Op 7 december 2022 werd in Peru de linkse president Pedro Castillo door een parlementaire coup afgezet en gevangen genomen. Sindsdien is er een bloedserieuze partij armworstelen aan de gang tussen de Peruaanse massa’s en het oligarchische staatsapparaat.
"Geen armen in een rijk land"
In Juni 2021 werd Pedro Castillo verrassend verkozen met de slogan: “Geen armen in een rijk land.” Na zijn aantreden werd hij stelselmatig geboycot door het parlement, de legerleiding, justitie en andere departementen van de staatsbureaucratie. Deze zijn stuk voor stuk marionetten van de 17 bedrijven en multinationals die de Peruaanse economie controleren via de patroonsorgnisatie CONFIEP en de VS-ambassade.
Castillo komt uit de rurale regio Cajamarca en kent zijn politieke roots in de autonome verdedigingspatrouilles van arme boeren tegen de staatsrepressie (de rondas campesinas) en de strijdvaardige lerarenvakbond. Met zijn kenmerkende strohoed als signatuur, is hij de eerste president van arme afkomst en wordt hij door de armste lagen van de bevolking als ‘één van hen’ beschouwd.
Een zware erfenis
De verrassende verkiezing van Castillo kristalliseerde de vernieuwing van links. Dat was nodig om de pijnlijke erfenis van de maoïstische guerrillagroep Sendero Luminoso (Verlichte Pad) te boven te komen. In de jaren ‘80 en ‘90 brachten hun terreurmethoden die steeds meer willekeurige doelwitten troffen, demoralisatie en staatsterreur met zich mee. Het klimaat van terreur vormde de gedroomde rechtvaardiging van de dictatuur van Alberto Fujimori.
Diens dictatuur werd in 2000 onder druk van massale volksmarsen omvergeworpen. Maar zoals het ook in buurland Chili na de val van Pinochet ging, werd de grondwet en het staatsapparaat intact gelaten. De almacht van de president werd enkel verdeeld onder de legerleiding, justitie en een gefractioneerd Congres. In de vijfde economie van Latijns-Amerika is corruptie nog steeds de pasmunt die de staat rechtstreeks linkt aan de kapitalistische belangen. Zo werd de helft van de parlementsleden in 2020 onderzocht in het kader van corruptieonderzoeken - door de al even corrupte politie en justitie.
Via de kandidatuur van Castillo, zagen de armste lagen van de bevolking nu een kans om dit corrupte stelsel en de brutale militaire repressie die in de rurale gebieden onverminderd doorgaat, van de kaart ta vegen via het samenroepen van een Grondwettelijke Vergadering.
Manoeuvres zonder einde
Maar Castillo werd vanaf dag één bespeeld. Het Congres, waar Castillo geen meerderheid had, probeerde dag in dag uit om hem via politieke manoeuvres te destabiliseren. De dreiging van een staatsgreep en de terugkeer van het fujimorismo (verwijzing naar de dictatuur van Alberto Fujimori) was een openlijk besproken optie. In plaats van op te roepen tot volksmobilisaties tegen het corrupte bestel, gaf Castillo steeds weer toe aan de druk. Eerst op vraag van het Congres, dan weer na gefluister van de legerleiding, werden in totaal 80 ministers afgezet die als te links werden bestempeld. Zo verloor Castillo niet alleen het initiatief, maar ook het vertrouwen van de massa’s. Zijn eigen partij Peru Libre werd een speelbal van carrièristen en manipulators. Het is in deze context dat Castillo op 7 december besliste om het Congres te ontbinden (een volgens de Grondwet legale beslissing). Hoewel die ontbinding sinds 2020 een uitgesproken eis is van de volksbeweging, maakte Castillo ook nu weer de fatale beslissing om zich te beroepen op de ordediensten om zijn beslissing uit te voeren – en niet op de volksmassa. Politie en leger zagen hun kans schoon, keerden zich tegen hem en arresteerden hem.
Ondertussen heeft zijn partijgenote Dina Boluarte het presidentschap in handen gekregen. Zij kondigde daarop zonder blozen aan dat ze tot 2026 aan de macht zou blijven!
De respons: rebellie
Maar dat was zonder de volksrespons gerekend. De rebellie is bijzonder sterk in de zuidelijke provincies Arequipa, Ica en Andahuaylas met betogingen, stakingen, blokkades en bezettingen van luchthavens en overheidsgebouwen. Onder druk van de mobilisaties, zouden er na wat bochtenwerk toch dit jaar nog nieuwe verkiezingen worden gepland.
Na een maand van verzet, verspreidt de beweging zich over het hele land en heeft Boluarte de noodtoestand in het hele land moeten afkondigen, waarmee de democratische rechten worden opgeschort en het leger vrij spel krijgt. Dat leidde op dit ogenblik al tot 40 doden. De laatste berichten spreken over volkscolonnes die vanuit de provincies naar de hoofdstad Lima trekken. De eisen van de mobilisaties zijn viervoudig: laat Castillo vrij, sluit het Congres, organiseer nieuwe verkiezingen en roep een Grondwettelijke Vergadering samen.
Ook in België wordt er een solidariteitsbeweging georganiseerd. Net als onze kameraden in Peru, zijn we betrokken bij deze mobilisaties. De vraag welk politiek perspectief en eisen naar voor geschoven moet worden, is niet min. Vervroegde verkiezingen en een Grondwettelijke Vergadering die de sleutels opnieuw in handen geven van het politieke establishment, is uit den boze. In de huidige situatie van openlijke rebellie tegen de staatsgreep van de heersende klasse, wordt de vraag wie de macht heeft in het land rechtstreeks gesteld. Als we willen dat de Grondwettelijke Vergadering de volksmacht weerspiegelt, zal die georganiseerd moeten worden vanuit de organen van de rebellie zoals stakings- en wijkcommittees, de rondas campesinas, de gemobiliseerde studenten. Alleszins niet op basis van de makkelijk manipuleerbare organen van de traditionele staatsverkiezingen.
De grootste steun die we op dit ogenblik vanuit België kunnen bieden, ligt niet in het opstellen van vage oproepen naar een al even vage ‘internationale gemeenschap’. Wat we wel kunnen doen is de solidariteit vergroten binnen de arbeidersbeweging, onder gepolitiseerde jongeren en in de latino-gemeenschap. Dit kunnen we doen door de politieke taken van de rebellie scherp te stellen en uit te leggen: erop of eronder, kapitalisme en repressie of de omverwerping ervan!