Er bestaan andere soorten invasies dan het militaire type waar Rusland zich sinds februari aan waagt. Sinds Oekraïne zich in 2014 met luidruchtige steun van de EU en de VS richting het NATO-bloc keerde, is de invloed van het Atlantisch imperialisme er alleen maar toegenomen. De enige redding voor de Oekraïense en Russische werkende klasse is zich te keren tegen zei die deze oorlog begonnen zijn: de kapitalisten in Kiev en Moskou.
De staat van de Oekraïense economie
Zoals je kan verwachten staan de Oekraïense rekeningen in het (bloed)rood. Men verwacht dat het BBP 30 procent zal krimpen en de werkloosheid loopt op tot 35 procent (1). Daarbovenop komt de recente golf van Russische aanvallen op de breedst mogelijke infrastructuur inclusief elektriciteitscentrales, watervoorzieningen en treinstations. Gezien de situatie hebben Oekraïne haar buitenlandse leenheren een betaalstop op 20 miljard dollar schulden toegezegd gedurende de komende twee jaar, maar dit is geen liefdadigheidsproject. Oekraïne heeft 32 miljoen hectaren landbouwgrond met enorm vruchtbare zogenaamde “zwarte aarde”. Die is goed voor een derde van de totale bebouwbare oppervlakte in de Europese Unie. In de vooroorlogse periode produceerde Oekraïne 64 miljoen ton graan en zaden en 30 procent van de wereldproductie van zonnebloemolie, logisch dat het land dan ook de graanschuur van Europa wordt genoemd. Om die grondstof te beschermen is er sinds 2001 een verbod op de verkoop van landbouwgrond aan buitenlanders, sindsdien is de afschaffing van dat verbod één van de belangrijkste doelen van het Westers imperialisme. Ondanks dit verbod was het aantal hectaren in handen van buitenlandse bedrijven in 2016 opgelopen tot 2,8 miljoen, vandaag bedraagt dit naar schatting 3 tot 6 miljoen hectaren. Het verbod werd door de regering-Zelensky in 2020 ingetrokken in afwachting van een referendum over de kwestie in 2024.
Alles heeft zijn prijs
Terwijl de oorlog woedt, gaan de westerse staten en bedrijven een stapje verder om de plannen voor Oekraïne integratie in de Europese markt te implementeren. Ministers uit de VS, EU, Groot-Brittannië, Japan en Zuid -Korea kwamen samen in Zwitserland voor de ‘Ukraïne Recovery conference (URC)’. Op deze conferentie zouden de voorwaarden voor de verschillende broodnodige IMF-leningen besproken worden.
De agenda van de URC was expliciet gericht op het opleggen van politieke veranderingen aan het land, namelijk, het ‘versterken van de markt economie’, ‘decentralisatie, privatisering, hervorming van staatsbedrijven, land hervorming, hervorming van het staatsbestuur’ en 'Euro-Atlantische integratie’. Deze agenda was het vervolg van een soortgelijke conferentie in 2018 waarvan het doel de volledig verkoop van staatsbedrijven aan particuliere investeerders was.
Oorlog maakt het verschil; In juni 2020 keurde het IMF een leningsprogramma van $5 miljard met Oekraïne goed, In ruil daarvoor hief de regering van Oekraïne het 19-jarige moratorium op de verkoop van landbouwgronden in staatseigendom op, na aanhoudende druk van internationale financiële instellingen. Nu hebben de plannen van de URC de volledige steun van de Zelensky-regering, waaronder de verkoop van de "niet kritische ondernemingen”, met als voorbeeld de verkoop van de Oekraïense staatsbedrijf voor kernenergie EnergoAtom.
De aanvallen op arbeid
Daarbovenop komen ook aanvallen op arbeid beschermende wetten. Onder het mom van National Recovery Plan doet de URC een expliciete oproep de aanval in te zetten op de overige arbeidswetten, een overblijfsel uit het sovjettijdperk. Er is hier sprake van ‘verouderde arbeidswetgeving die leidt tot gecompliceerde aanwervings- en ontslagprocedures, regulering van overuren, enz’ ; Als voorbeeld van deze veronderstelde ‘verouderde arbeidswetgeving’ hekelt dit door het Westen gesteunde plan o.a. dat werknemers in Oekraïne met een jaar ervaring bij ontslag een opzegtermijn van negen weken krijgen, vergeleken met slechts vier weken in Polen en Zuid-Korea.
In Maart 2022 keurde het parlement een wet goed waardoor werkgevers Cao’s kunnen opschorten. Hierna werd in mei een hervormingspakket goedgekeurd waardoor de overgrote meerderheid van Oekraïense werknemers (alle bedrijven met minder dan 200 werknemers) vrijgesteld werden van de Oekraïense arbeidswetgeving.
Terwijl de rechten van werknemers geschrapt werden, zijn de plannen daarentegen bedoeld om bedrijven te helpen doormiddel van belastingverlaging. Het plan klaagt aan dat 40 procent van het Oekraïense BBP afkomstig is van belastinginkomsten, dat is veel te hoog vergeleken met modelvoorbeeld Zuid-Korea. Gecombineerd met het schrappen van tarieven en de hervorming van fiscale diensten zouden dit de stappen zijn voor Oekraïense integratie in Europa en toegang tot de daar bijhorende markten.
Ondanks de vele indicaties die zouden wijzen op coöperatie van het westen met Oekraïne, de miljarden aan steun in militaire en humanitaire vorm, ondanks het gepraat over eenheid, is de waarheid dat de Oekraïense arbeiders vast zitten tussen de grote werelduitbuiters van Washington, Europa en Rusland. Dit en soortgelijke conflicten tonen overduidelijk aan dat de toekomst meer dan eens nood heeft aan een revolutionair arbeiderspartij die niet buigt tegenover het kapitaal van Moscow of Washington; maar strijd voor de emancipatie van de internationale arbeidersklasse.
(1) Constantinescu et al. 2022, Blinov and Djankov 2022, National Bank of Ukraine 2022.