Vanaf 2009 zal het Antwerpse stadspersoneel een halfuur langer moeten werken voor hetzelfde loon. Personeelsschepen Van Peel (CD&V) beweert dat dit een "gelijkschakeling" inhoudt met het statuut van de Vlaamse ambtenaren. Daarbij wordt over het hoofd gezien dat het Antwerpse stadspersoneel in het verleden verzaakte aan een gelijkschakelende loonsverhoging omdat de stad dit niet kon betalen, en behield daarvoor in ruil de zogenaamde "betaalde middagpauze".
Deze "betaalde middagpauze" is ondertussen meer mythe dan realiteit. De meeste ambtenaren werken 's middags gewoon door in functie van de continuïteit van de dienstverlening. Ze krijgen hooguit even de tijd om hun boterhammen op te eten maar blijven ter beschikking van de werkgever. De regeling afschaffen zal de dienstverlening ernstig in het gedrang brengen en is dus in het nadeel van de klant.
In dezelfde asociale filosofie zou men natuurlijk ook kunnen spreken van "betaalde plaspauzes" en "betaalde rookpauzes". Misschien moeten die ook maar meteen worden afgeschaft? Of gaan we misschien meteen terug naar het 19e-eeuwse stukloon? Ambtenaren kunnen dan worden betaald per afgehandeld dossier of per ton opgehaald huisvuil.
De échte reden voor deze maatregel is een zoveelste besparing op het personeel, in het nadeel van de dienstverlening aan de burger. Na een oefening in "procesmodellering" waarbij er objectief in kaart werd gebracht hoeveel personeel er nodig is om de diverse taken van de stad uit te voeren bleken er 1200 personeelsleden te weinig te werken bij de stad. Na een aantal dure "optimalisatieaudits" (waarvoor er wonderwel altijd budget te vinden is) werd dit tekort teruggebracht naar 600. In plaats van de 600 ontbrekende ambtenaren aan te werven wil Van Peel de mensen langer laten werken voor hetzelfde loon.
De stadsbevolking is dus tweemaal de dupe: een slechtere dienstverlening en minder vacatures voor mensen die bij de stad willen komen werken. Bovendien zijn openbare en private tewerkstelling communicerende vaten. Als de werkomstandigheden in het ene segment een knauw krijgen zal het andere segment snel volgen en vice versa. Dat is nu eenmaal de logica van de "markt".
De reden waarom het vakbondsverzet zo heftig is, komt omdat deze inlevering het voorlopige sluitstuk is van méér dan twintig jaar achteruitgang van de werkomstandigheden bij de stad Antwerpen. Naast loonblokkering en afbouw van het personeelskader (waar er begin jaren '80 nog 12.000 mensen bij de stad werkten zijn dit er nu geen 7.000 meer voor een toegenomen aantal taken) ruimde statutaire tewerkstelling steeds meer plaats voor contractuele tewerkstelling waaronder zelfs tijdelijke nepcontracten zoals WEP+ en later "art. 60-ers" (regularisatietewerkstelling via het OCMW). Een statutair werknemer kan nu bovendien veel sneller worden ontslagen dan vroeger. Bovendien kregen de stadswerknemers de afgelopen jaren een aantal gedragscodes en betuttelende werkafspraken mee die altijd dezelfde boodschap uitdragen: de stadsambtenaar zal blijkbaar profiteren en misbruik maken daar waar hij of zij kan. Dat de vooruitgang die in Antwerpen de laatste jaren op veel vlakken geboekt werd grotendeels te danken is aan de inzet van het stadspersoneel wordt daarbij gemakkelijk vergeten.
De houding van Van Peel ten aanzien van het personeel is altijd bijzonder negatief geweest. Hij speelt maar al te graag in op het "gesündenes volksempfinden" dat een stadsambtenaar lui is en niet moet werken. Als kersje op de taart mochten de stadsambtenaren op tijd en stond mee "profiteren" van de schandaalsfeer in de Antwerpse politiek die gratis op hen afstraalde, zoals ten tijde van de VISA-crisis.
De arbeidsduurvermeerdering wordt minder gevoeld in de hogere A en B functies die geacht worden zeer flexibel te werken en aan wie wordt wijsgemaakt dat ze "kaders" zijn, maar des te meer bij de schoonmaaksters, de kinderverzorgsters, de arbeiders bij de groenvoorzieningen en stadsreiniging. Van Peel maakt graag misbruik van deze dualiteit om het aantal stakers te relativeren. Maar wanneer op 30 november méér dan 1.000 werknemers spontaan in staking gingen ondanks de repressieve sfeer die door de diensthoofden en door personeelsmanagement werd gecreëerd dan is dit een niet te miskennen signaal aan het college, en is het de voorbode van méér en hardere acties.