“Een spook waart door Europa.” Met deze gevierde zinsnede riepen de auteurs van het Communistisch Manifest het begin uit van een nieuwe fase in de menselijke geschiedenis. Dat was in 1848, een jaar van revolutionair oproer in Europa. Nu waart er echter een spook, niet alleen door Europa, maar door de hele wereld. Het is het spook van de wereldrevolutie.
Wereldrevolutie is niet slechts een holle frase. Het beschrijft nauwkeurig het nieuwe stadium dat we betreden. Laten we slechts de gebeurtenissen van de afgelopen 12 maanden nemen: er braken revolutionaire oproeren uit in Frankrijk, Iran, Soedan, Algerije, Tunesië, Hongkong en Chili, en anti-regeringsprotesten schokten Haïti, Ecuador, Irak en Libanon, waar de massa’s de straat op trokken en algemene stakingen het land verlamden.
In Frankrijk kwam de beweging van de gilets jaunes voor iedereen als een verrassing. Vóór deze massa-opstand leek alles volgens plan te gaan voor het “politieke midden”, gepersonifieerd door Emmanuel Macron. Zijn hervormingen (in realiteit contra-hervormingen) werden gladjes doorgevoerd. De vakbondsleiders gedroegen zich verantwoordelijk (d.w.z. ze capituleerden). Dit werd op grove wijze verstoord toen de massa’s de Franse straten optrokken volgens de beste revolutionaire tradities van hun land en de regering tot in de kern schokten. Deze beweging van miljoenen mensen leek uit het niets te komen, als een donderslag bij heldere hemel.
Precies hetzelfde vond plaats in Hongkong. Iedereen met enige twijfel over het revolutionair potentieel dat vandaag de dag bestaat, zou deze gebeurtenissen nauwgezet moeten bestuderen. Vóór dit alles leken de mannen in Beijing en hun plaatselijke handlangers de volledige controle te hebben. Hier was er echter sprake van een machtige massabeweging van miljoenen mensen die een ontzagwekkende dictatuur uitdaagde op de straten. Zoals de beweging in Frankrijk, leek deze uit het niets te komen.
Hetzelfde was het geval met elk van de massabewegingen die uitbraken in het ene na het andere land. Als het een kwestie was van één of twee landen, zou er misschien tegengeworpen kunnen worden dat dit toevallige fenomenen waren – vluchtige episodes waaruit geen algemene conclusies getrokken kunnen worden. Wanneer we echter zien dat exact hetzelfde proces zich voordoet in land na land, hebben we niet langer enig recht om het weg te zetten als een incident. Nee, deze ontwikkelingen zijn een uiting van hetzelfde algemene proces en weerspiegelen dezelfde onderliggende wetmatigheden en tendensen.
Revolutionaire ontwikkelingen in Latijns-Amerika
Toen Mauricio Macri in 2015 de presidentsverkiezingen in Argentinië won, werd dit verklaard als nog meer bewijs van de “conservatieve golf” die door Latijns-Amerika zou trekken. De recente verkiezing brengt echter een einde aan de economische dromen van Macri en zijn handlangers in de zakken van het bedrijfsleven.
De man die “nul armoede” beloofde eindigde zijn ambtstermijn met een ineenstortende peso, met een jaarlijkse inflatie van 56 procent. Het aantal mensen dat onder de armoedegrens leefde, was gestegen van 29 tot 35 procent. Een noodlening van het IMF was niet genoeg om het evenwicht te herstellen.
Als er een duidelijk leiderschap van de arbeidersbeweging was geweest, had Macri’s regering omvergeworpen kunnen worden door een revolutionaire beweging van onderop. Dit werd aangetoond door de recente gebeurtenissen in het naburige Chili. Deze explosie van volkswoede brak slechts een week later uit nadat de gehate Piñera-regering een noodtoestand, de militarisering van de straten en een avondklok uitriep. Echter, noch brute repressie, noch marteling, noch de avondklok, noch valse concessies hielden de beweging tegen, die kenmerken van een opstand begint te vertonen.
Deze beweging begon toen middelbare scholieren een protest opzetten tegen de verhoging van de metroprijzen in Santiago. Toen ze echter was begonnen, transformeerde ze snel tot een nationale beweging gericht op de omverwerping van het gehele regime. Het was de climax van 30 jaar van bezuinigingen, privatisering, aanvallen op de werkende klasse, deregulering en toenemende ongelijkheid.
Op vrijdag 25 oktober demonstreerden meer dan een miljoen mensen in de hoofdstad. Deze mobilisatie werd herhaald in steden en gemeentes door het land heen. Een totaal van meer dan twee miljoen mensen trok de straten op. Dit is geen geïsoleerd geval. Niet lang hiervoor zagen we een soortgelijke revolutionaire explosie in Ecuador, waar de beweging, die begon als een protest tegen het IMF-pakket dat werd ingesteld door president Lenín Moreno, uitgroeide tot een nationale opstand die de regering ertoe dwong de hoofdstad Quito te verlaten en het nationaal parlement te sluiten.
Zoals in Chili heeft deze beweging opstandige proporties aangenomen die direct de machtskwestie stellen. Het centrale vraagstuk hier is niet deze of gene hervorming, maar wie er regeert. De regering riep een noodtoestand uit en beval de politie en het leger om de rebellie neer te slaan, waarbij er één dode viel, tientallen gewond raakten en honderden gearresteerd werden. Echter, geconfronteerd met een opstand door de massa’s, bleken alle normale instrumenten van staatsrepressie onmachtig.
De hoofdstad Quito werd door de regering verlaten. Op woensdag 9 oktober verlamde een machtige algemene staking het land en trok er een enorme mars van tussen de 50.000 en 100.000 demonstranten wederom naar het Carondelet presidentieel paleis, dat de dag daarvoor in allerijl door Moreno was verlaten. Voor een tijdje nam de beweging bezit van het eveneens verlaten nationaal parlement, met de intentie een Volksvergadering te installeren.
Hier is zeer duidelijk bewijs van het kolossale revolutionaire potentieel dat er bestaat, niet alleen in Chili en Ecuador, maar op wereldschaal.
Libanon
Aan de andere kant van de wereld, in het Midden-Oosten, leek het erop dat de reactie overal overtuigend gewonnen had. De Arabische Revolutie leek dood en begraven. Echter, de krachten van die grootse revolutie zijn wederom in beweging.
In Libanon, een land met niet meer dan zes miljoen inwoners, zijn er meer dan twee miljoen mensen de straten op gegaan. In het door oorlog verscheurde Irak zijn er ook tienduizenden aan het vechten geweest tegen het leger en de paramilitairen. In Libanon en Irak hebben machtige massaprotesten geleid tot de val van de premiers na slechts enkele weken strijd.
Jarenlang hebben reactionaire regimes gesteund op de sektarische verdeeldheid in de samenleving om de klassenstrijd te doorsnijden, maar deze tactieken werken niet langer. De bewegingen brengen de klassentegenstellingen naar voren. De eisen op straat zijn die voor banen, onderwijs, zorg en een einde aan de schandalige diefstal en corruptie aan de top. In Jordanië, in 2018, leidden een algemene staking en massaprotesten tot de val van premier Hani Mulki.
Lenin zei dat politiek geconcentreerde economie is. Die stelling wordt duidelijk gestaafd door de gebeurtenissen die we hier bespreken. Natuurlijk zijn de economische kwesties niet het enige element in de vergelijking. Er kan echter geen enkele twijfel over bestaan dat het de combinatie is van acute economische crisis en decennia van corrupt wanbestuur door een klasse van rijke bloedzuigers en hun politieke handlangers, die de samenleving naar de afgrond duwt.
Libanon is een goed voorbeeld. Het heeft één van de hoogste schuld-tot-bbp-verhoudingen ter wereld. De werkloosheid is ongeveer 25 procent en tienduizenden opgeleide jonge mensen worden elk jaar gedwongen het land te verlaten door een gebrek aan kansen. Al deze zaken vormen samen een recept voor sociale explosie.
De grote politieke partijen die het land langs sektarische lijnen verdeelden tijdens de Burgeroorlog, zijn nog steeds aan de macht. Ze misbruiken openbare middelen en stapelen jaar na jaar begrotingstekorten op. Het leek erop dat dit nooit zou veranderen, maar nu is er een machtige revolutionaire beweging uitgebroken in Libanon, die het gehele land omvat en de politieke situatie dramatisch verandert.
Vanaf 17 oktober trekken er massademonstraties door het land over een veelvoud aan lang bestaande grieven, waaronder wijdverbreide corruptie, een gebrek aan openbare dienstverlening en een verslechterende economische crisis. Banken zijn gesloten wegens de angst voor een financiële ineenstorting en demonstranten zijn met honderdduizenden naar buiten gekomen. Ze blokkeren wegen en vullen de pleinen.
De protesten waren spontaan en compleet ongeorganiseerd; geen enkele organisatie heeft de protesten opgeëist omdat het werkelijk een volksrevolutie is. Mensen van verschillende religieuze sektes, sociale klassen en politieke achtergronden trokken de straten op om hun woede te uiten over het huidige economisch wanbestuur en om de val te eisen van het kleptocratische regime.
Hoewel de demonstranten verschillende politieke achtergronden hebben, is het gemeenschappelijke dat hen verenigt, hun woede over de aanval op de levensstandaard. Deze woede komt uiteindelijk voort, in mijn mening, uit een groeiende economische kloof tussen Libanons rijkste 10 procent (die toevallig bestaat uit de heersende politici en de zakenelite) en de mensen uit de werkende klasse.
De groeiende onvrede bereikte een kantelpunt met een enorme massabeweging van twee miljoen mensen, die zich uitstrekte over elke provincie en alle sektarische scheidslijnen doorsneed. Mensen van alle religies hebben zich bij de beweging aangesloten. Zonder enige organisatie of leiderschap hebben de revolutionaire massa’s gewelddadige onderdrukking getrotseerd om tegen hun rovende overheersers te vechten.
Zoals in Ecuador en Chili probeerde de regering terug te vechten tegen de protesten – met gewapende troepen die traangas inzetten – en er verschenen verscheidene beelden en video’s van politiegeweld tegen demonstranten op social media. Aanhangers van de Libanese Hezbollah-beweging en diens politieke bondgenoot, Amal, vielen demonstranten aan in het centrum van Beiroet.
Gedurende vele jaren konden de door Iran gesteunde sjiitische bewegingen zich verschuilen achter hun conflict met het imperialisme van de VS, Saoedi-Arabië en Israël. Nu zijn ze zelf echter onderdeel van de heersende elite. Geconfronteerd met de opkomende revolutionaire beweging, sluiten ze allen de rangen om hun klassenbelangen te verdedigen.
De aanvallen op de demonstranten dienden er eindelijk toe om hun werkelijke reactionaire aard te onthullen. De woede van de massa’s in Libanon is daarom ook gericht tegen Hezbollah, de sjiitische “Partij van God” die zich opwierp als beschermer van de armen en onderdrukten. Toen haar leider, Hassan Nasrallah, zijn steun achter de Libanese overheid plaatste, waren de slogans op straat: “[weg met] hen allemaal betekent hen allemaal, Nasrallah is één van hen!”
Uiteindelijk werd de premier, Saad Hariri, gedwongen tot aftreden. Hij zei dat hij een “doodlopende weg” had bereikt na 13 dagen van oproer. De Independent merkte op:
“De protesten hebben Libanons politieke klasse in chaos gestort. Voor het eerst wordt de sektarische politieke orde die deze oost-mediterraanse natie sinds het einde van de burgeroorlog in 1990 geregeerd heeft, geconfronteerd met een massabeweging gericht op haar omverwerping.”
(...)
“Wat begon als een spontane woede-uitbarsting over een nieuwe reeks belastingen, veranderde snel in iets groters. In plaats van zich te richten op de regering of een van de politieke leiders, daagden de demonstranten Libanons corrupte politieke klasse in haar geheel uit.”
Klinkt bekend? Natuurlijk! Dit is precies hetzelfde proces dat we zagen in Ecuador en Chili. Beginnend als massaprotest voor onmiddellijke, concrete, economische eisen, veranderde de beweging snel in “iets groters”. Dat wil zeggen dat de massa’s, die zichzelf baseren op hun eigen ervaring, revolutionaire conclusies beginnen te trekken. Wat nodig is, is niet deze of gene kleine hervorming, maar een fundamentele transformatie: de omverwerping van “de politieke klasse in haar geheel” – maar dit is precies wat een revolutie betekent!
Irak, Tunesië, Soedan...
Ook in Irak hebben verscheidene golven van massaprotest, ontstaan in de sjia-gebieden, de hele politieke orde geschokt. Sinds 1 oktober trekken er massale en radicale protesten door het land. Deze keer beginnend in Bagdad, hebben ze zich snel over het hele land verspreid. De Irakese strijdkrachten en politie reageerden met extreem geweld, wat resulteerde in tenminste 150 doden (sommige bronnen zeggen meer dan 300) en meer dan 6.000 gewonden. De wrede respons heeft de protesten echter niet tegengehouden.
In Tunesië hebben golf na golf aan massaprotesten het land door elkaar geschud. In Algerije heeft een machtige revolutionaire beweging de zieke Bouteflika omvergeworpen en het regime van top tot teen doen beven. In Algerije dacht het regime dat het een langdurige sociale vrede had bewerkstelligd na 2011, toen het de overheidsuitgaven dramatisch verhoogde.
In Soedan zagen we een beweging van de massa’s met enorm revolutionair potentieel, die de heersende kringen door de hele regio schokte. De moed en vastberadenheid van de jeugd, en in het bijzonder de Soedanese meisjes en vrouwen, waren waarlijk inspirerend. De Soedanese werkende klasse kwam op en daagde het regime uit door algemene stakingen uit te voeren, waarmee de machtskwestie op tafel kwam te liggen.
Hetzelfde gebeurde er in Algerije. Dit alles toont aan dat de Arabische Revolutie nog steeds over enorme sociale reserves beschikt. Maar hoe verklaart men zulke fenomenen – en wat vertegenwoordigen ze? Oppervlakkige waarnemers en empiristen zijn met stomheid geslagen door gebeurtenissen die ze niet voorzagen en waarvoor ze geen verklaring hebben. De oppervlakkige empiristen van de kapitalistische klasse kijken slechts naar het oppervlak van de gebeurtenissen (de “feiten”). Ze nemen niet de moeite om onder het oppervlak te kijken om de diepere processen te onthullen die overal aan het werk zijn.
Het moleculaire proces van revolutie
Trotski zei ooit dat theorie de superioriteit is van vooruitzicht over verbazing. De plotse, gewelddadige uitingen van volksonvrede, komen voor de kapitalisten en hun ingehuurde “experts” altijd als verrassing. Dat komt doordat de kapitalistische “experts” geen theorie hebben (behalve de theorie dat alle theorie nutteloos is) – daardoor zijn ze telkens weer verbaasd wanneer de gebeurtenissen plotseling in hun gezicht ontploffen.
Om een werkelijk begrip te verkrijgen van deze ondergrondse processen, is de dialectische methode van analyse absoluut noodzakelijk. De kapitalisten hebben vanzelfsprekend geen begrip van dialectiek; de reformisten nog minder, als dat al mogelijk is. We hoeven in deze context de sektes niet eens te noemen, aangezien zij helemaal niets begrijpen. Hun complete gebrek aan enig perspectief is de hoofdzakelijke reden waardoor ze allemaal in crisis verkeren.
Trotski bedacht een echt opmerkelijk begrip: “het moleculaire proces van revolutie”. Het is de moeite waard om even over deze frase na te denken. Trotski refereerde naar dialectiek en zonder een begrip van dialectiek kan men niets begrijpen. Het proces van verandering in het bewustzijn van de massa’s neemt normaal gesproken geleidelijk plaats. Het groeit langzaam, onmerkbaar, maar ook onafwendbaar, totdat het een kantelpunt bereikt waarop kwantiteit in kwaliteit verandert en dingen in hun tegenovergestelde veranderen.
Over langere tijd uit het zich als een langzame opbouw van onvrede, boosheid, woede en bovenal frustratie – onder het oppervlak. Hier en daar zijn er symptomen, kleine signalen, die alleen begrepen kunnen worden door een getrainde waarnemer die kan zien wat ze betekenen. Dit is echter een gesloten boek voor een hardhoofdige empirist, die, terwijl hij altijd op “de feiten” hamert, blind is voor de diepere, onderliggende processen.
De filosoof Heraclitus uitte zijn minachting voor empiristen toen hij sarcastisch schreef:
“Slechte getuigen zijn voor de mensen ogen en oren, wanneer hun ziel van huis uit niet in staat is deze te verstaan.”
De Bijbel uit hetzelfde idee met andere woorden:
“Zij hebben ogen, maar zien niet.”
Het maakt niet uit hoeveel feiten en statistieken ze verzamelen, ze missen altijd het punt.
Groot-Brittannië en Frankrijk
Plotse, scherpe veranderingen zijn impliciet in de situatie aanwezig. Zulke plotselinge explosies zijn een symptoom van de onderliggende stroom aan opgebouwde woede en onvrede van miljoenen mensen, die in werkelijkheid gericht is tegen een systeem. Ze zijn een helder symptoom dat het kapitalistisch systeem op wereldschaal een doodlopende weg bereikt heeft.
Sommige mensen zullen wellicht proberen te betogen dat revolutionaire ontwikkelingen, zoals degene die we hier vermeld hebben, alleen mogelijk zijn in arme, economisch onderontwikkelde landen. Dit is echter totaal onwaar. Dialectiek leert ons dat, vroeg of laat, dingen in hun tegenovergestelde veranderen.
Een uitstekend voorbeeld hiervan is Groot-Brittannië. Slechts vier jaar geleden werd Groot-Brittannië gezien als het meest stabiele land in Europa, wellicht ter wereld – nu is het compleet overhoop gegooid en is het waarschijnlijk het meest instabiele land in Europa. De “moeder der parlementen” stond ooit bekend om haar kalmte en rust, maar werd plotseling gegrepen door crisis en verdeeldheid. In plaats van kalmte waren er scènes van absolute chaos.
De Britse samenleving is gepolariseerd geraakt op een wijze die we sinds lange tijd niet meer gezien hebben. Het is vooral deze polarisatie die de kapitalistische klasse en haar ideologische verdedigers alarmeert. Ze zijn gealarmeerd omdat ze zich vaag bewust zijn van het feit dat zulke polarisatie binnenin zich de kiemen bevat van toekomstige revolutionaire ontwikkelingen.
Sinds de crisis van 2008-09 heeft er een langzaam proces plaatsgevonden, een geleidelijke opbouw van onvrede. Dat vertegenwoordigde een fundamentele breuk in de gehele internationale situatie – en het was een breuk in elke zin van het woord. Nu kunnen we het moleculaire proces van revolutie zien waar Trotski over sprak. Dit is een stil, onzichtbaar proces. Het is iets ontastbaars. Je kunt je vinger er niet op leggen omdat het plaatsvindt onder de oppervlakte, maar het is er voortdurend en het graaft verder als een mol.
In het verleden werd het Britse volk gezien als intrinsiek conservatief en organisch immuun voor iedere revolutionaire impuls. Het had solide instituten die optraden als ondoordringbaar bolwerk tegen revolutie: het Parlement, het Hogerhuis, de monarchie en de rechtsorde. De mensen hadden respect voor deze instituten, wat sociale vrede en politieke stabiliteit garandeerde.
Nu zijn al deze aangename illusies verbrijzeld. Het oude, zelfverzekerde vertrouwen in de parlementaire democratie is fataal ondermijnd. Er is een groeiend wantrouwen jegens politici en minachting voor de Westminster-elite. Dat is zeer gevaarlijk voor de heersende klasse. Als mensen er niet langer tevreden mee zijn de verantwoordelijkheid voor hun levens en lotsbestemmingen toe te vertrouwen aan de kaste van beroepspolitici en bureaucraten (“de mensen die er verstand van hebben”), kunnen ze op een dag tot het besluit komen dat ze zaken in eigen handen willen nemen. Dat is precies wat er, niet zo lang geleden, in Frankrijk gebeurde.
In november 2018 verrees plotseling de beweging van de gilets jaunes (Gele Hesjes - red.) schijnbaar uit het niets, toen enorme aantallen gewone mensen de straten op trokken. Dat toonde duidelijk aan dat er een revolutionair potentieel bestaat. Op een eigenaardige manier toont zelfs Brexit hetzelfde proces aan. In vele andere landen bestaat hetzelfde gevoel: een diep genestelde stemming tegen het establishment. We zagen echter ook hoe de zogenaamde linkerzijde er totaal niet in slaagde om enige georganiseerde uitdrukking te geven aan die revolutionaire stemming.
Catalonië heeft in oktober ook een explosieve protestbeweging gezien na de veroordeling van politieke gevangenen, die momenteel gevangen zitten wegens hun aandeel in het organiseren van het onafhankelijkheidsreferendum in 2017. De zware gevangenisstraffen (in totaal meer dan 100 jaar) voor de “misdaad” van het uitoefenen van een democratisch recht, werden ontvangen met een uitbarsting van toorn en woede, waarbij honderdduizenden de straat opgingen en daarbij wegen, spoorwegen en het vliegveld van Barcelona blokkeerden.
Geconfronteerd met brute politierepressie, verdedigden tienduizenden demonstranten, vooral jongeren, zichzelf. Een week lang vochten ze terug, met brandende barricades en dagelijkse veldslagen. Er vond op 18 oktober een algemene staking plaats, waarbij er een enorme menigte op Barcelona afkwam, georganiseerd in vijf verschillende colonnes die te voet uit verschillende delen van Catalonië waren gekomen. De kleinburgerlijke, nationalistische partijen die vooraan stonden in de beweging voor een Catalaanse Republiek, zijn in toenemend diskrediet geraakt, maar er is geen alternatief leiderschap geboden.
Dit zijn de trillingen die de naderende aardbeving aankondigen. De stemming van onvrede onder de massa’s, die geen weerspiegeling vindt in de traditionele massa-organisaties, uit zichzelf in verschillende landen op verschillende manieren. Wat echter fundamenteel is, is het onweerstaanbare proces van radicalisering van de massa’s op wereldschaal, dat zich uitdrukt in gewelddadige zwaaien naar links en naar rechts. Dit proces van radicalisering zal intenser worden naarmate de crisis zich ontvouwt, zal een nog scherpere polarisatie tussen de klassen uitlokken en zal de weg vrijmaken voor nog grotere revolutionaire explosies.
De huidige situatie en de taak van de Marxisten
Marxisten zijn van nature optimistisch, maar ons optimisme is niet onoprecht of kunstmatig. Het is gebaseerd op solide analyse en perspectieven. We baseren onszelf op de stevige rots van marxistische theorie. Onze organisatie kan trots zijn op het feit dat we absoluut onwrikbaar hebben vastgehouden aan fundamentele principes en de dialectische methode, die ons in staat stelt het oppervlak te doordringen en de diepere processen aan het werk te zien.
De periode die wij nu doormaken, zal gezien worden als moment van fundamentele verandering, een keerpunt in de gehele situatie. Niet lang geleden leek deze stelling weersproken te worden door de feiten. De wereldeconomie leek verder te rollen en pro-kapitalistische economen merken op dat dit in feite het langste herstel in de geschiedenis is. De gebeurtenissen versnellen nu echter in adembenemend tempo. Enkel de dialectische methode van het marxisme kan een rationele verklaring bieden van processen waarvoor de hopeloze pro-kapitalistische empiristen volstrekt blind zijn.
In veel opzichten lijkt de huidige situatie op de aftakeling en ondergang van het Romeinse Rijk. De bankiers en kapitalisten pronken voortdurend met hun welvaart en luxe. De rijkste één procent van de wereld is op weg om tegen 2030 maar liefst tweederde van de welvaart van de wereld te bezitten, terwijl ze op biljoenen (duizenden miljarden) dollars zitten, die ze niet investeren in productieve activiteiten. De heersende klasse is parasitair en volledig ontaard. Dit voedt overal de vuren van woede en wrok.
Er is enorm potentieel voor de verspreiding van marxistische ideeën. Dat is de hoofdzaak waarop we ons moeten richten. We moeten de fundamentele zaken bespreken: niet de bijkomstigheden, maar de algemene tendens. Wat is de gemene deler in al deze situaties? Extreme politieke en sociale polarisatie. De klassenstrijd laait overal op.
Wij zijn groeiende en in ontwikkeling – maar we zijn te klein om in de onmiddellijke toekomst een beslissende factor te zijn in de gebeurtenissen die zich ontvouwen. Vanuit ons perspectief zou het niet verkeerd zijn als de beslissende revolutionaire situaties nog even uitgesteld zouden worden, eenvoudigweg omdat we er nog niet klaar voor zijn. We hebben tijd nodig om het revolutionaire alternatief te bouwen.
De geschiedenis beweegt op haar eigen tempo en zal op niemand wachten. In een periode als die van vandaag, kunnen gigantische gebeurtenissen zich voordoen voordat we klaar zijn. Scherpe en plotselinge bewegingen zijn impliciet in de situatie aanwezig. Wij moeten voorbereid zijn om de grote uitdagingen aan te gaan. De beste arbeiders en jongeren staan al wijd open voor onze ideeën. We moeten de weg naar deze lagen vinden en de oude, vermoeide, ontmoedigde elementen beslist de rug toekeren. Alle sporen van scepsis en routinisme moeten verwijderd worden uit onze rangen, die van top tot teen vervuld moeten zijn met een geest van urgentie.
Dit is waarlijk een race tegen de klok. Grote gebeurtenissen kunnen ons inhalen. We moeten voorbereid zijn. Daarom moeten we onze organisatie bouwen en zo snel mogelijk mensen rekruteren en trainen. Dat is de enige weg naar succes. We zijn deze weg al ingeslagen. Niets mogen we toestaan ons van deze taak af te leiden. Laat onze slogan zijn:
Lang leve de socialistische wereldrevolutie!
Alan Woods, 1 november 2019. Vertaald door Nick Spook.