De eerste week van juli zullen de media een campagne over ons heen storten waarin wordt verteld welke weldoeners de grootmachten toch zijn. Met groots vertoon zullen Blair en Bush de schulden van enkele landen kwijtschelden tijdens de bijeenkomst van de G8 (de VS, Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Japan, Italië, Canada en Rusland). Geholpen door een hele reeks ‘progressieven’ zullen ze hun beschadigd blazoen proberen op te blinken.
Op zaterdag 10 juni al liet de Britse minister van Financiën Gordon Brown weten dat de G8 een kwijtschelding van de staatsschuld toekent aan de achttien armste landen van de wereld. Het gaat hier om Benin, Bolivia, Burkina Faso, Ethiopië, Ghana, Guyana, Honduras, Madagaskar, Mali, Mauritanië, Mozambique, Nicaragua, Senegal, Tanzania, Oeganda en Zambia (hoewel dit strikt genomen niet de achttien armste landen zijn, wat reeds vraagtekens doet rijzen). Al deze landen moeten hun schulden aan het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank niet terugbetalen.
Veel liefdadigheidsinstellingen en -organisaties zien deze gift van 33,9 miljard euro als een stap in de goede richting voor het oplossen van de wereldarmoede. De media spreken van “een historische stap”. Zogenaamde progressieven prijzen Blair, Brown en Bush de hemel in. Wat te denken van U2-frontman Bono die Tony Blair en Gordon Brown benoemt als “de Johannes en Paulus van de mondiale ontwikkeling”. En na zijn gesprek met George W. Bush verklaarde Bono aan heel de wereld dat de Amerikaanse leider “geestdriftig en oprecht” is over het oplossen van wereldwijde armoede. Bob Geldof, dat andere coryfee van de supersterrenstrijd tegen de armoede, meent zelfs dat de Texaanse oliecowboy “eigenlijk meer heeft gedaan voor Afrika dan elke andere Amerikaanse president”. Je moet het maar durven zeggen...
Waar Bush en Blair vooral “geestdriftig en oprecht” over zijn, is dat ze naïeve supersterren kunnen inzetten voor hun eigen meerdere glorie en het voortzetten van hun destructief beleid ten voordele van de rijken. Want in feite is de toegeving van de groten der aarde om wat schulden kwijt te schelden, enkel een schijnbeweging om zonder schaamte hun neoliberaal beleid verder te zetten. Bush en Blair hebben immers een klein probleem. Door hun politiek hebben ze wel de zakken van een kliek kapitalisten goed gespekt – wat henzelf na hun politieke carrière verzekert van een mooi pensioen bij talloze beheerraden van grote bedrijven. Maar ze hadden er niet op gerekend dat ze daardoor in heel de wereld een stimulans zouden geven aan een hernieuwde beweging tegen het imperialisme. De publieke opinie is een pak kritischer geworden door de oorlog tegen Irak. Tijd dus om hun imago wat op te krikken met een indrukwekkende mediastunt: kwijtschelding van de schulden.
Facelift voor de vraatzuchtigen
Dat het hier om public relations gaat, kan al blijken uit de beloften die de G8 vroeger reeds met veel aplomb aankondigde... en achteraf met het grootste gemak ‘vergat’. Het belangrijkste doel was immers bereikt: de gewone mensen kregen de indruk dat de wereldleiders wel degelijk om het lot van de armen geven. Wat vandaag met klaroengeschal wordt verkondigd, is in realiteit een minuscuul bedrag. De gezamenlijke staatsschuld van de achttien armste landen bedraagt een luttele 33,9 miljard euro terwijl vorig jaar de wereldwijde militaire uitgaven de kaap van de 1.000 dollar hebben gerond. De olifant baart een muis.
Bovendien zijn die schulden helemaal niet gerechtvaardigd. Het gaat hier immers om een staatsschuld die verspreid over enkele decennia mee is opgebouwd en in stand gehouden door onder andere Groot-Brittannië en de Verenigde Staten, die zich nu het imago van de grote weldoener aanmeten. In de jaren '60 werden de meeste gekoloniseerde landen ‘onafhankelijk’. Ze kwamen los van de militaire controle van hun kolonisatoren, maar werden onderworpen aan een veel agressievere vorm van controle: economische controle. De kapitalistische klasse in deze landen was (en is nog steeds) heel zwak, ze zijn compleet afhankelijk van hun imperialistische meesters. De grootmachten ‘schonken’ hun ex-kolonies een lening van 59 miljard dollar alles tezamen, maar wel tegen een intrest van liefst 14 procent. Tijdens de grote energiecrisis in de jaren '70 leenden vele westerse instituties opnieuw een gigantische som geld aan de ex-kolonies. Door de enorme corruptie belandde veel van dit geld, zogezegd bedoeld voor de opbouw van de economie, op de Zwitserse privé-rekeningen van dictators die bevriend waren met het Westen. Verder gebruikten ze dit geld voor immense prestigeprojecten voor hun meerdere glorie (‘witte olifanten’) en natuurlijk voor de uitbouw van een fiks leger om hun rijkdom te verdedigen. Westerse bedrijven pikten via de gebonden hulp ook hun graantje mee – eigenlijk kunnen we gerust zeggen dat ze hele graanvelden meepikten. Vandaag is dit overigens nog steeds schering en inslag: Belgisch ontwikkelingsgeld spijst vooral de kassen van Belgische bedrijven die lobbyen voor contracten, zoals medewerkers van Ontwikkelingssamenwerking beamen. Infrastructuurwerken zoals de aanleg van wegen dienen in de eerste plaats de belangen van economische reuzen. Of met de woorden van Eduardo Galeano, het wegennet strekt zich uit als de vingers van een hand die het land leeg graait ten voordele van westerse multinationals. Ook aan de verkoop van wapens verdienen multinationals een mooie cent. Blair en Brown spelen voor verlossers maar de Britse wapenverkoop aan Afrika bedraagt al wel meer dan één miljard pond (1,5 miljard euro), een verviervoudiging ten opzicht van 1999!
De bevolking ziet niets van al die leningen maar ze moet er wel voor betalen door besparingen op sociale voorzieningen. Malawi betaalt meer aan intresten op zijn schuld dan aan gezondheidszorg, ondanks het feit dat 15 procent van zijn bevolking HIV heeft. Spijtig voor hen staan ze niet op de lijst van de achttien ‘gelukkigen’ die schuldkwijtschelding krijgen. Ze mogen echter wel nog wapens van Groot-Brittannië kopen, welgeteld voor 3,6 miljoen pond vorig jaar (The Observer 12/06/05). Al sinds de jaren '80 zijn deze landen bijna uitsluitend intrest op de geleende bedragen aan het terugbetalen. Nigeria bijvoorbeeld (dat evenmin op de lijst van de achttien ‘gelukkigen’ staat) leende 5 miljard dollar tot 1985. Intussen hebben ze reeds 16 miljard terugbetaald, maar ze kijken nog altijd tegen een schuld van om en bij de 28 miljard aan. De G8 scheldt schulden kwijt die al lang zijn terugbetaald.
Voorwaarden aan de hulp
De jarenlange uitpersing van deze landen door het heffen van deze onmenselijk hoge intrest, heeft brokken gemaakt die niet te lijmen zijn met 33,9 miljard euro. Jarenlang heeft de hoge schuldaflossing ervoor gezorgd dat de uitgaven voor sociale voorzieningen tot het minimum beperkt werden. In sommige landen lag het budget dat gespendeerd werd aan schuldaflossing tot negen keer hoger dan het budget dat gespendeerd werd aan gezondheidszorg, onderwijs enzovoort. In Kameroen bijvoorbeeld (dat ook al niet op de lijst van de achttien ‘gelukkigen’ staat) is de verhouding 4 procent voor sociale voorzieningen, tegen 36 procent voor schuldaflossing (cijfers gepubliceerd door het Comité voor de Afschaffing van de Derde Wereld Schuld). Het gevolg hiervan is een groot gebrek aan medische en sociale infrastructuur, waar onder andere de schandalig hoge prijs voor medicijnen uit voortkomt. Ziektes die in het Westen geen doden meer maken, ontnemen in de Derde Wereld miljoenen mensen het leven. Elk jaar sterven 611.000 mensen door de mazelen. Malaria doodt jaarlijks 1,3 miljoen mensen en TBC 1,6 miljoen. Per jaar sterven 1,8 miljoen mensen aan diarree. Zwangerschap resulteert in de dood van 2,5 miljoen vrouwen en 2,8 miljoen mensen sterven aan de complicaties die AIDS en HIV met zich meebrengen. Infecties van de luchtwegen doden niet minder dan 4 miljoen mensen. Nochtans is dit allemaal heel makkelijk te voorkomen. In totaal sterven dus elk jaar 15 miljoen mensen met als enige reden de afpersing door een handvol gulzige bankiers.
Aan deze afpersing komt dan nu zogezegd een einde. Niets is minder waar. Het opbouwen van staatsschuld is een vicieuze cirkel. Voor de kwijtgescholden schulden komen ongetwijfeld nieuwe schulden in de plaats. Deze landen blijven immers met handen en voeten gebonden in hun ondergeschikte positie. Meestal zijn ze afhankelijk van de export van één of twee producten, op advies van de Wereldbank en het IMF waaraan ze ‘toevallig’ ook schulden moeten. Het bestaan van schulden wordt door deze internationale instellingen van het kapitalisme gebruikt om een beleid op te dringen dat opnieuw ten dienste staat van de grote bezitters. Dat is deze keer evengoed het geval. De G8 zegt immers dat ze de schulden van die achttien landen kwijtschelden op voorwaarde dat ze alle barrières voor privé-investeringen uit de weg ruimen, met andere woorden op voorwaarde dat ze een ultraliberaal beleid voeren. Bolivia en Nicaragua prijken beide op de lijst van de achttien ontvangers. Als hier morgen een linkse regering aan de macht komt – wat in beide landen waarschijnlijk is – dan mogen ze gegarandeerd fluiten naar die kwijtschelding aangezien investeerders niet houden van linkse regeringen.
Alles wat de internationale instellingen van het kapitalisme (de G8, IMF, Wereldbank, WTO enzovoort) ondernemen, dient uiteindelijk slechts één doel: de vraatzucht van een kleine minderheid superrijken die de grote bedrijven en financiële instellingen bezitten. Het hotel waar de bijeenkomst van de G8 plaatsvindt, behoort tot een drankgigant die zelf massaal investeert in de plundering van Afrika, met name Diageo (eigenaar van o.a. Smirnoff, Guinness, J&B, Johnnie Walker, Baileys). De kritische journalist John Pilger zegt het als volgt (the New Statesman, 22/06/05):
“Voor elke dollar ‘hulp’ aan Afrika wordt drie dollar toegeëigend door westerse banken, instellingen en regeringen. De gerepatrieerde winsten van multinationals rekenen we daar zelfs nog niet bij. Neem Congo. Tweeëndertig bedrijven, allemaal met hun basis in de G8-landen, domineren de uitbuiting van dit sterk verarmd, mineraalrijk land, waar miljoenen zijn gestorven door 200 jaar imperialisme. In Ivoorkust controleren drie G8-bedrijven 95 procent van de verwerking en export van cacao: de belangrijkste rijkdom van het land. De winsten van Unilever, een Brits bedrijf dat reeds lang aanwezig is in Afrika, zijn een derde groter dan het Bruto Binnenlands Product van Mozambique. Eén Amerikaanse bedrijf, Monsanto – een notoir genetische manipulator – controleert 52 procent van het maïszaad in Zuid-Afrika, het belangrijkste voedingsproduct daar. Blair geeft geen moer om de Afrikanen. Ian Taylor van de universiteit van St Andrews kwam via de Freedom of Information Act te weten dat terwijl Blair zijn verlangen declameerde om “armoede geschiedenis te maken”, hij in het geheim was aan het besnoeien in het personeel van het overheidsdepartement voor Afrika. Tegelijkertijd drukte zijn ‘departement voor internationale ontwikkeling’ (DfID) via de achterdeur de privatisering door van de watervoorziening in Ghana, ten voordele van Britse investeerders. Dit ministerie leeft volgens de dictaten van zijn ‘Business Partnership Unit’, die toegewijd is aan het vinden van “manieren waarop de DfID het buitenlands investeringsklimaat kan verbeteren en... bijdragen tot de werking van de financiële sector”. Armoedebestrijding? Natuurlijk niet.”
Bono danst op Blairs deuntje
In principe is slechts 80 miljard dollar nodig gedurende tien jaar om alle mensen in de Derde Wereld te voorzien in hun basisbehoeften (toegang tot medische verzorging, verloskunde, degelijk onderwijs, zuiver drinkwater enzovoort). Zelfs al zou de magere 33,9 miljard euro die de G8 zo ‘genereus’ toestopt hiertoe bijdragen, dan nog biedt het toestoppen van geld geen oplossing. Omdat kapitalisme voor de meerderheid van de wereldbevolking gewoon niet werkt. Het feit dat 2 miljard mensen moeten overleven met minder dan 2 dollar per dag, bewijst dit elke dag opnieuw. Iedere oplossing die aangeboden wordt binnen het kapitalisme is dus gelijk aan geen oplossing.
De onvoorwaardelijke kwijtschelding van de schulden van heel de Derde Wereld is daarom slechts een eerste stap. De grote bedrijven en banken moeten genationaliseerd worden en onder controle van de loontrekkenden geplaatst worden, zodat een harmonieus productieplan gestart kan worden. Een productieplan dat produceert naar behoefte, niet voor winst. Socialisme is de manier om de ex-koloniale landen uit hun armoede en miserie te halen en de Derde Wereld op weg te helpen naar echte ontwikkeling. De kwijtschelding van de schuld alleen betekent niet het einde van het kapitalisme en de imperialistische dominantie, dus het biedt geen werkelijke oplossing.
We mogen ons niet laten vangen door het mediakoor dat de generositeit van Blair en zijn vriendjes bezingt. Er is een kolossale en peperdure machinerie in werking gesteld om het imago van de imperialisten op te poetsen. Onderdeel van dit apparaat zijn ook de zelfingenomen popsterren die zich wegens oude idealen waarschijnlijk wat ongemakkelijk voelen bij hun huidige rijkdom. Ondanks al hun mooie woorden en tranen bevinden zij zich al lang in het andere kamp. Bono richtte zijn liefdadigheidsinstelling voor Afrika (DATA) op samen met de multimiljardairs Bill Gates en George Soros, twee van de meest uitgekiende specimen binnen de rangen van het kapitaal. Veel NGO’s passen evengoed in dit plaatje. In ruil om aan de geldpotten te zitten, slikken ze hun kritiek op Blair & co grotendeels in bij hun campagne ‘Make Poverty History’ (lees daarover het ontluisterende artikel van Stuart Hodkinson Inside the murky world of the UK’s Make Poverty History campaign).
Het paternalisme van deze NGO’s gaat hand in hand met de agenda van het imperialisme. Het oordeel van Afrikaanse activisten is dan ook loeihard. De conclusie van Kofi Maluwi Klu uit Ghana is duidelijk: “We hebben een gezegde in de Afrikaanse bevrijdingsbeweging – ‘niets over ons zonder ons’. Make Poverty History is op dat vlak een enorme stap achteruit, zelfs ten opzichte van Jubileum 2000. De campagne werd bijna volledig geleid door NGO’s uit het Noorden en de hoofdboodschap gaat over rijke blanke popsterren die het hulpeloze Afrika redden. De politieke bewegingen die ter plaatse nog steeds voor bevrijding vechten, worden compleet aan de kant geschoven.”
Lees ook 1 miljard kinderen in extreme armoede: een wereldwijde holocaust.