Onder het mom van de strijd tegen drugshandel lanceerde Trump eind augustus een golf van imperialistische aanvallen op Venezuela.
De drie opeenvolgende stakingsdagen markeren het voorlopige hoogtepunt van een cyclus van klassenstrijd die een jaar geleden begon. Sinds november 2024 zijn de vakbondsacties tegen de harde Arizona-bezuinigingen niet meer gestopt. In werkelijkheid begonnen ze al vóór de definitieve vorming van de regering De Wever-Boucher, eind januari.
De drie opeenvolgende stakingsdagen markeren het voorlopige hoogtepunt van een cyclus van klassenstrijd die een jaar geleden begon. Sinds november 2024 zijn de vakbondsacties tegen de harde Arizona-bezuinigingen niet meer gestopt. In werkelijkheid begonnen ze al vóór de definitieve vorming van de regering De Wever-Boucher, eind januari. Er waren maar liefst elf nationale acties op initiatief van de vakbonden, waaronder twee nationale demonstraties, echte vloedgolven met respectievelijk 100.000 en 140.000 demonstranten. Twee interprofessionele stakingen kenmerkten deze cyclus, evenals twee dagen van stakingen in de openbare diensten. De spoormannen- en vrouwen, de echte speerpunt van de beweging, hebben bijna 30 stakingsdagen achter de rug en zijn nog steeds bereid om de strijd met Arizona aan te gaan: ze hebben een nieuwe staking van enkele dagen tot een week aangekondigd tijdens de wetgevende debatten in het parlement. Kurt Vandaele, de onbetwiste specialist in stakingscijfers,
telt 185 stakingsdagen per 1.000 werknemers in het eerste semester van 2025. “De regering-De Wever lijkt daarmee op weg om het stakingsrecord
van de regering-Dehaene I te breken”
Ongekende strijdcyclus
Deze strijdcyclus is vrij ongekend in de sociale geschiedenis van het land. Hij illustreert de groeiende woede bij alle lagen van de arbeidersklasse en zelfs onder de lagere en armere middenklasse. Daar komen nog de solidariteitsbetogingen met Palestina bij, waarvan de grootste in september met 120.000 deelnemers. De 'academische' staking eind oktober, eiste een einde aan de universitaire samenwerking met Israël. In enkele maanden tijd is deze regering erin geslaagd een deel van haar eigen electoraat - dat zich bewust wordt van de schaamteloze leugens van de partijen waarop het gestemd heeft - van zich te vervreemden. De laatste opiniepeilingen wijzen in die richting: bij nieuwe parlementsverkiezingen zouden de partijen van Arizona geen meerderheid meer hebben. De deelname van een deel van de magistratuur, de politie en het leger aan
bepaalde vakbondsacties is het bewijs van de omvang van deze sociale woede.
We moeten teruggaan naar de jaren zestig van de vorige eeuw om een staking te vinden die zo intens was als die van 24, 25 en 26 november. Deze ‘novemberoproep' is het resultaat van sterke druk van de vakbondsbasis, die zich tijdens de mega-demonstratie van 14 oktober heeft laten horen. Die dag gingen 140.000 mensen uit het hele land de straat op in de hoofdstad. Het was meer dan een demonstratie, het was een ware sociale vloedgolf die zich over de straten van Brussel uitstortte.
De bedrijfsdelegaties waren er duidelijk in geslaagd om collega's mee te krijgen die niet gewend waren aan demonstraties. Velen van hen demonstreerden voor het eerst. Een ander opvallend kenmerk van deze demonstratie was de vrolijke en strijdlustige aanwezigheid van veel jongeren, studenten en scholieren naast de vakbondsleden, net zoals in februari. De logistieke voorbereidingen van de vakbonden waren niet opgewassen tegen deze massale opkomst. Veel demonstranten getuigden dat ze er geen plaats genoeg was op de speciale treinen of bussen van de vakbonden. Dit is een voorbeeld van hoe de basis het conservatisme van de top en het apparaat van de vakbondsorganisaties overstijgt. Eerder dit jaar zorgden Vlaamse leraren en brandweerlieden voor een gelijkaardige verrassing bij de vakbondsleiders door met meer dan 30.000 naar een 'statische' actie te komen op een veel te klein plein...
Het harde optreden van de politie tegen een deel van de demonstratie heeft ook een onuitwisbare indruk achtergelaten op veel deelnemers. Elke actie die niet binnen het toegestane kader van het protest paste, moest blijkbaar worden onderdrukt. Het is een waarschuwing van het staatsapparaat om de Franse en Italiaanse arbeiders niet te volgen in hun dynamiek om “alles te blokkeren'. Om te voorkomen dat dit politiegeweld opnieuw wordt ingezet tegen demonstranten, moet er een goed georganiseerde en vastberaden ordedienst worden opgezet.
Minachting van de regering
De driedaagse staking is dus enerzijds het resultaat van de druk die door de achterban in de vakbondsstructuren is uitgeoefend en anderzijds van de minachting van de regering voor de 'gewoontes' van sociaal overleg. "Na de historische mobilisatie van 14 oktober hebben we de premier en zijn vicepremiers een brief geschreven met het verzoek om een ontmoeting, om hen op de hoogte te brengen van de bezorgdheid en ontevredenheid van de bevolking", bevestigt Olivier Valentin, algemeen secretaris van het ACLVB. "Geen van hen heeft de moeite genomen om ons te antwoorden." Deze klaagzang over het ontbreken van 'sociaal overleg' is niet het exclusieve domein van de liberale vakbond. Ook aan de top van het ABVV en het ACV horen we dezelfde klachten. Jammeren omdat de regering niet op een brief reageert, getuigt van een soort fetisjisme rond het sociaal overleg.
Treur niet om de dood van het sociaal overleg
De vakbondstop blijkt niet te begrijpen dat de regering de sociale oorlog heeft verklaard aan de werkende klasse en hun organisaties. Ze begrijpen niet wat de aard is van de crisis van het kapitalisme; dat er vanuit het standpunt van het systeem zich een dringende noodzaak opdringt om alles wat de arbeidersbeweging sinds de Tweede Wereldoorlog heeft veroverd, frontaal en structureel aan te pakken. Om hierop te reageren moet de vakbondsbeweging zich resoluut op het terrein van de compromisloze klassenstrijd begeven. De vakbondsorganisaties, niet alleen de nationale leiders, maar ook de vakbondsafgevaardigden in de bedrijven, moeten de ijdele hoop op een sociaal overleg zonder enige progressieve inhoud opgeven. Ons doel kan niet zijn om 'aanpassingen' te vinden voor de aangekondigde maatregelen of ze 'evenwichtiger' te maken. Er moet een einde komen aan de bezuinigingen en dat kan alleen door de val van deze regering en de vorming van een ‘arbeidersregering’.
De nieuwe serie acties startte niet toevallig met een betoging tegen het seksueel en seksistische geweld tegen vrouwen op zondag 22 november. Vrouwen zijn het doelwit van sociale geweld van de regeringsmaatregelen.
Op de eerste stakingsdag werd het openbaar vervoer (NMBS, TEC, De Lijn) in het hele land ernstig verstoord of kwam het zelfs volledig tot stilstand. De spoorwegarbeiders maken melding van 60 tot 70 procent deelname aan de staking. Voor het eerst sinds lange tijd hebben de vakbondsactivisten van de MIVB piketten opgesteld voor de verschillende stelplaatsen in Brussel. Op de tweede dag sloten alle openbare diensten zich aan bij het openbaar vervoer, dat de staking voortzette. En op de derde dag werden alle economische sectoren van het land (zowel privé als publiek) ernstig verstoord of zelfs lamgelegd.
De regering probeerde de staking in de media onzichtbaar te maken door op de eerste dag om 6 uur 's ochtends een verrassingsakkoord over de begroting aan te kondigen... De media speelden het spel van De Wever en Boucher natuurlijk mee. Het geweld van de nieuwe aanvallen versterkte uiteindelijke wel de mobilisatie van de werknemers. De aangekondigde nieuwe maatregelen ontmoedigden hen geenszins, maar zetten nog meer mensen ertoe aan het werk neer te leggen. De drie dagen durende staking is waarschijnlijk de grootste in 30 jaar. Volgens de rekensom van de werkgevers zouden deze stakingen de economie 1 miljard euro hebben gekost. Door een deel van de bevolking met dit cijfer bang te maken, benadrukt de werkgeversorganisatie alleen maar wat elke werknemer weet: zonder de handarbeid en het intellectuele werk van de arbeidersklasse wordt er geen rijkdom gecreëerd.
Sterke en zwakke punten
Het eerste wat moet worden benadrukt, is de kracht van de arbeidersklasse, zodra zij in actie komt. Zonder het werk van onze sociale klasse staat alles stil. Dit illustreert eens te meer hoe de arbeidersklasse de belangrijkste en machtigste klasse in onze samenleving is. De bazen zijn slechts een parasitaire klasse, zonder echt maatschappelijk nut.
Ten tweede laten deze stakingen zien hoe groot de woede is onder grote delen van de samenleving. Je zou ook kunnen zeggen dat niet alleen de arbeiders, maar ook de kleine handelaars zich steeds meer tegen deze regering verzetten. Deze woede heeft zich vertaald in stakingsacties.
Een ander sterk punt is de eenheid tussen de vakbonden, maar ook tussen de publieke en de private sector en tussen Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Dat is opmerkelijk in een land waar de taal- en communautaire verschillen worden aangewakkerd door de verschillende partijen van de bourgeoisie en ook door de socialistische partijen.
Op veel plaatsen hebben de vakbondsorganisaties zich niet beperkt tot stakingen in bedrijven, maar hebben ze ook blokkades (al dan niet selectief) van industrieterreinen en belangrijke logistieke knooppunten georganiseerd.
In verschillende steden zijn vliegende piketposten ontstaan om andere bedrijven of sectoren te helpen die in strijd zijn, zoals de handel.
We merken ook dat waar de stakingen goed zijn voorbereid met een of meer algemene personeelsvergaderingen, de deelname groter is. Deze vergaderingen dienen in de eerste plaats om de werknemers te overtuigen van de gegrondheid van de acties door hen te informeren en de leugens van de regering te ontkrachten. Het lijdt geen twijfel: dit is de beste manier om te werk te gaan. Wanneer dit voorbereidende werk niet of slordig wordt gedaan, volgen de werknemers minder goed of helemaal niet.
In Brussel kwamen studenten en middelbare scholieren en hun collectieven verschillende acties te hulp, waardoor de staking een extra strijdlustig tintje kreeg. Opmerkelijk en voor herhaling vatbaar: de deelname van een rapgroep, Achille et Tmoins, aan talrijke stakingsposten. Hun nummers Arizona Shoot en Grève Générale werden populaire liedjes van de stakers. De vroedvrouwen van het Sint-Pieters ziekenhuis beten de spits af met een 36u lange staking tegen 'de vermarkting van de gezondheid'. Ook in Brussel zien we de eerste tekenen van organisatie buiten de vakbonden of collectieven aan de basis van de vakbonden (Ecole en Lutte, Santé en Lutte, Commune Colère enz.), maar die nog steeds een kleine minderheid vormen. Deze initiatieven illustreren de wil van een deel van de werknemers, vooral jongeren, die niet bij de vakbondsstructuren betrokken zijn, om de strijd in eigen handen te nemen.
Speciale vermelding verdient de driedaagse blokkade en bezetting door studenten en een deel van het onderwijzend en onderzoekend personeel van de Université Libre de Bruxelles. Door de zeer juiste keuze voor een actieve staking zijn zij erin geslaagd van de ULB een broeinest van politieke en historische discussies te maken in de recente geschiedenis van de strijd in België.
Voor een eerlijke balans
Ondanks de sterke punten van de stakingsbeweging moeten we ook haar zwakheden aanpakken. Wij zijn geen vleiers van de sociale beweging. Om vooruitgang te boeken, hoeft de beweging niet te worden geprezen of gevleid. Wat ze nodig heeft, is een eerlijke balans. Dat is wat we zullen proberen te doen.
Het ontbreken van een offensief programma met eisen en een echt actieplan, zijn de twee eerste gebreken van onze beweging. De vakbonden zijn er niet in geslaagd om overeenstemming te bereiken over een dergelijk programma. We hebben snel een offensief programma met eisen nodig om de situatie van de arbeidersklasse onmiddellijk te verbeteren.
Dit programma moet onder alle lagen van de bevolking bekend worden gemaakt. Volgens ons moet het programma de volgende eisen bevatten: einde van de loonstop, de terugkeer naar een niet-gemanipuleerde index, het einde van de jacht op werklozen, een drastische vermindering van de arbeidstijd tot maximaal 30 uur, maar ook het recht op pensioen op 60 jaar (maximaal), een enorme toename van het aantal ambtenaren, de aanwerving van werklozen op basis van grote werken en de nationalisatie (onder controle van de werknemers) van alle grote bedrijven die ontslaan of met sluiting worden bedreigd. Het is duidelijk dat een regering van rijken zoals die van Arizona een dergelijk programma niet zal realiseren.
Wat het actieprogramma betreft, tasten de vakbondsleiders al een jaar lang in het duister en laten ze (te) veel tijd verstrijken tussen de ene actie en de andere. Zoals een vakbondsactiviste ons schrijft: "Wat nu? We moeten onmiddellijk terug naar het front, wachten tot januari om opnieuw te mobiliseren is riskant. De werknemers willen actie, ze begrijpen wat er aan de hand is. Dat is op zich al een overwinning. We wachten op het vervolg. Als we niet onmiddellijk reageren, lopen we het risico ook de leden teleur te stellen."
Voor een actieve staking
Een ander zwak punt is het gewicht van routinematige vakbondspraktijken die erop gericht zijn alleen de afgevaardigden voor de bedrijven of bij blokkades te mobiliseren. Te vaak is het advies van de afgevaardigden aan de collega’s die willen staken, om thuis te blijven. De staking wordt dan een zeer passieve aangelegenheid voor de massa van de werknemers, terwijl het een actieve collectieve actie zou moeten zijn.
Dit aspect mag niet worden onderschat. Als we de strijd willen voortzetten met stakingen van meerdere dagen of zelfs hernieuwbare stakingen, moeten we er alles aan doen om zoveel mogelijk werknemers actief bij de acties te betrekken. Daarom moeten we collega's uitnodigen en aanmoedigen om naar de stakingspiketten en blokkades te komen. Hier blijkt de vorming van een stakingscomité, gekozen tijdens een algemene vergadering, bestaande uit doorwinterde militanten en collega's zonder vakbondsmandaat die zich willen inzetten, zeer nuttig te zijn. Vliegende stakersposten zijn ook een goed middel om de stakers te betrekken. Naast de stakersposten zou het goed zijn om bijeenkomsten of demonstraties in het stadscentrum te organiseren, zoals de ACOD in Gent heeft gedaan, waarbij 1000 demonstranten aanwezig waren. Stakersposten zijn ook vaak te 'saai' en missen vaak animatie. Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan een goede voorbereiding van een stakerspost met eten, drinken, een vuurkorf, muziek en politieke discussies.
En nu?
Wat moet er nu gebeuren, vragen veel mensen zich af. Met deze drie dagen staking is de sociale druk aanzienlijk toegenomen. Daar bestaat geen twijfel over. De regering doet alsof ze niets heeft gezien... Maar dat is niet waar. Ze ziet ons, ze hoort ons en ze voelt de druk heel goed. Maar dat is nog niet genoeg. Moeten we een derde of vierde dag van algemene staking toevoegen om de regering te dwingen haar bezuinigingsbeleid op te geven? Dat is niet de juiste vraag. Om het bezuinigingsbeleid te stoppen, moet eerst de regering vallen. Sommigen beweren dat in België nog nooit een regering door een sociale beweging is omvergeworpen. Dat is niet waar. In 1977 bezegelde een plan van vijf dagen van beurtelingse stakingen het lot van de regering-Tindemans, die ontslag nam. In 1961 nam ook de regering-Eyskens ontslag na vijf weken algemene staking. Het is dus ook nu mogelijk. Maar daarvoor is een beweging van hernieuwbare stakingen in economisch strategische sectoren nodig. Zijn de werknemers klaar voor een dergelijke beweging? Op het eerste zicht niet. De dynamiek van de arbeidersbeweging reageert niet met een vingerknip.
Agitatie, educatie en organisatie
Een goed programma is onontbeerlijk, maar het is geen toverstokje waarmee je de massa's onmiddellijk kunt mobiliseren. Dit programma moet in het hele land worden uitgedragen en verdedigd, bedrijf na bedrijf, wijk na wijk, in het kader van een brede agitatiecampagne. Een dergelijke campagne is ook de beste manier om de strijdbaarheid van de verschillende categorieën werknemers nauwkeurig te peilen. In 1935 schreef Leon Trotski over de situatie in Frankrijk: “Is een algemene staking in de nabije toekomst mogelijk? Op een dergelijke vraag is er geen a priori antwoord […]. Om een antwoord te krijgen, moet men weten wie men moet ondervragen. Wie? De massa. Hoe moet men haar peilen? Door middel van agitatie. Agitatie is niet alleen een middel om bepaalde slogans aan de massa over te brengen, de massa tot actie op te roepen, enz. Agitatie is voor de partij ook een middel om naar de massa te luisteren, haar gemoedstoestand en gedachten te peilen en, afhankelijk van de resultaten, bepaalde praktische beslissingen te nemen. [...] Voor marxisten en leninisten is agitatie altijd een dialoog met de massa. Een dialoog die het mogelijk moet maken om "de nodige verduidelijkingen te geven, met name over het tempo van de beweging en de data van de grote acties". Een grote agitatiecampagne zou het mogelijk maken om te bepalen welke sectoren rijp zijn voor actie, welke sectoren nog aarzelen, overtuigd moeten worden, enz. Zonder een systematische peiling onder de hele arbeidersklasse is het niet mogelijk om een solide strijdplan uit te werken. Dat is natuurlijk een langdurige en moeizame taak. Het is gemakkelijker – maar veel minder doeltreffend – om overal oproepen tot een "algemene staking" te verspreiden. Zoals Trotski, nog steeds met betrekking tot Frankrijk, opmerkte: "Een revolutionaire overwinning is alleen mogelijk na een lange periode van politieke agitatie, een langdurig proces van vorming en organisatie van de massa's".
Om in die richting vooruitgang te boeken, zou een nieuwe algemene staking van 48 of 72 uur inderdaad een stap vooruit zijn. Of een plan van regionale stakingen, die uitmonden in een staking van 48 uur, zou een stap vooruit zijn. Maar altijd met het vooruitzicht om een echte algemene staking voor te bereiden rond een offensief programma, voor de val van de regering en voor een « arbeidersregering ».
Dit zijn de voorstellen waarmee de militanten van de Revolutionaire Communistische Organisatie zich inzetten in de huidige beweging tegen Arizona. Indien je hetzelfde denkt, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.
Deze zomer keurde de Belgische regering, via haar minister van Binnenlandse Zaken Bernard Quintin (MR), een wetsontwerp goed dat tot doel heeft “radicale en extremistische” organisaties in België te verbieden.
De tweede actiedag van de driedaagse staking in Antwerpen kan een succes genoemd worden. De haven van Antwerpen lag gedeeltelijk plat, ook door de gezamenlijke actie in Zeebrugge konden een 65-tal schepen niet uitvaren. Wat altijd een opsteker betekent voor de andere sectoren!
We hebben in voorgaande artikels de noodzaak uiteengezet van een meer georganiseerd antwoord van de kant van de arbeidersorganisaties, in het bijzonder de vakbonden. Maar het is ook essentieel dat politieke organisaties die geworteld zijn in de arbeidersklasse, de linkse partijen, een positieve rol spelen om de beweging vooruit te helpen.
Nieuwe wetsvoorstellen van MR en N-VA bedreigen opnieuw het stakingsrecht en de syndicale vrijheid. Patrick Humblet fileert hun zoveelste poging.
In Sint-Gillis kwamen 150 scholieren en onderwijspersoneelsleden samen op het Moricharplein om van daaruit, en passant langs de MR, naar de samenkomst van CGSP-Enseignement voor het ministerie te trekken.
De Tweede Kamerverkiezingen van 2025 zijn achter de rug. Na een nek-aan-nekrace heeft D66 onder Rob Jetten nipt de PVV van Geert Wilders verslagen en wordt ze voor het eerst ooit de grootste partij. Wat zijn de vooruitzichten voor Nederland?
Tien redenen om deel te nemen aan de antimilitaristische conferentie op 15 november | 13u tot 18u | Overwinningstraat 26 te 1060 Brussel
In een periode waarin de kwestie van intimidatie en geweld tegen vrouwen, femicide in het bijzonder, steeds meer in de spotlights is komen te staan in Nederland, is de gruwelijke moord op de 17-jarige Lisa het symbool geworden van dit probleem.
Intimidatie en geweld tegen vrouwen zijn overal. Op scholen en universiteiten; in het uitgaansleven; op straat en in parken; maar ook juist in de huiselijke sfeer. Van pesterijen en betastingen, tot aanranding en verkrachtingen, tot moorden.
Reactie vanuit de samenleving
De moord op de 17-jarige Lisa, die na een avondje uitgaan in Amsterdam op weg naar huis werd vermoord door dezelfde man die waarschijnlijk ook de week ervoor een andere vrouw seksueel misbruikt had, heeft geleid tot een golf van woede.
Een post van schrijfster Nienke ‘s Gravemade over het opeisen van de nacht, met de hashtag #rechtopdenacht ging viral, en leidde ook tot de campagne “Wij eisen de nacht op”. Interviews van kranten en televisieprogramma’s met jonge vrouwen en meisjes op uitgaansavonden gaven een duidelijk beeld van hoe structureel het probleem is van intimidatie, betastingen, dat je moet opletten dat er niets in je drankje gedaan wordt.
Het is zo’n ‘normaal’ feit dat veel mensen dit als onvermijdelijk zien, dat bij velen de gedachte “wat deed zo’n 17-jarig meisje daar zo laat alleen?” door het hoofd ging, om daarna gevolgd te worden door schaamte, door “hoe kan ik zo denken?”
Niet alleen het opeisen van de nacht, wat zeer belangrijk is, maar ook de bredere kwestie van geweld en intimidatie tegen vrouwen radicaliseert nu veel (vrouwelijke, maar ook mannelijke) jongeren. De terugkeer van de actiegroep Dolle Mina, die demonstraties organiseert rond vrouwenrechten en tegen geweld, is een teken hiervan.
Femicides
Er wordt in Nederland gemiddeld iedere 8 dagen een vrouw vermoord. Afgezet tegen het aantal inwoners, stond Nederland in 2022 in de top 3 van Europese landen met de meeste femicides (Eurostat).
Terwijl het totaal aantal moorden in Nederland gedaald is in vergelijking met het begin van de eeuwwisseling, is het aantal moorden op vrouwen minder snel gedaald dan dat op mannen.
De daders van moorden op vrouwen hebben een ander profiel dan die bij moorden op mannen. In de periode 2020-24 werden 51,6% van de moorden op vrouwen gepleegd door de (ex-partner), 20% van de moorden door familieleden, en 15,8% door overige kennissen. Slechts 12,6% vond dus plaats door vreemden of onderlinge vetes van criminelen.
Bij mannen daarentegen is het aantal moorden in zijn totaal hoger (76 tegenover 44 in het jaar 2024), maar zijn er veel meer moorden toe te schrijven aan de gevolgen van criminaliteit of ruzies en wraakacties van kennissen. Slechts 17% van de moorden op mannen vindt plaats door de (ex-)partner of een familielid.
Wat betreft de daders van moorden op zowel vrouwen als mannen, is dit in 9 van de 10 gevallen een man. (Alle bovengenoemde cijfers over moorden van het CBS.)
De cijfers met betrekking tot moorden op vrouwen laten zien dat er een kwalitatief verschil is; dat deze moorden het ernstigste verschijnsel zijn van de structurele onderdrukking van vrouwen in de huidige maatschappij.
Poging tot racistische afleiding
De felle reacties vanuit de samenleving, vooral deze die het afschilderen als een structureel probleem, hebben bij reactionaire partijen, media en individuen tot hoofdpijn geleid. Zij willen immers altijd cashen als er een moord plaatsvindt, om te pleiten voor meer politie en repressie.
Dat er op tv en in de kranten genoemd werd dat er sprake is van een groter probleem, dat de daders van geweld en intimidatie tegen vrouwen allerlei soorten mannen kunnen zijn, leidde tot een tegenreactie.
Partijen als PVV, BBB, JA21 en FvD, samen met media als de Telegraaf, zijn begonnen met een tegencampagne om de moord op Lisa als het gevolg van ‘open grenzen’ af te schilderen. Het feit dat de verdachte in een asielzoekerscentrum overnachtte en (waarschijnlijk) uit Nigeria komt, wordt gebruikt voor een campagne van opstokerij tegen asielzoekers uit Afrika, het Midden-Oosten en Azië. Deze racistische campagne heeft als doel om de bewustwording over geweld tegen vrouwen de kop in te drukken en de woede te kanaliseren richting anti-migratie en anti-asiel-politiek.
Waar er in de afgelopen periode oprechte herdenkingen voor Lisa plaatsvonden in de 17e minuut van Eredivisie-voetbalwedstrijden, werd dit bij bepaalde wedstrijden gekaapt door Nederlandse vlaggen mee te nemen en in een paar gevallen zelfs de (door de NSB gebruikte) prinsenvlag.
Rechtse politici proberen elk debat over geweld tegen vrouwen te vervormen door er racistische propaganda van te maken. Op cynische wijze gebruiken ze het leed van slachtoffers om verdeeldheid te zaaien binnen de arbeidersklasse. Hun hypocrisie is nu duidelijker dan ooit: in de meeste gevallen waarin vrouwen slachtoffer zijn van geweld, wordt dit door dezelfde politici genegeerd of in de doofpot gestopt, behalve wanneer er migranten bij betrokken zijn. Dezelfde PVV die tegen verschillende plannen stemde om femicide en geweld tegen vrouwen harder te bestrijden, schreeuwt nu het hardst om maatregelen tegen asielzoekers aangezien de dader van de moord op Lisa in een AZC verbleef.
Voor even proberen rechtse politici zich voor te doen als verdedigers van vrouwenrechten, of zelfs als ‘feministen’. Het probleem met dit rechtse feminisme is dat het losstaat van de klassenstrijd. Daardoor kan het gemakkelijk misbruikt worden voor dit soort reactionaire doeleinden. In plaats van de kwestie van vrouwenonderdrukking te zien als een sociale kwestie die verbonden is met maatschappijverandering door middel van de strijd van de arbeidersbeweging, wordt het herleid tot een kwestie van cultuur of moraliteit.
Dit hebben we eerder gezien bij de invasies van Afghanistan en Irak, waarbij feminisme werd misbruikt als ideologisch wapen, om zogenaamd vrouwen te bevrijden. Vandaag wordt dezelfde methode toegepast om vluchtelingen en migranten te demoniseren. Op korte termijn kan het een bepaald effect hebben en mensen richting de PVV duwen. Steeds meer mensen prikken echter door deze leugens heen, waardoor dit instrument van reactionaire propaganda zijn kracht verliest. Voor vele vrouwen, ook degene met racistische vooroordelen, is het duidelijk dat dit geen probleem is van alleen asielzoekers, maar dat het in de hele samenleving speelt.
Inmiddels hebben de bewoners van het AZC waar de verdachte verbleef, een stille tocht gehouden voor de vermoorde Lisa. Daarbuiten zien we een hele reeks marsen in allerlei Nederlandse steden, om zich uit te spreken tegen geweld tegen vrouwen.
Jonge vrouwen en mannen staan op
Onderdeel van de beweging zijn ook symbolische fietstochten in de avond (georganiseerd door de Dolle Mina’s) door stadscentra om het probleem aan te kaarten en de nacht op te eisen. Sommige van deze fietstochten zijn op schandalige wijze door groepen mannen, dronken of niet, aangevallen. Meerdere vrouwelijke deelnemers hebben aangifte gedaan vanwege seksuele intimidatie tijdens en na de fietstocht. Dit laat alleen maar zien hoe groot het probleem is.
Sommigen roepen op tot meer politie bij deze marsen, en/of in het algemeen op straat, om vrouwen te beschermen. Hoewel we uiteraard iedereen die slachtoffer is geworden, adviseren om z.s.m. aangifte te doen, moeten we hier een kanttekening plaatsen.
Uit een onderzoek van Plan International uit 2023 geeft slechts 1 op de 10 meisjes aan aangifte van een ongewenste seksuele ervaring te hebben gedaan. Van de meisjes die naar de autoriteiten stapt, werd ruim een kwart (27%) niet serieus genomen. 15% van hen werd afgeraden aangifte te doen. Dit wijst op een structureel probleem van seksisme binnen het politieapparaat.
Oproepen om meer politie op straat te brengen lossen niets op zolang vrouwen niet eens serieus genomen worden. Uit onderzoek binnen het Rotterdamse politiekorps vorig jaar bleek bovendien dat er niet alleen sprake is van wijdverspreid racisme, maar ook van seksisme en seksueel grensoverschrijdend gedrag, zowel tegenover collega’s als op straat. Het is dan ook duidelijk dat we ons vertrouwen niet kunnen leggen in een instituut dat hoofdzakelijk de belangen van de heersende klasse dient en in de kern reactionair is.
Dit alles is zeker niet bemoedigend. De waarheid is dat deze beweging dan ook alleen op haar eigen krachten kan rekenen. Tijdens demonstraties als deze moet de ordedienst serieus worden georganiseerd. Het is nodig om haar te organiseren uit politiek onderlegde mensen die in staat zijn om de mars met zo min mogelijk incidenten te laten verlopen, maar tegelijkertijd beschikken over middelen ter zelfverdediging als demonstranten worden geïntimideerd of aangevallen. Wij zijn voor vreedzame demonstraties, maar we moeten ons ook kunnen verdedigen als dat nodig is. De opvatting dat we niet met geweld mogen reageren op geweld omdat we dan even slecht zijn als de aanvaller, is een traditioneel idee van de heersende klasse dat niet thuishoort in de beweging van onderdrukte en uitgebuite groepen.
Tegelijkertijd is het fundamenteel om de beweging uitbreiden en de strijd te brengen naar scholen, universiteiten, werkplekken. De bredere arbeidersbeweging moet worden opgeroepen om de vrouwenbeweging te verdedigen en te versterken. We zullen dan wel zien of er nog lafaards zijn die van plan zijn om opnieuw aan te vallen!
Waar komt dit probleem nu eigenlijk vandaan?
De hele kwestie van ongelijkheid tussen man en vrouw, en het geweld tegen vrouwen, speelt wereldwijd. We hebben hier niet te maken met een “cultureel probleem” (hoewel er zeker een culturele dimensie is), maar met een kwestie die diep ingeworteld is in de klassensamenleving. En het is van groot belang om te begrijpen waarom dat zo is.
Zonder te begrijpen waarom geweld tegen vrouwen bestaat, is er geen oplossing mogelijk. Vaak wordt gedacht dat dit simpelweg komt doordat mannen van nature sterker en gewelddadiger zijn. Dit was ook het standpunt van een aantal radicale feministen in de jaren zestig en zeventig. Shulamith Firestone stelde bijvoorbeeld dat vrouwen door hun biologische rol altijd een ondergeschikte klasse waren. Betty Friedan beweerde dat mannen slachtoffer waren van een ouderwets mannelijkheidsideaal:
“[W]aardoor ze zich onnodig zwak voelden als er geen beren te doden waren”, dus dan maar vrouwen... In beide gevallen wordt geweld gezien als iets dat zogenaamd “in de natuur van de man” ligt.
Deze redenering werd ook herhaald door reactionaire figuren zoals Jordan Peterson, die beweerde dat mannen gewelddadig worden als zij geen seks krijgen. Daarmee worden de huidige sociale verhoudingen simpelweg teruggeprojecteerd op de hele menselijke geschiedenis. Maar het verleden was niet een minder ontwikkelde versie van nu: er bestonden samenlevingen zonder structureel geweld tegen vrouwen. Zo toonde onderzoek naar de San in Zuid-Afrika aan dat huiselijk geweld daar vrijwel onbekend was. Ook bij de Bison Horn Maria in India komen verkrachting en seksueel geweld niet voor. In dit soort gemeenschappen, zonder klassen en privébezit, golden andere sociale verhoudingen waarin vrouwen bescherming vonden in hun uitgebreide families.
Met het ontstaan van privébezit veranderde dit ingrijpend. In het oude Sumerië werd overspel bijvoorbeeld zwaarder bestraft dan verkrachting, en vrouwen golden als eigendom van hun vader of echtgenoot. Friedrich Engels wees er in De oorsprong van het gezin, van de particuliere eigendom en van de staat op dat de onderdrukking van vrouwen samenvalt met de opkomst van privébezit, dat vanaf het begin in handen van mannen lag. Mannen moesten zekerheid hebben over hun nageslacht om hun bezit te erven, waardoor strikte monogamie werd afgedwongen en de seksualiteit van vrouwen werden onderdrukt. Het werk van mannen leverde economische overschotten op waarmee het patriarchaat ontstond als gevolg van deze klassenverdeling.
Zo werd de vrouw in de nieuwe familieorde gereduceerd tot huisslaaf van de man. De ideeën die daarbij hoorden, rechtvaardigden deze onderdrukking – zoals in de christelijke scheppingsmythe, waarin Eva wordt afgeschilderd als oorzaak van alle zonde en ellende.
We kunnen de gevolgen van deze eigendomsverhouding tot op de dag van vandaag nog steeds zien. Ondanks dat in geavanceerde kapitalistische landen na decennia van strijd nu min of meer geaccepteerd wordt dat vrouwen gelijke rechten hebben, verdienen vrouwen gemiddeld minder inkomen, zijn ze oververtegenwoordigd in het uitvoeren van huishoudelijke en zorgtaken, en zijn ze nog steeds het slachtoffer van intimidatie en geweld door mannen die menen recht te hebben op het lichaam van vrouwen. Zelfs in de meest ‘liberale’ landen wordt er anders gekeken naar het seksuele gedrag van vrouwen dan dat van mannen, met afkeer van de te ‘losbandige’ vrouw. Duizenden jaren van klassensamenleving hebben hun stempel gedrukt op de maatschappij.
In het tijdperk van kapitalistisch verval zien we niet alleen hoe bezuinigingen op zaken als zorg vrouwen het hardst raken, maar ook hoe delen van de heersende klasse reactionaire standpunten promoten over het terugdraaien van het recht op abortus. Jonge mannen en jongens die in deze tijden van onzekerheid over de toekomst opgroeien, worden slachtoffer van reactionaire politici en social media persoonlijkheden zoals Jordan Peterson en Andrew Tate, die hun uitleggen dat al hun problemen veroorzaakt worden door ‘feminisme’ en de verbeterde omstandigheden van meisjes en vrouwen.
Revolutionaire strijd
Wat er met Lisa is gebeurt is iets waar elke vrouw continu voor vreest. Dit is geen manier van leven en we moeten dit niet accepteren. Genoeg is genoeg. Femicides zijn een zorgwekkend symptoom van een terminaal ziek systeem. We steunen de nieuwe generatie vrouwen en mannen die opstaat tegen gendergerelateerd geweld.
Uiteraard steunen we iedere progressieve hervorming om geweld tegen vrouwen in te perken. Denk bijvoorbeeld aan: meer verplichte aandacht voor geweld en femicide in het onderwijs; hervormingen in het strafrecht; het betrekken van comités van vrouwen bij de (her)inrichting van de publieke ruimte; betere verlichting in de publieke ruimte; meer investeringen in blijf-van-mijn-lijfhuizen. Vrouwen moeten daarnaast zichzelf beter kunnen beschermen tegen aanvallers, door een versoepeling van de wapenwetgeving waardoor zaken als pepperspray niet meer verboden zijn.
Kleine hervormingen lossen diepgaande sociale problemen echter niet op, helemaal geen duizenden jaren oude problemen die verbonden zijn met de klassensamenleving zelf. De nadruk moet liggen op hoe de kwestie van ongelijkheid en geweld tegen vrouwen verbonden is met de hele kwestie van privébezit en kunstmatige schaarste in de samenleving.
Culturele veranderingen in hoe mannen (en vrouwen) naar vrouwen kijken, kunnen enkel gepaard gaan met een gezamenlijke strijd voor een betere wereld, voor een communistische wereld waarin we het gezamenlijk geproduceerde overschot gebruiken in het belang van alle vrouwen en mannen – met woningen, zorg en onderwijs en een goed leven gegarandeerd voor iedereen. Wanneer iedereen een goede levensstandaard heeft en uitbuiting verdwijnt, is de materiële basis voor vrouwonvriendelijke ideeën kleiner. Door de geschiedenis heen zien we ook hoe door de gezamenlijke strijd mannen meer respect krijgen voor vrouwen, zoals bij de Britse Mijnwerkersstaking van 1984.
Zelfs de bovengenoemde hervormingen zijn lastig te realiseren zonder systeemverandering. Bezuinigingen dwingen gemeenten ertoe om te besparen op straatverlichting en het snoeien van het groen in de openbare ruimte. Het woningtekort maakt het moeilijker om vrouwen in beschermde woningen te krijgen, naast dat het al voor het probleem zorgt dat vrouwen lastiger weg kunnen bij gewelddadige partners.
Laten we daarom blijven strijden: tegen geweld tegen vrouwen, voor het recht op de nacht, maar ook het recht op de dag, en het recht van iedereen op de door ons allen geproduceerde rijkdom.
De nacht is van ons allen, de dag is van ons allen, de rijkdom van de samenleving is van ons allen!
Weg met seksisme en geweld tegen vrouwen, weg met de klassensamenleving!
Bij Clarebout Potatoes brak een spontane staking uit omdat een aantal werknemers niet tevreden was met een premie van 500 € - een mooie geste volgens het management - en een groter deel van de koek wilde onder het motto “zonder ons geen bedrijf”.
Na de miljardenverkoop (3 à 4 miljard euro) van het bedrijf aan een Amerikaanse onderneming, eisen de arbeiders een ‘premie’, t.t.z. een deel van de koek. De baas wil hen 500 euro geven, de arbeiders willen 10.000 euro. Dit zet kwaad bloed bij papa en zoon Clarebout. Ook andere bedrijfsleiders vinden dat niet te doen.
Wat er op vrijdag 3 oktober in Italië is gebeurd, kent zeer weinig precedenten. Denk er eens over na. Een politieke staking. Een politieke algemene staking. Een politieke algemene staking over de internationalistische solidariteit en tegen het imperialisme.
Op de honderdste verjaardag van zijn geboorte schreef Adam Shatz, een meeslepende biografie van Frantz Fanon. Het is een lijvig boekwerk van 510 bladzijden geworden, dat méér is dan het verhaal over een individu, het werd een studie van een tijdperk dat in brand stond.
De solidariteitsbetoging van donderdag 2 oktober in Leuven was een succes en toonde de strijdbaarheid van de studenten tegen de genocide in Gaza. Ondanks het ontbreken van een officiële vergunning groeide de betoging uit tot een succes, en ook onze tussenkomst was bijzonder geslaagd.
Op 1 oktober, rond 19.00 uur, onderschepten de Israëlische strijdkrachten de Global Sumud Flotilla, een vloot van meer dan 40 schepen die richting Gaza waren gereisd om de zeeblokkade te doorbreken en humanitaire hulp te verlenen. Vanochtend, 2 oktober, werd het merendeel van de boten door Israël in beslag genomen en zijn de inzittenden, honderden mensen, illegaal vastgehouden en naar Israël vervoerd. Bij degenen die werden meegenomen, bevonden zich Greta Thunberg, de voormalige burgemeester van Barcelona, Ada Colau, een Ierse senator en vele anderen uit de politieke, vakbonds- en solidariteitsbeweging en pro-Palestijnse activisten.
In het digitale tijdperk, waarin sociale media de boventoon voeren, dringt de vraag zich op: waarom blijft de RCO een papieren krant uitbrengen?
Gezien de huidige ontwikkeling van het kapitalisme en de onmogelijkheid van een ecologische transitie is het vrijwel zeker dat hittegolven, overstromingen enz. de komende jaren en decennia alleen maar in aantal en intensiteit zullen toenemen. We moeten rekening houden met veel meer overstromingen, hittegolven, extra sterfte en economische kosten.
Op 14 augustus 2025 bevestigde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio dat Amerikaanse marine- en luchtmachtstroepen naar de Venezolaanse wateren zijn gestuurd. De RCA en RCI zijn resoluut en ondubbelzinnig gekant tegen deze flagrante daad van imperialistische agressie.

