter ondersteuning van een collectief conflict. Deze hypothese werd immers niet behandeld door het Hof van Cassatie.

De problematiek heeft drie facetten. In eerste instantie is het maar de vraag hoe men een dergelijk feit zal kwalificeren. Eventueel zou het openbaar ministerie artikel 137 § 3, 5° kunnen inroepen. Dit artikel laat toe om het onderbreken of verstoren van, de toevoer van elektriciteit “waardoor mensenlevens in gevaar worden gebracht” als een terroristisch misdrijf te bestempelen. Er moeten dan wel een aantal randvoorwaarden vervuld zijn waardoor het niet evident is dat de actievoerders (althans niet op grond van dit artikel) kunnen veroordeeld worden. Een creatieve procureur zal eventueel nog wel een ander artikel uit zijn mouw schudden. Denk maar aan de zaak Verlaeckt waar vervolging werd ingesteld op grond van artikel 406, eerste lid Strafwetboek. Een vakbondsactie op de openbare weg werd gekwalificeerd als een misdrijf waarop gevangenisstraffen staan van vijf tot tien jaar.

Actievoerders die de elektriciteit onderbreken zullen ook geconfronteerd worden met vorderingen tot schadevergoeding. Het volstaat dat wordt bewezen dat de afkoppeling een fout is, dat er schade wordt geleden door de stroomonderbreking en dat er een oorzakelijk verband is tussen fout en schade. Uiteraard kan men inroepen dat de actie een aspect is van het collectieve optreden. Een dergelijke zaak wordt evenwel behandeld door een burgerlijke rechter en de kans is klein dat die in dat verhaal meegaat. Het risico op torenhoge schadevergoedingen is reëel.

En dan is er nog het arbeidsrechtelijke aspect. Het arrest De Bruyne garandeert alleen maar het recht om het werk neer te leggen maar niets meer. Zogenaamde “feitelijkheden” die in de marge van het conflict plaats hebben, kunnen nog steeds een grond voor ontslag vormen. Klanten afsluiten van het net is immers een grote kanshebber om gekwalificeerd te worden als een (dringende) reden die elke verdere samenwerking tussen werkgever en werknemer onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt. Kortom, net zoals in Frankrijk verwacht men dat “collectief optreden” synoniem is van het neerleggen van het werk. Het mag nauwelijks iets meer zijn.