Vakbondsactivist Danny Carleer schetst via het persoonlijke verhaal van zijn ouders de brede geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog zoals die beleefd werd in de streek van Kortenberg.

De titel ontleende hij aan een uitspraak van minister Jan Jambon die doodleuk poneerde dat de vroegere Oostfrontstrijders “zo hun redenen hadden om te collaboreren, zij deden het voor Vlaanderen”. De vader van Danny en met hem duizenden anderen, hadden ook “hun redenen”: zij sloegen op de vlucht voor het VNV en het fascisme.

Méér dan een spannend jongensverhaal

Vader René kwam al in de jaren ’30 in verzet tegen de opkomst van extreemrechts. Na de Duitse inval wordt het té gevaarlijk en ontsnapt hij met een vriend via Calais naar Engeland. Dan gaat het met het vreemdelingenlegioen naar Afrika en na de mislukte landing in Dakar via Abessinië terug naar Londen. Hij trouwt er met de Engelse Violet en wordt tewerkgesteld bij de Veiligheidsdienst van het Belgische ministerie van Landsverdediging. Vanop de eerste rij maakt hij kennis met het weinig verheffend gekonkel van de Belgische regering in ballingschap: zij doen er alles aan om vooral het communistische verzet na de bevrijding buiten spel te zetten.

Ondertussen aan het thuisfront

In de streek van Kortenberg, tussen Leuven en Zaventem, ondervindt de bevolking de gevolgen van de oorlog en de bezetting. Danny beschrijft minutieus hoe het eraan toe gaat: rantsoenering, verplichte tewerkstelling in Duitsland, collaboratie (de burgemeester werd lid van het VNV) en verzet. Aan de ene kant de verhalen van diegenen die opgejut door de katholieke kerk naar het Oostfront vertrekken. Anderzijds een uitgebreid verslag van de verschillende verzetsgroepen en hun daden. Allen streden ze tegen de naziterreur, maar vanuit verschillende overtuigingen en met verschillende einddoelen.

De link naar vandaag

De auteur verwijst geregeld naar de huidige politieke actualiteit. Hij komt vrank en vrij voor zijn eigen mening uit: net als zijn vader heeft hij een afkeer van het extreemrechtse gedachtengoed. In de jaren ’30 was er de opkomst van rechts en het populisme, de democratie stond onder druk. Vandaag worden gewone mensen tegen elkaar opgezet en meegesleurd in een wij-zij denken. De vluchtelingen en de moslims zijn de kop van jut en de sociale afbraak wordt zonder pardon doorgevoerd. De auteur waarschuwt voor de N-VA en het Vlaams Belang (hij ziet weinig verschil tussen beiden) en hij hoopt dat de jongeren zich opnieuw zullen verdiepen in het recente verleden.

Danny is er mede door zijn ervaring als vakbondsdelegee bij het vroegere ALSK en linkse militant in geslaagd een degelijk, omvangrijk werk (438blz) af te leveren, met tientallen pagina’s voetnoten en een aparte afdeling “Who is who? Bekende Vlamingen in de collaboratie”. De persoonlijke toets maakt het verhaal dubbel interessant.

Zij hadden wel hun redenen – Op de vlucht voor het VNV” Danny Carleer – Epo 2019

Klasse is ook een identiteit

De Franse socioloog en filosoof Didier Eribon (°1953) verliet Reims toen hij 20 was om er nooit meer terug te keren. Toen hij bij toeval vernam dat zijn vader overleden was reconstrueerde hij de geschiedenis van zijn familie, en hoe het klassensysteem die beïnvloed had.

Eribon is een autoriteit over homoseksualiteit, hij schreef er verschillende populaire boeken over. Hij moet tot zijn schaamte toegeven dat hij, toen hij als jongere in Parijs uit de kast kwam als homo, zich onmiddellijk in een nieuwe kast verschanste: die van de klasse. Hij verborg aanvankelijk dat hij uit de arbeidersklasse kwam. Hij vertelt wat het betekende om als scholier arm te zijn, hoe hij de sociale codes niet kende. Hij analyseert haarscherp hoe het mechanisme van onderdrukking in het onderwijs werkt, hoe alles erop gericht is om de “arbeiders” onwetend te houden. Hoe uitsluiting werkt, hoe een gehele klasse gediscrimineerd wordt.

Hij probeert ook het veranderde kiesgedrag van een deel van de arbeidersklasse te begrijpen: toen hij nog thuis woonde stemde iedereen communist. Vandaag is het Front National de populairste partij. Volgens hem zijn de linkse intellectuelen en wat hij “gematigd links” noemt hier debet aan: zij spreken niet langer over uitbuiting en verzet, maar over samenwerken en je eigen verantwoordelijkheid opnemen.

Het huidige ongenoegen in de onderste lagen van de samenleving is méér dan terecht. Het zijn hun jobs die sneuvelen als de productie naar een laag loon land verhuist. Het zijn zij die in de verloederde buitenwijken moeten wonen. Zij voelen zich door iedereen verraden en in de steek gelaten. Velen laten zich jammer genoeg op sleeptouw nemen door de rechtse volksmenners.

De situatie is complex: het racisme waarop het FN teert dateert niet van vandaag. De emigratie na de Algerijnse onafhankelijkheid bracht wel degelijk spanningen met zich mee, die zich vooral in de volkswijken lieten voelen. De communistische partij was wel niet openlijk racistisch, maar hanteerde zeker geen antiracistisch discours en keek soms de andere kant op.

In het laatste deel probeert de auteur zich te verzoenen met de herinneringen aan zijn vader. Diens afkeer van de seksualiteit van zijn zoon stond elk zinnig gesprek in de weg. Het boek is een ontroerende combinatie van een sociologisch essay en een persoonlijke zoektocht geworden, op vele vlakken een eyeopener.

“Terug naar Reims” Didier Eribon – Leesmagazijn 2018

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 322 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken