Dat is het gedachtengoed waarmee Révolution, de Franse afdeling van de Internationale Marxistische Tendens (IMT), deel uitmaakt van France Insoumise (Opstandig Frankrijk), het verkiezingsplatform van de linkse presidentskandidaat Jean-Luc Mélenchon.
Zijn campagne wekt enorm veel enthousiasme op. Miljoenen jongeren en werkenden zijn vastberaden om op 23 april voor hem te stemmen. Sinds het opstarten van de «steungroepen» in februari 2016, is hun aantal en slagkracht toegenomen. Op de sociale media is France Insoumise veel meer aanwezig dan alle andere presidentskandidaten samen. Mélenchon heeft zelfs méér abonnees op zijn Youtube-kanaal dan Donald Trump!
De crisis van de PS
Tijdens de vorige presidentsverkiezingen in 2012 had Mélenchon al 4 miljoen stemmen (11%) behaald.10,2 miljoen linkse stemmen gingen toen nog naar François Hollande. Niet uit enig enthousiasme, maar uit berekening. De mensen redeneerden: «Hollande heeft meer kans om te winnen en dat zal altijd beter zijn dan Sarkozy.»
Maar het werd slechter. Onder invloed van de zware crisis eiste de patroonsorganisatie Medef van de regering steeds verdere besparingen en tegenhervormingen. Hollande en zijn ministers gingen hier tot het bittere eind in mee. Voor hen was het veiligstellen van de winstvoeten van het patronaat hun heilige roeping. Daarvoor duwde de regering zelfs een hervorming van de arbeidswet op een dictatoriale manier door, tegen de wil van de straat én het Parlement.
In die context heeft de PS heel veel steun verloren. Het is moeilijk te voorspellen of dit proces omkeerbaar is. Vandaag is het zo dat velen de PS in dezelfde 'kaste' plaatsen als de rechtse partijen. Er is een open breuk tussen de PS en haar traditionele basis. Op dit ogenblik leidt dit tot een toestroom van voormalige kiezers van Hollande naar Mélenchon, die terecht wordt gezien als linkser en radicaler dan de PS. Deze instroom is de reden waarom Mélenchon's kandidatuur in de peilingen vanop dag één op een hoger niveau werd ingeschat dan in 2012.
Een ander fenomeen is dat miljoenen van de voormalige kiezers van (onder andere) Hollande op dit ogenblik vooral gedesoriënteerd zijn. In de laatste tussentijdse verkiezingen (gemeentelijk, regionaal en Europees) zijn ze vaak niet gaan stemmen. Anderen hebben hun ongenoegen laten blijken door op Marine Le Pen te stemmen en in haar « anti-systeem » demagogie te trappen. Nu zijn ze onbeslist. Ze zeggen dat ze waarschijnlijk zullen gaan stemmen, maar voor wie? Het antwoord op die vraag is de sleutel tot de uitkomst van de presidentsverkiezingen.
Het evenwicht in het programma
Er bestaat een reële kans dat Mélenchon de presidentsverkiezingen wint. Het hangt in grote mate af van zijn eigen campagne, van zijn programma en de speerpunten daarvan.
Mélenchon's campagne heeft reeds de steun verworven van het meest bewuste en geradicaliseerde deel. Deze groep mobiliseert zich en trekt in haar zog andere lagen mee. Maar om door de eerste ronde te raken, moet Mélenchon zijn score van 2012 verdubbelen. De kwestie van het programma is daarom een bepalende factor.
Een goed deel van de werkende klasse bekijkt het programma niet in detail. Ze baseert zich enkel op de grote lijnen, die ze beoordeelt op basis van haar eigen ervaringen en bezorgdheden. Maar welke zijn die bezorgdheden? De armoede, de werkloosheid, de ontmanteling van de publieke diensten en de sociale zekerheid, de huurprijzen, de verslechtering van de werkomstandigheden – kortom, de sociale afbraak.
Het programma van France Insoumise bevat veel maatregelen die deze problemen aanpakken. Volgens ons worden ze wel onvoldoende naar voor gebracht en verdedigd. In zijn publieke interventies schuift Mélenchon vooral ideeën zoals de VIe Republiek, de ecologische planning en de breuk met de Europese verdragen naar voren. Het kan een cruciale fout zijn om ze zo te overbelichten – de facto ten koste van de maatregelen tegen de besparingen. De centrale slogan van de campagne zou moeten zijn: “Weg met de besparingen! We zullen de rijken de crisis van hun systeem doen betalen!” Het is rond zo'n oriëntatie dat diepere ideeën over de democratie, ecologie en Europa hun betekenis krijgen. Zo niet zijn deze ideeën te abstract.
Breek met het kapitalisme!
Er is een tweede reden om de campagne te focussen op de strijd tegen de besparingen. De fundamentele vraag is immers – zowel voor ons als voor de heersende klasse – wat Mélenchon de “verdeling van de rijkdom” noemt. Het is rond deze “verdeling” dat in laatste instantie de samenleving en de klassenstrijd evolueert. Alle andere vragen vloeien hieruit voort.
Streven naar een “eerlijke” verdeling van de rijkdom is de reformistische manier om de zaak aan te pakken. Binnen het kapitalistische systeem kan er nooit een “eerlijk” evenwicht komen tussen de heersende en de werkende klasse. Ze bestaan immers omdat de eerste de tweede uitbuit. Op basis van zo'n ongelijke verhouding, is er geen “eerlijkheid” mogelijk. Het systeem functioneert zo dat de kapitalisten ook met elkaar in concurrentie zijn. Moesten ze toegeven aan een sociaal noodprogramma dan verliezen ze hun positie tegenover andere kapitalisten. Zeker vandaag, in crisistijd. Daarom ijveren we zowel in Frankrijk als in België ervoor dat de linkse kandidaten niet binnen de grenzen van dit systeem blijven denken, maar hun politieke strijd verbinden met de noodzakelijkheid om een revolutionair programma naar voor te schuiven.