Nederland bevindt zich in een serieuze politieke crisis na de verkiezingen van november. De verkiezingsresultaten hebben de vorming van een kabinet zeer moeilijk gemaakt. Op het moment van schrijven lijkt een coalitie tussen CDA, PvdA en Christen-Unie in de maak. Dit wordt voorgesteld als een ‘linkser kabinet’ dat de wensen van de Nederlanders zal uitdrukken. Dit zal een leugen blijken en de SP krijgt daarmee nog meer kansen om te groeien.
De peilingen tonen dat dit kabinet onpopulair is, zelfs voor de eigenlijke regeringsvorming. Volgens een enquête van het TV-kanaal EénVandaag ziet 43 procent een coalitie van CDA, PvdA en Christen-Unie niet zitten. Slechts 40 procent is wel voorstander. Van de respondenten die op de PvdA stemden staat zelfs maar 36 procent achter zo'n kabinet. En 47 procent heeft er geen vertrouwen in dat een kabinet van CDA, PvdA en ChristenUnie stabiel genoeg is om vier jaar te regeren. Dit is een recept voor crisis, want zo’n regering zal niet fundamenteel afwijken van het prokapitalistische beleid van de vorige.
De PvdA zal hier extra hard onder lijden en zo het bedje spreiden voor de SP. Volgens een peiling van Maurice de Hond doet PvdA-leider Wouter Bos het alleen maar goed onder zijn eigen aanhang. SP-leider Jan Marijnissen is volgens De Hond duidelijk de held van links. Bij de PvdA scoort hij nauwelijks slechter dan Bos en hij doet het ook goed bij GroenLinksers. Volgens diezelfde peiling overweegt ruim zeven op de tien PvdA-aanhangers een stem op de SP of GroenLinks. Verder blijkt dat het CDA 39 zetels zou halen in de Tweede Kamer als er nu verkiezingen worden gehouden. Dat zijn twee zetels minder dan bij de verkiezingen in november. De PvdA komt uit op 27, een verlies van zes zetels ten opzichte van de verkiezingen. De SP is in deze peiling één zetel groter dan de PvdA en scoort daarmee drie zetels meer dan bij de verkiezingen.
De verkiezingen waren een indicatie van het opborrelende ongenoegen, nadat we al radicalisering binnen de vakbonden zagen en het wegstemmen van de liberale Europese grondwet. Nederland bevindt zich daarmee in de voorhoede van de klassenstrijd in Europa. De polarisatie tussen de klassen zal toenemen. De regering zal proberen te manoeuvreren tussen de klassen door kleine toegevingen te doen aan de werkende mensen. Wegens de verhoogde internationale concurrentie is er echter geen financiële ruimte voor serieuze sociale hervormingen. Deze coalitie zal er niet voor opteren om echt in confrontatie te gaan met het patronaat. Er zullen hoogstens wat holle woorden klinken, maar daarna zal het kabinet overgaan tot de orde van de dag: besnoeiingen op kap van de werkende klasse. Daardoor zal de kritiek op het systeem nog toenemen. Op een bepaald moment zal de kwestie van een breuk met dit systeem zich stellen. Daarom dient de SP het debat over een andere samenleving, het socialisme, nu al te starten en duidelijke socialistische alternatieven naar voor te schuiven.
Lees ook: