Op 21 & 22 april ll. kwamen de Jongsocialisten bijeen in het Jeugdcentrum de Fabriek in Gent voor de ‘Take Off’ van het nieuwe jongerenproject van de SP.
Het nationaal bureau van de Jongsocialisten startte met deze vernieuwingsoperatie al in mei 2000. De bedoeling was toen om in het kader van de ronde van Patrick Janssens het hele reilen en zeilen van de eigen organisatie op een rijtje te zetten. Het nationaal bureau werkte een eerste missietekst uit waarbij werd nagedacht over de bestaansreden van de Jongsocialisten en hun sterke en zwakke punten. In de eerste maanden van 2001 organiseerde het nationaal bureau een Ronde van Vlaanderen die zowel JS-afdelingen als andere jongeren in en rond de SP de kans gaf om een open gesprek te hebben over de nieuwe jongerenbeweging. Vooraf peilde een enquête naar de verwachtingen over het nieuwe project. Na de Ronde van Vlaanderen werd een nationale werkgroep samengesteld. De zogenaamde ‘lanceergroep’ evalueerde het verloop van de ronde, besprak de resultaten en discussieerde over mogelijke opties en pistes. De bevindingen van deze drie processen zouden het uitgangspunt vormen voor de nieuwe jongerenbeweging van de SP. Hierdoor ontstond althans in de media het beeld dat deze vernieuwingsoperatie de weerslag vormt van een brede verzuchting binnen de Jongsocialisten. Maar is dit ook zo, en is men erin geslaagd om met de vernieuwing een nieuwe dynamiek op gang te brengen?
Fait accompli
Ten eerste zijn zowel het idee voor een nieuwe jongerenbeweging als de uitgangspunten ervan ons opgedrongen vanuit het nationaal bureau en vanuit onze moederpartij, de SP. Een vernieuwde SP moet immers een nieuwe jongerenbeweging hebben. Als leden van de Jongsocialisten zien wij ons eigenlijk voor voldongen feiten geplaatst. Er werd ons medegedeeld dat er een nieuwe jongerenbeweging zou worden opgestart en indien we niet akkoord waren, dan was dat maar zo. Op geen enkele vergadering (op lokaal, provinciaal of nationaal niveau) lagen de uitgangspunten van de vernieuwing voorgelegd ter stemming, hoewel zowel verschillende afdelingen als individuele leden daarop hadden aangedrongen. Deze surrealistische situatie werd nog versterkt door het feit dat onze democratisch verkozen voorzitster enkele dagen voor de Take Off droogweg in de media vertelde dat de SP een nieuwe jongerenbeweging zou opstarten met een nieuwe naam waarin het woord socialisme niet meer zou voorkomen. En dat nog voor de eigenlijke discussie over de vernieuwing van start moest gaan!
Protest
Het is dan ook geen wonder dat de Take Off op een stormachtige wijze van start is gegaan. De vrees dat de afdelingen en de leden voor voldongen feiten zouden gesteld worden, leefde heel sterk in de dagen voor de Take Off. Deze vrees werd gebundeld in een protestbrief, opgesteld in de vorm van een grafrede: “De oude Jongsocialisten waren immers zonder inspraak ten grave gedragen. Nog voor de euthanasiewet gestemd is, werden wij reeds gevraagd om hem toe te passen. Maar een uiterst belangrijke voorwaarde die in de wet is opgenomen, werd wel vergeten, de toestemming van de betrokkenen.” Verder tekende de brief protest aan tegen het ondemocratisch karakter van de vernieuwingsoperatie en klaagde ze de ‘verkleutering’ van de Jongsocialisten aan. De brief was een initiatief van JS-Gent & JS-RUG en werd ondertekend door verschillende afdelingen (o.m. Boom & Rumst) en talloze individuele leden (zelfs leden van het nationaal bureau). Ondertussen had het nationaal bureau er wel lucht van gekregen en deed zij er alles aan om te vermijden dat de brief voorgelezen zou worden aan de start van de Take Off. Maar het bureau weigerde tegemoet te komen aan de enige, zelfs bescheiden eis van de ondertekenaars. Onze voorzitster wilde haar uitspraken niet intrekken, laat staan dat zij zich zou verontschuldigen voor het feit dat zij haar boekje te buiten was gegaan (immers: the show must go on). Dus gebeurde het onvermijdelijke en werd de protestbrief rondgedeeld en voorgelezen, weliswaar nadat de organisatie er handig in geslaagd was om tijdelijk alle media buiten te werken.
Naam
Maar nu naar de vernieuwing zelf, want daar draait het uiteindelijk om. Zoals gezegd is de vernieuwing in eerste instantie gebaseerd op een missietekst van het nationaal bureau met beschouwingen over de bestaansreden van de JS en over hun sterke en zwakke punten. Hier heeft het bureau nog goed werk geleverd. Wij kunnen ons gerust aansluiten bij een aantal vaststellingen. Zo worden de Jongsocialisten ervaren als een gesloten organisatie. Dit vertaalt zich o.m. in een gebrek aan leden. Bovendien kennen de Jongsocialisten te weinig variatie in hun activiteiten. Verder hebben de Jongsocialisten geen herkenbaar profiel, kunnen ze onvoldoende mobiliseren en dat heeft niet alleen te maken met een gebrekkige communicatie maar ook met ingewikkelde structuren. Verder zou de naam Jongsocialisten dit gevoel van starheid versterken. Allemaal zeer juiste vaststellingen. Elke rechtgeaarde militant die een tijdje actief is in onze beweging zal deze zonder problemen kunnen onderschrijven. Je moet ook blind zijn om dit niet te zien. Maar eigenlijk zijn het oude kwalen die al lang gekend zijn. En het blijft bij vaststellingen. Nochtans is een goed begrip van de oorzaken van een probleem absoluut nodig om het te kunnen oplossen. Elke goede dokter zal je vertellen dat een probleem waarvan de oorzaak niet gevonden wordt later waarschijnlijk opnieuw zal opduiken, ook al kan je de symptomen doeltreffend bestrijden. Zo stelt het JS-bureau wel vast dat SP & JS een star en conservatief imago hebben, maar nergens in de analyse legt het een verband met het beleid dat de SP al meer dan tien jaar in de regering voert. Nergens blijft het stilstaan bij het feit dat onze retoriek soms nog wel progressief en links is maar dat we die standpunten nergens hardmaken en dat ze zelfs in tegenspraak zijn met het beleid dat we uitdragen. Nee, de verantwoordelijkheid ligt bij onze naam en als we die veranderen, dan zal alles wel beter gaan...
Enquête
Bovendien is het bijna zielig om te zien hoe men altijd wanhopig probeert om een aantal zaken waar helemaal geen overeenstemming over bestaat (zoals de naamsverandering) vanuit verschillende hoeken te rechtvaardigen. Zo organiseerde het bureau een enquête om te peilen naar de verzuchtingen van de leden t.o.v. een nieuwe jongerenbeweging. Hier moeten we toch onmiddellijk opmerken dat er 1203 enquêtes werden verstuurd, maar slechts 126 ingevuld terugkwamen. Een responsgraad van 10,5% kan je moeilijk geslaagd noemen. Bovendien was de enquête op een zeer arbitraire wijze samengesteld. Verder zien we dat 60% van de respondenten ooit een politiek mandaat wil uitoefenen. Allemaal zaken die de representativiteit van deze enquête zeker niet ten goede komen. Elk deftig marketingbureau zou ze onverwijld naar de prullenmand verwijzen. Maar neen, de Jongsocialisten gebruiken ze als conclusie om moeilijke discussies af te ronden. Zo krijg je een volledig surrealistische situatie waarbij onze voorzitter te pas en te onpas de vraag over een naamsverandering in de discussie gooit, steeds het deksel op de neus krijgt en dan als een kleuter die z’n zin niet krijgt blijft roepen: “maar moeten we onze naam dan toch niet veranderen?” (waarop Robbe De Hert, een keer of tien met deze vraag geconfronteerd, nog altijd even enthousiast bleef antwoorden: voor mij moet de naam socialisme zeker behouden blijven, ik ben immers een trotskist!).
Op de Take Off vonden discussies plaats in vier werkwinkels over inhoud, actiemodellen, communicatie en de website. Echt constructief waren deze werkwinkels niet en het feit dat er op voorhand geen teksten waren en er geen enkele voorbereiding was, zal daar wel niet vreemd aan zijn. Ondergetekende had zich opgegeven voor de werkwinkel ‘inhoud’ en al bij al was ik achteraf gezien vrij tevreden over de discussies. Wij werden in eerste instantie overspoeld door het verhaal van de kenniseconomie, dat als kader moest dienen voor de discussies. Dit verhaal stelt dat kennis vandaag de belangrijkste productiekracht is geworden. Hieruit leidt men meestal de zeer gevaarlijke conclusie af dat de sociale ongelijkheid niet langer bepaald wordt door klasse maar wel door scholing. Daarom moeten we ons niet meer bezighouden met het in vraag stellen van de maatschappelijke (productie)verhoudingen. Voor de meeste aanwezigen volstond dit verhaal gelukkig niet (‘de ongelijkheid in de maatschappij zal dus zeker niet opgelost zijn als iedereen een universitair diploma heeft’) omdat we op die manier geen aandacht besteden aan de zeer onrechtvaardige verdeling van de rijkdommen in onze samenleving en aan de nog steeds toenemende uitbuiting van arbeid in de wereld.
Linkse standpunten
Verder werd er nog gepraat over gelijke kansen, milieu, internationale verhoudingen en het regeringsbeleid van de SP. Zo werd er over milieu o.m. gezegd dat we verder moesten gaan dan de individualistische aanpak van de groenen, dat we de milieuproblemen aan de basis moesten aanpakken door de band te leggen met de manier van produceren, door de industrie aan te pakken en te zorgen voor propere productieprocessen en minder verpakkingen, enz. M.b.t. internationale verhoudingen werd er voor het eerst sinds lang gesproken over internationalisme en werden standpunten ingenomen tegen de paternalistische ontwikkelingshulp van veel NGO’s. Verassend linkse praat dus en wij waren daar blij om. We moeten er wel voor waken dat deze linkse praat ook een weerslag krijgt in de uitgangspunten van de nieuwe beweging en vooral in de actiemodellen, zodat we onze standpunten eindelijk eens hard maken. De discussies gaan verder tijdens de zomer, een periode waarin de meeste jongeren op vakantie zijn en niet aan politiek kunnen doen. Bovendien ligt het programma van de ‘Touch Down’ op 8 oktober al helemaal vast en moeten we ervoor waken dat we niet opnieuw voor voldongen feiten komen te staan. Wij willen iedereen dan ook oproepen om deel te nemen aan de debatten.
Net op een moment dat de perversiteit van het vrije marktdenken steeds openlijker aan de oppervlakte komt, dreigen de Jongsocialisten de omgekeerde richting in te slaan en lijken de ze afstand te nemen van de klasseaard van het socialisme. De protestbewegingen tegen het IMF, de WTO en de Wereldbank, de populariteit van organisaties als Greenpeace en ATTAC, de historisch lage waarderingsscore van Bush in de opiniepeilingen, de regelrechte impopulariteit van multinationals, ook in de VS, tonen aan dat de slinger terug naar links begint te zwenken. Veel van deze fenomenen doen zich voor op het hoogtepunt van de economische bloei. Nu het kapitalisme in moeilijkheden geraakt en bedrijven massaal beginnen af te danken, zou het onderliggende ongenoegen na meer dan twee decennia neoliberale hervormingen wel eens op verbazingwekkende wijze aan de oppervlakte kunnen komen.
Op wereldvlak zien wij het begin van een politisering en verlinksing van jongeren onder de vorm van een antikapitalistische en anti-globaliseringsbeweging. De Jongsocialisten moeten aansluiting vinden met deze mentaliteitsverandering bij de jongeren. Wij zijn voorstander van een linkse, radicale en antikapitalistische beweging die zich distantieert van de sociaal-liberale politiek van de regering, de SP en de Europese sociaal-democratische ‘Derde Weg’ op alle vlakken (economisch, sociaal en ecologisch).