7u30. De zware poorten van het OCMW gaan open om een tiental mensen binnen te laten. Al snel zijn het er dertig die in de sombere wachtzaal geduld moeten oefenen. Enkelen hebben een boek mee om de tijd te doden, anderen ijsberen vloekend door de gang.
Talrijke gezichten verschijnen voor het loket. Soms met een glimlach, soms wenend. Andere drukken angst of woede uit. Elk verhaal is erger dan het vorige: over de gevangenis, hun echtscheiding, hardvochtige bazen... kortom, hun leven. Een oneindige litanie van onrecht die zich verplaatst van bureau tot bureau. Ze verwachten van de sociaal werker dat hij of zij luistert, begrip toont, hen kalmeert en eventueel een oplossing biedt. Elkeen heeft zijn eigen stijl: er is de "moderne psycholoog", de "politieambtenaar", het "flowerpower type". Allen, gewild of niet, streven naar hetzelfde doel: sociale normalisatie.
Het sociaal werk is met de verslechtering van de leefomstandigheden van het proletariaat een efficiënt wapen geworden in de handen van het kapitalisme. De ineenstorting van de grote ideologieën heeft de overwinning van het neoliberalisme versneld. De sociaal-democratische linkerzijde deed definitief afstand van de hoop op maatschappelijke verandering en verklaarde de markteconomie heilig.
Het moderne tijdperk drukt zich vandaag uit in de extreme opdeling van de arbeid, de flexibiliteit en de onzekerheid. De interim-arbeid is het mooiste voorbeeld van die kentering in ons waardenstelsel. Reclame klopt ons murw met gladde slogans die ons de ontelbare voordelen aanpraten van de interim-arbeid. Wat boffen we om daarvan te kunnen genieten!
Maar de werkelijkheid blijft hardnekkig de kop opsteken: velen worden door de neoliberale machine verbrijzeld en uitgespuwd. Ze vallen in de versleten netten van de minimale sociale bescherming als werkloze of steuntrekker. Met andere woorden: een solidariteitsstelsel tussen arbeiders die de onplooibaarheid van het kapitalisme moet opvangen. Ondanks de smeltende sociale begrotingen verandert de sociale zekerheid in een prachtig contrarevolutionair wapen. Tegen een lage kost vermijdt het systeem sociale opwellingen en uitbarstingen die de productiviteit in gedrang brengen. De staat behoudt zo zijn historische rol van waakhond van het kapitaal.
Wie zou er durven zweren dat met de afschaffing van de sociale minima de fameuze rode wijken weer zouden opduiken in de grootsteden - of ten minste de eerste tekenen van een hardnekkige weerstand? Bewijst dit niet dat ook de burgerij lessen trekt uit de geschiedenis?
Die hele sociale werking is onderbouwd met een ideologische structuur waarvan de hele maatschappij doordrongen is. De media behoren natuurlijk tot de eerste linie van discrete instrumenten. De journalisten zijn zowel onderwerp als instrument van dit raderwerk. De politieke beslissers zijn louter uitvoerders van besluiten die anderen nemen. De nieuwe complexiteit van de wereld herleidt hen tot marionetten van de werkelijke macht, die bij de economie ligt.
Sociale werkers vinden op een zeer natuurlijke wijze hun plaats in de deze ideologische piramide. Zij zijn eveneens de eerste slachtoffers van de extreme flexibiliteit. Men vindt ze overal terug: in de bedrijven, gevangenissen, ziekenhuizen, OCMW's, waar ze de meest uiteenlopende taken vervullen. Onze eerst tussenkomst, het meest nobele van ons werk, bestaat uit een geïndividualiseerde actie tegenover een toestand van lijden. Deze tussenkomst passen we stelselmatig toe binnen een wettelijk raamwerk, waarbuiten de sociaal werker niet kan optreden. Dit wettelijk raamwerk wordt hoofdzakelijk gerechtvaardigd door het tweede niveau van tussenkomst van de sociaal werker. Bewust of niet krijgt de sociale actie onvermijdelijk een fundamentele collectieve dimensie. Zijn of haar taak bestaat erin te vermijden dat zandkorreltjes het goed geoliede raderwerk niet gaan verstoren. De sociaal werker zal ook als eerste aan de alarmbel trekken en de aandacht van de overheid vestigen op dramatische toestanden.
De "sociale actie" waarvan zoveel sprake is in de microkosmos van de sociaal werkers valt zo onvermijdelijk in een dagelijks beheer van de armoede. En daar ligt inderdaad de kern van het probleem. In een wereld die steeds meer uitsluiting veroorzaakt, is het linkse sociale werk een tegenstelling meer. De opvatting van het sociale werk als een "schild tegen het kapitalisme", of als "bescherming van de onderdrukten" zal niet lang nog het gewicht van de werkelijkheid kunnen torsen. Dit beheer van de sociale uitsluiting heeft zijn grenzen bereikt, het is niet meer geloofwaardig.
Hoe kan je aan een OCMW-steuntrekker vragen om zich socio-professioneel weer in te schakelen met meer dan een half miljoen werklozen? De linkerzijde (de PS en SP net zoals de groenen) lopen achter hersenschimmen. Een eeuw klassenstrijd zou toch al moeten bewezen hebben dat het sociaal beheer van dit systeem het enkel mar verdere levenskansen geeft.
Het bedoeling van dit denkwerk bestaat er natuurlijk niet in te pleiten voor de afschaffing van de sociale hulp om een sociale uitbarsting uit te lokken. Het tegendeel is waar. Strijden voor de verhoging van de sociale uitkeringen en voor werk blijft een prioriteit voor de linkerzijde. Maar er moet gesleuteld worden aan het een bewustwording zowel bij de "uitgeslotenen" als bij de sociaal werkers. De ideologische inzet van hun actie moet door de sociaal werkers begrepen worden. Want begrijpen is reeds het begin van de actie.