Bolivia staat op een belangrijk kruispunt. De contrarevolutie is al haar wapens aan het gebruiken om de ruggengraat van Evo Morales' regering te breken.
Na de revolutionaire opstand van mei-juni 2005 en de overwinning van de MAS in de presidentsverkiezingen van datzelfde jaar zat de oligarchie in zak en as. De regering weigert echter om verder te gaan dan de grenzen door het kapitalisme opgelegd. De oligarchie gebruikt die weifelende houding om terug in het offensief te gaan. Hun grote angst was nooit de MAS-regering zelf, maar de verlangens van de massa's arbeiders en boeren die achter de regering staan. De oligarchie beschouwt elke aarzeling van de MAS-regering (meestal verpersoonlijkt in vice-president Alvaro Garcia Linera, de ideoloog van het zogenaamde Andes-kapitalisme) als een teken van zwakheid, een teken om terug in het offensief te gaan. Het stelt hen in staat om zich te reorganiseren en hun maatschappelijke steun uit te breiden onder de kleinburgerij en onder achtergestelde lagen van de bevolking in regio's die onder hun controle vallen, voornamelijk de "oostelijke halve maan" rond Santa Cruz,.
Sinds de verkiezingen voor de grondwetgevende vergadering, anderhalf jaar geleden, heeft de oligarchie er alles aan gedaan om mogelijke vooruitgang te blokkeren. Daarbij maakt ze gebruik van al haar drukkingsmiddelen, zowel parlementaire als buitenparlementaire. De MAS deed toegeving na toegeving. Ze stemden in met regels die inhouden dat elk nieuw wetsartikel een tweederdemeerderheid nodig heeft. Zo kan de oligarchie alle vooruitgang voorkomen door een simpele weigering om te stemmen. Vervolgens ging de regering akkoord om de zittingen van de grondwetgevende vergadering plaats te laten vinden in Sucre, ver uit de greep van La Paz en El Alto, het hart van de Boliviaanse Revolutie. De oligarchie buitte deze gelegenheid uit in haar voordeel en lokte een politiek conflict uit over de kwestie welke stad de hoofdstad moet zijn. Hun idee is dat, na meer dan honderd jaar, Sucre opnieuw de thuisbasis moet worden van het parlement en de regering. Eind november spoorden ze reactionaire bendes aan om de grondwetgevende vergadering te bestormen. Tijdens de daaropvolgende gevechten werden twee aanhangers van de oligarchie door ongekende schutters gedood. De oligarchie had deze ‘martelaars' nodig om zo hun basis te kunnen blijven opzwepen. Uiteraard legden ze de schuld voor deze twee doden eenzijdig bij de politie en de regering van Morales.
Geconfronteerd met bedreigingen en angst om gelyncht te worden door de rechtse maffia hebben de afgevaardigden van de MAS zich teruggetrokken uit Sucre. Ze zetten de bijeenkomsten van de grondwetgevende vergadering verder in het mijndistrict van Oruro, wat de rechterzijde dan weer boycot. Ze stemden er een eerste versie van de nieuwe grondwet, maar de rechterzijde weigert deze te erkennen, ondanks de garanties op privé-eigendom en ‘autonomie' voor de verschillende departementen. Nochtans is dat laatste een eis van de oligarchie om controle over de olie- en gasreserves in hun regio's te houden zodat ze deze kunnen overhandigen aan multinationals.
De rechterzijde is ook frontaal in de aanval gegaan tegen een regeringsbesluit dat een maandelijkse subsidie van 25 dollar garandeert voor mensen ouder dan 60, gefinancierd met de olieopbrengsten. De oligarchie bekritiseerde dit als een "aanval op de budgetten van de departementen" en weigerde dit besluit door te voeren in de door hen gecontroleerde regio's. Als onderdeel van hun reactionaire agitatie rond deze zaken organiseerden ze eind augustus en in november en december zogezegde regionale stakingen, met massabetogingen en hongerstakingen.
Ondanks dit alles blijft de regering oproepen tot kalmte en verzoening, hetgeen enkel kan leiden tot verdere demoralisering in eigen rangen. De strategie van de oligarchie bestaat eruit de steun voor Morales' regering te laten eroderen en te wachten tot de rangen van arbeiders en boeren gedemoraliseerd en passief geworden zijn. Dit zou de voorwaarden scheppen voor een contraoffensief. Ze proberen ook zoveel mogelijk steun in het leger te winnen voor een eventuele staatsgreep, hoewel dat op korte termijn onwaarschijnlijk lijkt. Tezelfdertijd blijven ze dreigen met afscheiding van de departementen die zij controleren.
Zoals onze kameraden van de Corriente El Militante in Bolivia het verwoorden: "Dit is het resultaat van twee jaar vol vergissingen en een weifelende houding vanwege de MAS-regering tegenover de multinationals, het imperialisme, de oligarchie en de rechterzijde, hoewel de verkiezingen van 2005 hen allemaal opzij hadden geveegd. Dit is het resultaat van het verlaten van de Pulacayo-theses, de leer en analyses van Marcelo Quiroga Santa Cruz en van andere belangrijke revolutionairen uit de Boliviaanse geschiedenis."
Wat moet er nu in deze situatie gebeuren? Het alternatief is de boeren en arbeiders mobiliseren, en niet enkel via slogans maar ook met concrete en praktische maatregelen om de economische heerschappij van de heersende klasse te breken. We geven het laatste woord aan onze Boliviaanse kameraden die het als volgt toelichten:
"Geconfronteerd met de aanvallen van de rechterzijde en hun politieke en economische sabotage moet de regering in het offensief treden via massamobilisaties. Eerst en vooral moet ze breken met het idee dat ze akkoorden moet sluiten met de rechterzijde; moet ze alle wetten uit het neoliberale tijdperk, die enkel miserie hebben gebracht, vernietigen; moet ze de banken, grote bedrijven en boerderijen die de frontlijn vormen van de economische sabotage door de rechterzijde, nationaliseren en de economische middelen centraliseren om zo een sociaal plan te kunnen lanceren dat werk voor iedereen garandeert en de opbouw van een nieuwe staatsstructuur verzekerd."
"Aan de andere kant roepen we de vakbond COB, de arbeidersorganisaties van bedrijven, de voorhoede van de mijnwerkers, alle sociale organisaties en MAS-militanten op om dit alles niet passief te ondergaan en om:
- zelfverdedigingsbrigades op te zetten om een contrarevolutionaire coup te voorkomen.
- een nationale staking uit te roepen en voor te bereiden via massabetogingen over heel het land met als doel de verdediging, de heroriëntatie en uitdieping van het revolutionaire proces.
Zo'n staking zou het volgende moeten zijn:
- tegen de oligarchie, de rechterzijde, het imperialisme en haar sabotage, en ter verdediging van het revolutionaire proces
- voor de vernietiging van alle decreten die het neoliberale beleid introduceerden
- voor een systeem van sociale zekerheid gebaseerd op fatsoenlijke pensioenen en een sociale zekerheid voor iedereen
- voor de nationalisatie van alle natuurlijke rijkdommen onder democratische arbeiderscontrole
- voor de nationalisatie van de grote voedselbedrijven, het grootgrondbezit en de banken, te beginnen bij deze die zich bezig houden met economische sabotage
- tenslotte moet het volk opnieuw het initiatief nemen via volksraden