Met onze reeks artikelen ‘Het leven zoals het is’ willen we via interviews tonen dat leven onder het kapitalisme voor veel mensen geen lachertje is. Volgens het nieuwe IPA zouden we meer overuren ‘mogen’ kloppen. Veel arbeiders doen dit omdat het leven alsmaar duurder wordt. En vaak is er ook veel druk van de baas om overuren te doen, want dat is voor hem goedkoper dan iemand aanwerven. Altijd maar meer werken is nochtans schadelijk voor onze gezondheid. Broes kan daarvan getuigen. Hij is 32. Sinds zijn 17, nog als leercontract, werkte hij bij een groot transportbedrijf. Tot zijn rug het begaf. Toen mocht hij opkrassen.
Vanwaar die problemen in je rug?
Ik kreeg twee hernia’s in de rug, voor een stuk aangeboren maar voor een groot stuk ook door te werken en slecht mijn rug te gebruiken. Ik moest altijd heffen en sleuren want ik was magazijnier en vorkliftchauffeur voor een periode van veertien jaar. Op mijn 19 heb ik al eens even last gehad aan mijn rug, maar dat is snel verdwenen. Zes jaar geleden ben ik de vorklift opgegaan en toen is het opnieuw begonnen. Het ging van het ene probleem naar het andere. Dan ging het niet meer en heb ik een lange periode thuis gezeten, ongeveer zeven maanden. Ik heb toen aangepast werk gevraagd en dat heb ik twee maanden mogen doen, maar dan was ik ineens te duur. Met als gevolg ontslag wegens medische redenen.
Moest je dan zo hard werken dat je rug het begaf?
Die veertien jaar telden voor twintig jaar. Dikwijls werkte ik veertien, vijftien, zestien uur per dag. Soms zelfs twintig uur. Soms ook maar gewoon acht uur, maar dat was toch de uitzondering, meestal klopte ik serieus wat overuren. Zeker de eerste vijf à zes jaar. Ik vertrok vaak om vijf uur ’s morgens en kwam om elf uur ’s avonds thuis. En dat voor een jong gastje van 18. Veel sociaal leven had ik niet.
Ik vind het echt schandalig dat ik zoveel tijd in mijn werk heb gestoken, zoveel zaken heb gemist en uiteindelijk als een gewone nummer opzij ben gezet. Daar ben ik heel kwaad over. Ik voel me gebruikt. En dat kan zomaar allemaal, dat is nog het strafste, ze vinden dat normaal.
Hoe hebben ze je dan ontslagen?
Ze hebben mij naar de APRIM gestuurd met mijn scans. Daar moesten wij één keer per jaar naartoe voor de arbeidsgeneeskunde, op controle. Ze zeiden daar direct dat ik mijn werk niet meer mocht doen, dus ik kreeg mijn ontslag voor ‘medische redenen’. Ik kon onmiddellijk gaan doppen en de baas moest mij zelfs geen ontslagpremie geven. Dat was gewoon snel een handtekening zetten, handjes schudden en de baas was er vanaf. En ik zat ermee.
Weet je, ik ben ontslagen door iemand die daar zelf nog maar drie jaar werkte. Ineens was die persoon bij onze firma, eerst als crisismanager en dan heeft hij de boel overgenomen van onze oude baas. Hij wist helemaal niet wat ik daar al die jaren heb gepresteerd, maar zette mij zonder problemen op straat omdat hij vond dat ik te veel kostte. Als je veel aandelen in een firma hebt, is dat blijkbaar allemaal mogelijk. Een manager heeft die macht. Het interesseerde hem totaal niet wat er met mij zou gebeuren. Ik heb twee maanden aangepast werk gekregen, maar dan beweerde hij ineens dat dit geen voltijdse job was. Wat een leugen was. Het was altijd al een voltijdse job, zelfs meer dan een voltijdse job. Als ze je buiten willen, dan stampen ze je buiten, zo simpel is dat.
Welk effect had dit ontslag op jou?
Mijn inkomen daalde met de helft, ik zakte ineens naar 700 euro dop. Thuis was het serieus aanpassen. Ik werd zwaar depressief, nog niet zozeer om de geldproblemen, maar meer door het gevoel zo gebruikt te zijn, misbruikt in feite. Toen heb ik ongeveer een jaar gedopt. Uiteindelijk ben ik een cursus gaan volgen via de VDAB, hoewel ik hen serieus heb moeten overtuigen om mee te mogen doen want ik was medisch niet in orde. Nu heb ik weer werk, maar ik blijf sukkelen met mijn rug.
Ik ben lang depressief geweest en heb me opnieuw in gang moeten trekken om terug routine in mijn leven te krijgen. Ik was helemaal naar de kloten, ik dronk veel en van die toestanden. Dat had een zware invloed op mijn relatie en het leven thuis. Ik kon niks meer verdragen, voor het minste werd ik kwaad. Als mijn vriendin een glas liet vallen sprong ik bijna door het plafond. Ik kon niet verdragen dat mijn kinderen lawaai maakten bij het spelen. Je hebt geen beweging meer, je hebt niets om handen, al je energie en frustraties zitten opgekropt. Bij de minste vonk ontploft dat. Degenen die met mij samenleven, kunnen een bestseller schrijven over dat jaar.
Wij hopen in ieder geval dat je huidig werk wat beter is aangepast aan je fysieke toestand. Bedankt voor het interview!