Weekje vakantie genoten op Lesbos van 4 tot 11 oktober. Zalig neveneffect van brugpensioen, een goedkope last minute en de lieve collega's van mijn partner die bij haar pensionnering een collecte deden die deze reis voor het grootste deel betaalde.
En ja, het bestaat nog het ongerepte Griekse eiland. De legendarische Griekse gastvrijheid, de rust, het flegma en de Griekse goede smaak, de eeuwenoude gebruiken en tradities waren op dit eiland meer aanwezig dan in enig andere plaats in Griekenland die ik ooit bezocht heb. In de winter, als heel de toeristische sector stil ligt, is er in Lesbos zelfs nog hoofdzakelijk ruilhandel! En toch kan zelfs Lesbos niet ontsnappen aan de wrede kapitalistische wereld.
Lesbos ligt vlak voor het Turkse vasteland, slechts ervan gescheiden door een zee-engte van 12 km. Iets minder dan 400 jaar leefden de Grieken onder het (Turkse) Ottomaanse rijk. Het vasteland kreeg zijn onafhankelijkheid in 1829. Lesbos sloot pas aan bij Griekenland in 1912 na de Balkanoorlogen, waarin Turkije de verliezende partij was. (Zie Trotski: "The Balkan wars"). Dat ging gepaard met een enorme volksverhuizing van Turken weg uit Lesbos naar het Turkse vasteland en Grieken in de omgekeerde richting. In tegenstelling tot hetgeen in de Griekse geschiedenisboekjes staat, was dat geen vreedzame bedoening. De spanning tussen beide landen is nog steeds volop voelbaar.
Ik citeer onze gids Jan, een Nederlander die er permanent woont en die ons op een prachtige wandeling gidste voor het ontdekken van kruiden, maar ook over alles wat de samenleving van het eiland inhoudt. We staan op het hoogste punt van Molivos, een door de unesco beschermd stadje met een geschiedenis van vele duizenden jaren. Dat punt is de Byzantijnse burcht, boven wappert de Griekse vlag. Het Turkse vasteland ligt vlak langs de overkant. Jan: "Regelmatig vliegen Turkse gevechtsvliegtuigen door de zee-engte; minstens eenmaal per jaar is er een die naar deze kant oversteekt. De sport bestaat er in om net boven het fort door de geluidsmuur te breken en ervoor te zorgen dat de vlag naar beneden dondert door de luchtdruk. Als dat gebeurt is het lawaai zo oorverdovend dat iedereen plat op de grond moet gaan liggen. Soms, als ze vlug zijn, neemt Grieks afweergeschut het toestel onder vuur. Vorig jaar is er een gevecht uitgebroken tussen een Turks en een Grieks gevechtsvliegtuig en zijn beide neergestort. De Turkse piloot heeft het overleefd, de Griekse niet." In Lesbos leeft algemeen de vrees dat als Turkije geen aansluiting krijgt bij de Europese Unie, het als represaille de Griekse eilanden voor haar kust opnieuw zal innemen.
De authenticiteit van het eiland heeft natuurlijk ook zijn negatieve kanten. Een ervan is de behandeling van vrouwen. "Ik zal het letterlijk vertalen uit het Grieks", zegt Jan "vrouwen dienen alleen om te werpen en te koken." In de Griekse cafés zie je alleen mannen. De meeste steden en dorpen hebben wel een vrouwencoöperatieve (specialiteit confituur, koekjes en honing) naast een mannencoöperatieve (specialiteiten olijven en ouzo). Maar het zijn gescheiden werelden. Zolang zij op het eiland verblijven, is er voor de meisjes geen ontsnappen aan deze archaïsche verhoudingen. Zij zijn zich echter wel ervan bewust dat het anders kan: ook op Lesbos heeft iedereen TV en een gsm en is draadloos internet ruim beschikbaar. Dus wat doen jonge meisjes? Zeer goed studeren, zodat ze zo vlug mogelijk het eiland kunnen verlaten en in het moderne Athene gaan studeren. Er is een groot tekort aan vrouwen op Lesbos. Om dat op te vangen reist een ex-werknemer van de gemeente elk jaar naar Oekraïne om er vrouwen te ronselen. Elk dorp heeft een bordeel, hoofdzakelijk gevuld met Oekraïense dames. De stille hoop van die dames is met een Griek te trouwen, wat regelmatig gebeurt en hen een verblijfsvergunning oplevert. Soms gebeurt het zelfs dat een te ondernemende man trouwt met een Oekraïense, terwijl hij ook al met een Griekse getrouwd was.
Ook in de reguliere sectoren tref je mensen aan uit andere landen. Jan: "Als je arbeiders ziet in de bouw of in de olijventeelt dan mag je er donder op zeggen dat het Albanezen zijn of soms Bulgaren." Lesbos ligt ook op de grens van de Europese Unie. Dagelijks komen er dus bootvluchtelingen toe die in de EU een beter leven proberen te zoeken. Kleine bootjes worden geronseld in Turkije om de 12 km zee over te steken. De maffia vraagt daarvoor 5000 euro per persoon. Dikwijls worden de bootjes halverwege het traject lek gestoken zodat de opvarenden moeten zwemmen of peddelen. Sommigen halen het, sommigen niet. Dat gebeurt vooral in de winter als er minder bewoners en politie zijn. Jan: "Wij durven in de winter niet meer langs de stranden lopen, want overal vind je lijken."
Tot slot willen we nog vertellen dat het toerisme van het eiland reeds sedert mensenheugenis een vooraanstaande bezoeker heeft: vader Bush. De voormalige president van de Verenigde Staten heeft een passie voor het eiland opgevat in de tijd dat er nog baaien en hotels waren die je alleen met grote plezierjachten kon bereiken. Toen er wegen werden aangelegd, vond vader Bush dat maar niks, maar toch is hij blijven komen. Bijgevolg is er ook een belangrijk agentschap van de CIA op Lesbos.
Het eiland is echt fabelachtig mooi. Je vindt er nog de rust en de gezelligheid uit een vroeger tijdperk. Maar tegelijkertijd kom je er al de smerigheid van de wereld tegen in een nog scherpere vorm dan op andere plaatsen. Niemand op deze wereld kan ontsnappen aan de gruwelen van het kapitalisme.