De activering door de regering van het grondswetartikel 49.3 (waarmee de regering het parlement omzeilt en de pensioenhervorming doordrukt ) op donderdag 16 maart betekende een keerpunt in de ontwikkeling van de strijd tegen de pensioenhervorming. Deze forcing werd door grote delen van de bevolking terecht als een belediging en een provocatie - en zelfs als te veel - ervaren.
We wisten dat Macron en zijn regering minachtend keken naar de opiniepeilingen, die allemaal aangaven dat een overweldigende meerderheid van de bevolking - waaronder meer dan 90 procent van de loontrekkenden! - tegen de pensioenhervorming is. We wisten ook dat ze minachtend keken naar de vele massale demonstraties en stakingen die sinds 19 januari tegen deze hervorming zijn georganiseerd. Het gebruik van de 49.3 onderstreepte dat Macron en zijn kliek ook de “Assemblée Nationale ", die afgelopen juni werd gekozen, verachten.
Tot overmaat van ramp kon diezelfde "Assemblée Nationale" niet eens reageren op de belediging van de regering door een motie van afkeuring aan te nemen die haar ten val zou hebben gebracht. Alle politieke instellingen zijn dus in diskrediet gebracht in de ogen van de massa.
Als gevolg hiervan gaat de sociale crisis nu gepaard met een diepe democratische en politieke crisis, d.w.z. een toenemende twijfel - in de hoofden en op straat - aan het regime zelf. Deze crisis van het regime is niet nieuw, maar vandaag barst ze openlijk los.
In dit opzicht is het significant dat de 49.3, en vervolgens de verwerping van de motie van afkeuring, duidelijk de mobilisatie van jonge studenten en middelbare scholieren, die tot dan toe relatief passief waren, hebben gestimuleerd. De tienduizenden jongeren die sinds 16 maart dagelijks in de grote steden van het land in actie komen, eisen niet alleen de intrekking van de pensioenhervorming. Zij eisen respect en een toekomst die die naam waardig is, iets wat deze regering, en vooral het systeem dat zij verdedigt: het kapitalisme, niet kan bieden.
Van hun kant zijn Macron en zijn regering erg verzwakt door de ontwikkelingen van de afgelopen dagen. De populariteit van het staatshoofd, die niet erg hoog was, blijft dalen. Elisabeth Borne (de eerste minister) en haar ministers zijn politieke zombies. De regering heeft geen ander pressiemiddel dan de brute onderdrukking van stakingen en demonstraties.
In deze context is de verantwoordelijkheid van de linkse organisaties en de vakbondsbeweging kolossaal. Hun actie moet langs minstens drie lijnen worden gevoerd:
-
Zij moeten in alle steden van het land dagelijkse betogingen organiseren en serieus omkaderen, al was het maar om de gemobiliseerde jongeren te beschermen tegen de sinds 16 maart toegenomen repressie en arrestaties door de politie.
Om te voorkomen dat spontane demonstraties eindigen in talloze afranselingen en arrestaties, zoals nu elke nacht het geval is, moeten de organisaties van de arbeidersbeweging de demonstraties organiseren en beschermen. Op die manier kunnen deze demonstraties veel massaler worden en kunnen jongeren en arbeiders in actie komen.
-
Links en de arbeidersbeweging moeten de slogans van de strijd verbreden. Het is niet voldoende om alleen de intrekking van de pensioenhervorming te eisen. Om de mobilisatie van nieuwe lagen van jongeren en arbeiders aan te moedigen, moet een reeks offensieve eisen naar voren worden gebracht, bekroond met de doelstelling om de regering Macron - die werkt voor een handvol grote kapitalisten - omver te werpen en te vervangen door een regering ten dienste van de arbeiders.
Zoals de kameraden van Unité CGT op 19 maart schreven: “We staan op een kantelpunt. Door te hard aan het touw te trekken, hebben zij [Macron en zijn regering] het gebroken. Dus laten we zeggen: vanaf nu gaat het niet alleen om de afwijzing van de 64 jaar. Het gaat om de terugkeer naar 60 jaar pensioen. Een minimumloon van 2000 euro. De hernationalisatie/onteigening van de snelwegen, van de industrieën, van de geplunderde goederen van het volk. De intrekking van de anti-werklozen decreten, het einde van de steun aan bedrijven, het antwoord op al onze sociale behoeften. Er is nood aan een verandering van regime. Deze sociale orde heeft te lang geduurd”. Heel juist!
-
Op deze basis moeten links en de vakbondsbeweging al hun krachten inzetten voor de organisatie van zo massaal mogelijke Algemene Vergaderingen in de bedrijven om algemene, ononderbroken stakingen op de agenda te zetten. Zodra het mogelijk is, moeten interprofessionele Algemene Vergaderingen worden gehouden om bijvoorbeeld mobilisaties te organiseren tegen de vorderingen en de offensieven van de CRS (politie) op de piketlijnen. Op de universiteiten moeten de algemene studentenvergaderingen zich ter beschikking stellen van de arbeidersbeweging om bij te dragen tot de verdediging van de piketlijnen en de uitbreiding van de algemene, ononderbroken stakingen.
De sectoren die in de voorhoede staan van de algemene, ononderbroken stakingsbeweging - met name de oliearbeiders - zullen niet onbeperkt stand kunnen houden zonder een snelle uitbreiding van deze stakingen naar andere sleutelsectoren van de economie. Omgekeerd, als deze uitbreiding plaatsvindt, zal het land een nieuwe fase van strijd ingaan die niet alleen de intrekking van de pensioenhervorming op de agenda zal zetten, maar ook de omverwerping van de regering van de rijken, de intrekking van alle tegenhervormingen van de afgelopen twintig jaar - en de instelling van een regering in dienst van de arbeiders en van alle onderdrukte lagen van de bevolking.