Het persagentschap Belga verspreidde op 18 november een perscommuniqué waarin werd gemeld dat volgens Nele Lijnen en Marc Verwilghen in het comité voor de overheidsdiensten (Comité A) een akkoord wordt voorbereid dat de problematiek van het stakingsrecht in de openbare sector regelt. Beide Open Vld-politici deden de uitspraak naar aanleiding van het feit dat in de Senaatscommissie Sociale Zaken hun wetsvoorstel over de beperking van het stakingsrecht in behandeling was genomen (Parl. St. Senaat 2008-2009, nr. 1005/1).

Kopie van de regeling in de particuliere sector?

Na de bevrijding van België was het verboden om te staken. In 1948 werd het verbod opgeheven. Als tegenprestatie moesten er evenwel garanties komen om te vermijden dat collectieve acties disproportionele gevolgen zouden hebben. Zo kwam de Wet betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd ofte de Prestatiewet tot stand.

De sociale partners bepalen op het niveau van het paritaire comité de maatregelen die verzekerd moeten worden om in geval van collectief conflict het hoofd te bieden aan zekere vitale behoeften, dringende werken uit te voeren aan machines enzovoort. Petroleumraffinaderijen moeten bijvoorbeeld in geval van schaarste petroleum leveren aan ziekenhuizen en er moeten afspraken worden gemaakt om fabrieken op een behoorlijke manier stil te leggen. Binnen een bedrijf zullen dus ondanks de staking soms bepaalde diensten moeten worden verricht. Indien op het niveau van het P.C. niets gebeurt, kan de minister zelf ingrijpen.

Is het dan ook niet logisch dat in de publieke sector eveneens dergelijke afspraken worden gemaakt? Niet noodzakelijk. Ambtenaren hebben in de regel voldoende verantwoordelijkheidszin; in het verleden is er dan ook nog nooit een geval geweest waarbij een staking in de publieke sector tot calamiteiten heeft geleid. De overheid beschikt daarenboven nog over een stok achter de deur. Indien de nood hoog is, kan tot opeising worden overgegaan. Deze techniek is in het verleden al gebruikt om werknemers van afvalophalingsdiensten terug aan het werk te zetten indien bijvoorbeeld het afval een gevaar voor de volksgezondheid dreigt te worden. Het probleem is echter dat de gronden waarop wordt opgevorderd juridisch niet erg sluitend zijn. Op het ministerie van Binnenlandse zaken is men dan ook al geruime tijd bezig om een wetgeving te ontwikkelen die gelijkenissen zou vertonen met de Prestatiewet.

Mag het een beetje meer zijn?

Op zich bestaat er geen bezwaar dat de huidige wetgeving wordt opgeschoond. Het zou de rechtszekerheid alleen maar ten goede komen, maar... de meeste denkpistes gaan veel verder. Men wil van de gelegenheid gebruik maken om een minimumdienstverlening in te voeren. Officieel heet het dat dit een kopie zou zijn van de Prestatiewet, maar dat is boerenbedrog. Minimumdienstverlening is iets helemaal anders. Het algemeen belang is niet onmiddellijk bedreigd. Wanneer bijvoorbeeld treinen staken, beschik je over een alternatief (bus, fiets, carpooling,...).

Lijnen en Verwilghen willen zelfs verder gaan dan minimumdienstverlening. Hun tekst is een variant van de vele voorstellen die de rechterzijde de voorbije jaren heeft ingediend om het stakingsrecht te beknotten. Zoals steeds wordt er de nadruk op gelegd dat staken een grondrecht is, maar... dit betekent geenszins dat het stakingsrecht onbeperkt mag worden uitgeoefend (sic). Een staking mag immers het publiek niet gijzelen (dixit Lijnen/Verwilghen). En daarom wordt een plan geformuleerd met twee krachtlijnen.

De sociale partners in de sectoren (dat is dus de overheid met de representatieve organisaties) definiëren de minimumprestaties. Die moeten worden gepresteerd in geval van collectieve actie. Daarnaast is een staking maar geoorloofd wanneer aan een aantal voorwaarden is voldaan.

Er moet vooral een ernstige bemiddelingspoging ondernomen zijn. Met het oog hierop wordt een dienst voor sociale bemiddeling opgericht voor de publieke sector. De bemiddelaar krijgt één maand om zijn opdracht uit te voeren. Slechts indien deze mislukt, mag er gestaakt worden. Wie de minimumprestaties niet uitvoert, kan strafrechtelijk worden vervolgd. Wat er gebeurt wanneer iemand staakt voor de sperperiode verstreken is, is niet duidelijk. Het lijkt echter waarschijnlijk dat de wilde staker een tuchtsanctie zal oplopen.

Kan dit?

Het internationale recht voorziet dat het stakingsrecht kan worden beperkt in zoverre dit bij wet gebeurt en de maatregelen noodzakelijk zijn voor de bescherming van rechten en vrijheden van anderen, voor de bescherming van de openbare orde, de nationale veiligheid, de volksgezondheid of de goede zeden. Vandaar dat een stakingsverbod voor militairen geoorloofd is en een voorwaardelijk stakingsrecht voor politieambtenaren door de beugel kan. Ook een cooling-off period is niet noodzakelijk strijdig met de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie of de Raad van Europa. Het Vld-voorstel zou dus compatibel kunnen zijn met het internationaal recht, ware het niet dat een aantal vraagtekens blijven.

De kans dat een bemiddeling slaagt, is klein. In de particuliere sector heeft de werkgever een zekere manoeuvreerruimte. Daarop kan worden ingespeeld. Bij de overheid is dat veel minder (of niet) het geval. Telkens wanneer een gevangenisbewaarder wordt gemolesteerd en er actie wordt gevoerd, belooft de overheid beterschap. Maar er zijn geen centen. De onderhandelingsperiode heeft in deze hypothese geen zin. Het is alleen maar een mechanisme om spontane stakingen te verhinderen.

Voorts is het ook maar de vraag of de bestaande situatie wel mag worden gewijzigd. Men gaat er in het internationale recht van uit dat op een bestaande situatie slechts uitzonderlijk kan worden teruggekomen. Dat is het zogenaamde "standstillbeginsel". Ambtenaren beschikken nu over een niet-beperkt stakingsrecht en dit leidt in de meeste gevallen niet tot problemen; waarom dan dit grondrecht inperken? Daarenboven zijn niet alle ambtenaren even onmisbaar. Waarom dan één regeling voor de hele publieke sector?

Met de komst van Inge Vervotte op ambtenarenzaken is de kans klein dat het voorstel Lijnen/Verwilghen het zal halen. Rekening houdende met het feit dat ACV openbare dienst bereid is om aan zelfregulering te doen (zie http://www.acw.be/content/view/907/405/) behoort een lightversie wel tot de mogelijkheden. De deal zou inhouden dat sociale bemiddelaars worden aangesteld in de publieke sector en dat - als compensatie - geen wilde stakingen (dus zonder aanzegging) meer zouden plaatshebben.

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 326 1 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken