Valérie Piette, Franstalige historica en auteur van een werk over de "Geschiedenis van het Huispersoneel", maakt de volgende kanttekeningen bij deze bijzondere verjaardag. We wisten al lang dat de burgerij en de adel zich hevig hadden verzet tegen deze elementaire democratische eis van algemeen enkelvoudig stemrecht maar op basis van haar commentaar maken we eveneens kennis met het paternalisme, het berekend cynisme en de reformistische aanpassing van de Belgische Werklieden Partij rond het vrouwenstemrecht. Of hoe een gebrekkige of gewoon een gebrek aan klassenanalyse de socialistische leiding deed dolen...
In 1948 werd het algemeen enkelvoudig vrouwenstemrecht voor de wetgevende verkiezingen in wet gegoten. In 1949 namen de vrouwen voor het eerst deel aan de nationale verkiezingen. Dat is veel later dan de vrouwen in de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Nieuw-Zeeland en... Turkije.
Om de volledige waarheid te vertellen: de vrouwen werden reeds in 1919 toegestaan deel te nemen aan de gemeenteraadsverkiezingen. Maar dit vrouwenstemrecht was een soort compensatie, een "katholieke overwinning" bekomen als tegengewicht op de verovering van het mannelijk enkelvoudig stemrecht. Aldus de analyse die in de socialistische en liberale beweging werd gedaan. De Belgische Werkliedenpartij (BWP) stelde als eerste politiek kracht in haar Charter van Quaregnon zonder de minste dubbelzinnigheid de gelijkheid van de geslachten voor, het vrouwelijk stemrecht en de gelijkheid van de vrouw in de arbeid. Maar met het bondgenootschap van de BWP met de Liberalen (toen al), de zeer paternalistische kijk op de vrouw en de groeiende reformistische aanpassing stapt de BWP op haar congres in 1902 af van de eis voor vrouwenstemrecht.
Dit in naam van het "opperste belang van de partij". Hiervoor werden de vrouwelijke leiders van de partij door Vandervelde het spreekgestoelte in gestuurd (Isabelle Blum en Edith Cavell) teneinde de congresgangers te overtuigen van deze zwenking. Het belang van de partij werd toen begrepen als de noodzaak de Katholieke Partij te verslaan met een liberaal-socialistische (vrijzinnige) coalitie. Het vrouwenstemrecht werd door de socialistisch leiders (zowel mannen als vrouwen) beschouwd als een "behoudsgezinde stem", want volgens de BWP leiding "ging achter elke vrouw een priester schuil". Ook de Socialistische Vooruitziende Vrouwen, de vrouwenorganisatie van de socialistische beweging, legde de nadruk op economische gelijkheid (gelijk loon voor gelijk werk) ten koste van het politieke stemrecht.
We komen zo tot een paradoxale toestand dat de Katholieke Partij op basis van dezelfde analyse voortrekker wordt van het vrouwenstemrecht en de BWP een tegenstander ervan. Als het vrouwenstemrecht dan toch wordt toegekend in 1919 voor weerstanders en oorlogsweduwen dan is het als beloning voor hun moed of hun lijden. Vrouwen zijn wel verkiesbaar vanaf 1919 voor het parlement en de weinige vrouwen die in het halfrond belanden danken dit bijna uitsluitend aan... mannenstemmen of coöptatie. De eerste massaorganisaties voor vrouwen zien dan ook het licht om dit kiezerspotentieel te omkaderen en in "veilige" banen te leiden. De kiesresultaten op gemeentelijk vlak na de eerste wereldoorlog en de parlementaire verkiezingen in 1949 kunnen op geen enkele manier de stelling van de "natuurlijke behoudsgezinde vrouwenstem" bevestigen. Het vrouwenstemrecht zal de politieke krachtsverhoudingen niet fundamenteel beïnvloeden. Drie socialistische parlementairen vreesden van wel en stemden zelfs tegen de toekenning van het vrouwenstemrecht in 1948. De karikaturen in de socialistische pers van toen laten geen twijfel over de dominerende paternalistische visie van de vrouw in de beweging. Eigenlijk zijn er veel gelijkenissen tussen de argumentatie van toen in de socialistische beweging tegen het vrouwenstemrecht en de excuses die vandaag nog steeds worden aangehaald tegen het migrantenstemrecht. Wie heeft nooit de stelling gehoord dat "migrantenstemrecht (de maghrebijnen in het bijzonder) de religieuze fundamentalisten zal versterken en dat de analfabete migrante vrouwen de gemakkelijke prooi kunnen worden van demagogen"?
Inderdaad, het zijn dezelfde verkeerde argumenten, het is dezelfde gemiste kans voor de socialistische beweging op basis van hetzelfde reformisme.