"Ze veranderen werk in slavenarbeid (bij Olympic Airways). We geloven niet dat de arbeiders en bedienden van Olympic slaven zullen worden." Met deze woorden vatte Manolis Patestos, de belangrijkste vakbondsleider bij Olympic Airways, de reactie van de arbeiders tegen het zwaar bezuinigingsprogramma van de sociaal-democratische regering Simitis naar aanleiding van de devaluatie van de drachma samen.
De voorgaande PASOK-regeringen onder leidng van de overleden Andreas Papandreoe volgden een voorzichtige reformistische lijn die belangrijke toegevingen deed aan de Griekse arbeiders en boeren. Dit was mogelijk op basis van de wereldwijde economische groei van de jaren '80 en de genereuze subsidies uit de Europese kas. Vandaag liggen de zaken anders.
Griekenland is een van de zwakste schakels binnen het kapitalistisch Europa. Hoewel het niet langer een achterlijk agrarisch land is (60% van de bevolking leeft vandaag in de steden), hinkt Griekenland nog steeds ver achterop bij de rest van de EU. Toch was Simitis vastberaden om Griekenland de Euroboot niet te laten missen. Deze "modernist" greep de criteria van Maastricht enthousiast aan om een zwaar bezuinigingsprogramma los te laten op de Griekse bevolking onder het motto "voor een sterke drachma".
De drachma werd op een onrealistisch hoge koers gehouden in een poging de inflatie te bekampen, met vernietigende gevolgen voor de Griekse industrie en landbouw. Hoewel Griekenland in 1994 uit de recessie begon te kruipen, bleven de groeicijfers laag. Officieel groeide de economie in 1996 weliswaar met 3,9%, maar in werkelijkheid groeide de industrie vrijwel niet en de landbouwproductie daalde zelfs. Ook het toerisme boerde met 0,5% achteruit, wat wijst op een vermindering van de koopkracht binnen Europa. De openbare schuld bedraagt 112% van het BNP en de werkloosheid staat officieel op 12%.
Inflatie
Alleen op vlak van de inflatie kon Simitis een positief resulaat op tafel leggen, ook al bedraagt die nog altijd 4,5%. Simitis kreeg dan ook applaus van de Europese big business. Maar zelfs dit succes is zeer relatief, gezien de gemiddelde Europese inflatie slechts 1,6% bedraagt. En vandaag ligt ook de "sterke drachma politiek" aan scherven. Zich bewust zijnde van de zwakheid van de Griekse economie, lanceerden de financiële markten in de herfst van vorig jaar een aanval op de drachma, wat uiteindelijk leidde tot een devaluatie met liefst 14%.
In een poging zijn gezicht te redden verklaarde Simitis dat het maar om een "kleine" devaluatie ging en dat de prijzen maar met hooguit 2% zouden stijgen. Niemand weet waar hij zijn cijfers vandaan haalde, maar de volgende dag kondigde het teeveejournaal prijsstijgingen aan die soms neerkwamen op een verdubbeling. De warenhuizen leverden taferelen van boze huisvrouwen, die verontwaardigd waren over hoeveel ze opeens moesten betalen. Tezelfdertijd betoogden boze gepensioneerden door de straten van Athene. Maar de beurzen jubelden en feliciteerden de eerste minister.
Aangespoord door de grote zakenlui en de vrienden in Brussel zette de regering haar rechtse politiek nog een tandje bij door een groot privatiseringsprogramma aan te kondigen. De aanval op de werknemers van Olympic Airways is slechts een onderdeel van een algemene strategie. Om de effecten van de devaluatie op de inflatie te beperken, worden de lonen laag gehouden en de verworvenheden uit het verleden teruggeschroefd.
Dit alles heeft geresulteerd in een explosie van woede, niet alleen in de straten, maar ook binnen de vakbonden en de rangen van de regerende PASOK zélf. Een jaar geleden nog waren de vakbondsleiders voor Simitis, vandaag niet meer, onder druk van de basis. Het is diezelfde druk die ze een algemene 24-urenstaking deden uitroepen op 8 april jl. Deze werd voorafgegaan door een hele serie wilde stakingen. Deze explosieve stemming heeft de klassenstrijd ook in Griekenland terug als eerste punt op de dagorde gesteld.