De twee hoogovens van de Luikse staalindustrie worden gedoofd. Hiermee maakt de directie van ArcelorMittal een einde aan de warme lijn in Luik. Zeshonderd banen staan op de tocht. De toeleveranciers delen ook in de klappen. Dubbel zoveel banen gaan hier ook verloren. In totaal worden 1800 à 2000 families gebroodroofd. Zonder warme lijn, d.w.z. zonder het gieten en walsen van staal, is er weinig toekomst voor de koude lijn waar het staal wordt verwerkt. Dit is dus een sociale opdoffer van formaat.

Nochtans maakt ArcelorMittal winst. Veel winst die nauwelijks of niet wordt belast. Het financiële filiaal (ArcelorMittal Finance and Services Belgium) maakte 1.394.711.176 euro winst in 2010. Dankzij het perverse stelsel van notionele interestaftrek betaalde de staalreus geen euro vennootschapsbelasting op deze winst in België. Het jaar voordien betaalde het slechts 496 euro belasting.

En u, herinnert u zich hoeveel u verleden jaar hebt betaald? U verdient natuurlijk veel minder… Een arbeider vertelde dat enkel de bedrijfsvoorheffing op zijn vakantiepremie hoger ligt dan wat ArcelorMittal betaalt aan belastingen. Nochtans bedraagt de vennootschapsbelasting 34 procent in dit land.

Andere fiscale voordelen werden toegekend aan nog meer filialen van de groep in België. Zo betaalde ArcelorMittal Belgium, die de industriële activiteit overkoepelt, 42.000 euro belastingen op een winst van 59 miljoen euro. Dat is minder dan 1 procent. Hoeveel betaalde u weer aan belastingen verleden jaar? Toegegeven, de grote baas van de staalgigant, Lakshmi Mittal, heeft andere kosten dan de doorsnee staalarbeider. Zo moest hij een luttele 55 miljoen euro ophoesten voor het huwelijk van zijn dochter. Voor een nieuw huis dokte hij ook nog 128 miljoen euro af.

Dan zijn er nog de emissierechten voor CO2-uitstoot. De heropening van de hoogoven in Luik werd een paar jaar geleden door Mittal gekoppeld aan het binnenhalen van gratis emissierechten. Die werden toegestaan door de Waalse regering in ruil voor het openhouden van de hoogovens tot zeker eind 2012. Het gaat om een bedrag van 250 miljoen euro.

Er zijn verschillende redenen voor de beslissing tot het sluiten van de hoogovens. De belangrijkste is de verslechterende conjunctuur van de wereldeconomie. De crisis gestart in 2008 is niet beëindigd, maar zet zich verder. Er komt een recessie aan. Een recessie is geen natuurfenomeen zoals slecht weer. Het is een typisch fenomeen van de kapitalistische economie. De staalindustrie blijft een gevoelige barometer van de industriële conjunctuur. Staal uitgedrukt in volume is de meest verkochte industriële koopwaar ter wereld en wordt gebruikt in talrijke sectoren.

Volgens de Financial Times “wordt de staalindustrie geconfronteerd met dalende prijzen en verminderde bestellingen als gevolg van de extreme zenuwachtigheid over de internationale economische verzwakking” (zie www.steelguru.com). De concurrentie tussen staalbedrijven wordt in zo een situatie ten top gedreven. De winstverwachtingen staan ook onder druk. Maar de aandeelhouders worden er niet minder gulzig om. Bij ArcelorMittal eisen die niet minder dan een dividend van 15 procent. Voor hen mag het nooit slecht weer zijn. De sluiting van de twee hoogovens beantwoordt dus aan het kapitalistisch winstbejag. De staalindustrie is geen verouderde sector, zoals sommigen ons willen doen geloven. Het is zeker een ‘oude’ industrie in de zin dat die al twee eeuwen lang is gevestigd in Luik. Maar daarom is die nog niet ten dode opgeschreven. Staal in al zijn hoogtechnologische varianten blijft een product dat levensnoodzakelijk is in de huidige economie. Een industrie wordt in zekere mate pas 'oud' als er niet in wordt geïnvesteerd en niet wordt vernieuwd. Dit is het geval met de hoogovens van Luik die sinds 2003 geen investeringen hebben gekend. Acht jaar! Een eeuwigheid in deze snel veranderende economische wereld. Nochtans er een grote knowhow aanwezig in Luik. Verschillende technieken zoals het 'galvaniseren', die wereldwijd worden toegepast, werden in Luik uitgevonden. Het winstbejag van de Lakshmi-familie versmacht het potentieel op innovatie en schrijft stukken industrie ten dode op. Het is dus niet de technologie die verouderd is maar het kapitalisme zelf.

De vakbonden eisen terecht de nationalisering van de Luikse vestiging. Zij zien niet onmiddellijk soelaas bij een privépartner. Ze zijn al zoveel keer bedrogen geweest door ‘reddende engelen’ uit de privésector. Het Waalse ABVV heeft zelfs een plan uit de doeken gedaan bij formateur Elio Di Rupo. In het geval dat de nationalisering moet gebeuren via het opkopen van de vestiging berekende het ABVV dat er 1 miljard euro noodzakelijk is. Op nauwelijks één weekeinde besliste de federale regering om Dexia op te kopen voor 4 miljard euro en voor 54 miljard euro garant te staan voor de ‘bad bank’. Wat mogelijk was voor Dexia moet dus ook mogelijk zijn voor de duizenden staaljobs in het Luikse.

De kostprijs van jarenlange werkloosheid van duizenden arbeiders, technici enzovoort is veel hoger dan die som. Nu denken wij wel dat de industriële vestiging zeker moet worden genationaliseerd, maar dat slechts de kleine aandeelhouders moeten worden gecompenseerd. De grote aandeelhouders die zich jaren hebben verrijkt op de kosten van de arbeiders, de belastingbetalers en de natuur moeten gewoon worden onteigend zonder compensatie. Dat zal de kost van de nationalisatie drukken. Ook voegen wij hieraan toe dat een genationaliseerde industriële onderneming niet moet worden gerund door ‘ambtenaren’ van een of ander ministerie. Het beheer wordt best overgedragen aan een driedelige groep van verkozen vertegenwoordigers van het personeel, de overheid en de interprofessionele vakbonden. Recente ervaringen met arbeiderscontrole in de staalindustrie zoals in Sidor in Venezuela tonen aan dat de productiviteit ook verhoogt en verspilling beter wordt bestreden.

De Waalse minister van Economie, Jean-Claude Marcourt, was prompt om het voorstel van nationalisatie af te schieten. “Nationalisatie is onmogelijk. De Europese regelgeving laat dat niet toe. Er moet hiervoor een privépartner meedoen.”

De laatste jaren hebben ons veel geleerd over de Europese regelgeving. Die wordt dikwijls bij hoge nood (van de kapitalisten of van sterke staten in de Europese Unie, zoals Duitsland en Frankrijk) vrolijk met de voeten getreden. De Maastrichtnormen die strikt moesten nazien op de begrotingstekorten werden bijvoorbeeld gedurende jaren niet geëerbiedigd door Duitsland. Zo gaat het met andere regels ook in de EU. Wat voor Fortis en Dexia mogelijk was, d.w.z. de nationalisering, zou plots nu niet mogelijk zijn. Mocht ArcelorMittal een bank zijn, was die waarschijnlijk al genationaliseerd... Alles in deze maatschappij is een kwestie van krachtsverhoudingen. Als er voldoende mobilisatie is op straat en als er de nodige politieke steun komt, dan wordt het onmogelijke… mogelijk. De Parti Socialiste zou er beter aan doen de vakbondseis te ruggensteunen.

Daarom moet de hele arbeidersbeweging in het land effectieve steun geven aan de eis van nationalisatie van ArcelorMittal.

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 326 1 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken