Het is al een hele tijd geleden dat de violen van de ABVV-top en de sp.a-leiding zo gelijk gestemd klonken. Sinds 1 mei is het ordewoord naar de socialistische – en bij uitbreiding linkse – achterban duidelijk: schaar de troepen rond de sp.a, anders dreigt de ‘kracht van verandering’ onze sociale verworvenheden te overspoelen.
In Knack van 6 mei verwoordt Bruno Tobback het als volgt: “Als Groen en PVDA stemmen afsnoepen van de SP.A, rollen ze de rode loper uit voor Bart De Wever.” Als we deze redenering herleiden tot zijn essentie, dan is de boodschap: het is of de sp.a of de N-VA. Tertium non datur (een derde optie is er niet). Dat zou natuurlijk kunnen. Wanneer machthebbers een derde optie retorisch uitsluiten, zijn we echter best op onze hoede, mogelijk loert een drogredenering om de hoek: het vals dilemma. Misschien zijn er wel alternatieven.
Stellen dat de keuze voor links gaat tussen een stem voor sp.a en een rode loper voor N-VA, laat uitschijnen dat sp.a garant staat voor een dam tegen de verrechtsing. Het feit is dat de verrechtsing zich al geruime tijd doorzet en de sp.a niet echt uitblinkt in weerwerk. De partij staat erbij en kijkt ernaar, zonder een antwoord te vinden. Meer zelfs, regelmatig voeren ze het programma van rechts uit, natuurlijk steeds met het argument dat het zonder hen nog erger zou zijn. Bovendien lijkt de sp.a-leiding sinds de Derde Weg en het flinks bestuur (“voor wat hoort wat”) vaak echt overtuigd van een paar ankerpunten uit de rechtse ideologie. Wat natuurlijk niet bevorderlijk is voor de populariteit van linkse ideeën. Van de weeromstuit raken de socialisten in Vlaanderen stilaan in de hoek gebokst. En dat is dan het alternatief voor de verrechtsing?
Stemmen doen verstommen
Het principe van linkse eenheid zou ongetwijfeld een krachtig antwoord zijn op de stormram van de N-VA. Toch is eenheid niet per se de juiste keuze. De vraag is immers rond wie en wat we ons verenigen, rond welk programma. Te vaak zijn oproepen tot eenheid gebruikt om kritische stemmen te doen verstommen. Het zou niet de eerste keer zijn dat de socialistische leiding zich om die reden bedient van dit argument, ook intern, zoals Erik De Bruyn en SP.a Rood mochten ervaren. Trouwens, als linkse eenheid het ultieme middel zou zijn, dan zijn er nog verschillende scenario’s mogelijk. Om er slechts één te noemen: de sp.a trekt zich ootmoedig terug uit de verkiezingen – aangezien de partij bewezen heeft dat ze de opgang van de N-VA niet kan stoppen – en lanceert een stemoproep voor een frisse wind in het socialistische landschap: de PVDA. Ook dat is linkse eenheid, kameraden.
Volgens de sp.a-leiding is de PVDA echter de wegbereider van rechts. Johan Vande Lanotte gaf in het Gentse studentenblad Schamper wat meer duiding bij die denktrant: “Een van de grote problemen van links vandaag is natuurlijk de interne verdeeldheid. Hoe beter Groen en PVDA+ scoren, hoe dichter de N-VA bij haar doelstelling zit. Zo simpel is dat. Mensen kijken altijd vreemd als ik dat zeg, maar we zagen hetzelfde al in Antwerpen: PVDA+ groeide er sterk en De Wever werd burgemeester.”
Misschien moet Vande Lanotte toch wat langer stilstaan bij de weerkerende vreemde blik van zijn gesprekspartners, want die redenering mag voor hem klaar en simpel klinken, eigenlijk is ze eerder wat simplistisch. De N-VA was immers al enkele jaren aan een opgang bezig, lang voor de doorbraak van de PVDA. Ook hier bezondigt Vande Lanotte zich aan een drogredenering (namelijk post hoc ergo propter hoc): het is niet omdat een gebeurtenis onmiddellijk voorafgaat aan een andere, dat de eerste de andere veroorzaakt. Het is niet omdat de PVDA-overwinning voorafging aan de blijde intrede van De Wever op het Schoon Verdiep, dat ze daarvan ook de oorzaak was. Er zou bijvoorbeeld – om zomaar iets te zeggen – evengoed een oorzakelijk verband kunnen bestaan tussen de zege van De Wever en het voormalige Antwerpse stadsbestuur onder leiding van de sp.a. Als veel Antwerpenaars na decennia van socialisten niet langer op de sp.a (of was het de Stadspartij?) willen stemmen, ligt dat dan aan de PVDA of aan het beleid van de sp.a? Wie weet ligt dat beleid nu juist aan de basis van zowel de N-VA-triomf als de doorbraak van de PVDA.
Wilt dat dan zeggen dat de balans voor de sp.a helemaal negatief is? Zeker niet. De socialisten hebben zaken kunnen tegenhouden. De index is bijvoorbeeld nog niet volledig afgeschaft. Een storm tegenhouden is echter niet gelijk aan hem temmen. Een rechtse golf beukt steeds sterker op ons in en de socialistische beweging kruipt al jaren stap voor stap achteruit. Minder snel dan in bepaalde buurlanden, maar de richting is onmiskenbaar: achteruit. Veel socialisten en linkse mensen zoeken daarom naar een alternatief dat het tij kan keren, een project dat ons terug enthousiast kan maken.
Een groeiend deel van ons vindt dat alternatief in de PVDA. Bij hen zien we geen gespeelde sociale verontwaardiging, die van Peter Mertens en de zijnen is gebaseerd op inplanting in de wijken en de bedrijven, op hun band met de gewone mens. Ook hun enthousiasme werkt aanstekelijk. Op 1 mei toverden levendige PVDA-delegaties de traditionele stoet om in een betoging. De schuchtere verlinksing van de socialisten vandaag is duidelijk schatplichtig aan het aanzwellende geroezemoes over de PVDA bij de socialistische achterban. De partij van Peter Mertens versterkt dus de linkerzijde. En zo zijn we terug bij het vals dilemma van de socialisten. De linkerzijde heeft geen nood aan samenhokken rond de sp.a, aan een zogenaamd veilige keuze. Dat is een vals gevoel van veiligheid. De linkerzijde heeft nood aan wat socialistisch enthousiasme en strijdbaarheid in het parlement, dat wil zeggen: de PVDA in het parlement.
Dit artikel werd eerst gepubliceerd op www.dewereldmorgen.be