We leven in een periode van scherpe en plotselinge veranderingen. De politiek in het Verenigd Koninkrijk heeft intussen een Monty Python-gehalte bereikt en de Brexit heeft bij de meeste mensen een zeker gevoel van vermoeidheid doen intreden. Premier Boris Johnson mag dan wel een reactionaire clown zijn, dom is hij niet en op Trumpiaanse manier heeft hij op dit gevoel kunnen inspelen.
Parlementair gepalaver
Tot de verbazing van velen kwam hij vorige week alsnog een scheidingsakkoord overeen met de EU, voor gewone werkende mensen een nog slechtere deal dan het gedrocht dat Theresa May wist te onderhandelen en dat meermaals werd afgeschoten in het Britse parlement. Laat er immers geen misverstand over bestaan: Johnson en zijn kliek willen van Groot-Brittannië een soort ‘Singapore-on-Thames’ maken, met alle gevolgen voor de arbeidsrechten van dien. Hij zou direct een handelsovereenkomst sluiten met Washington waarmee Trump en het Amerikaanse bedrijfsleven de nationale gezondheidszorg (NHS) kunnen privatiseren.
Geen wonder dan ook dat Johnson alles op alles zet om zijn deal door het parlement te jagen. De afgelopen dagen heeft Johnson zowel een historische overwinning behaald als een zoveelste nederlaag geleden. In zijn ultieme poging om Groot-Brittannië vóór 31 oktober uit de EU te krijgen, dreigde hij met nieuwe verkiezingen als het Britse Lagerhuis niet instemde met de wijze waarop hij wil dat het land uit de EU vertrekt. Ook eiste hij dat het Lagerhuis instemde met zijn wens om het hele wetgevende proces binnen drie dagen af te handelen, ook al is de zogenaamde Withdrawal Agreement een tekst van een 600-tal pagina’s.
Deze shock-doctrine leek zijn vruchten af te werpen, alsook de dreiging van een linkse Corbyn-regering, die tal van rechtse Labour-parlementsleden over de meet bracht. Voor het eerst stemde een meerderheid van het parlement voor een Brexit-deal. Met 329 tegen 299 stemmen ging het parlement ermee akkoord dat de wetgeving verder zou worden behandeld. Een paar minuten later beet Johnson echter weer in het zand. Met 14 stemmen verschil stemden de parlementsleden het tijdsschema dat daarbij hoorde weg en is er nu dus het zoveelste uitstel.
Verkiezingen
Zoals gezegd is Johnson geen dommerik en heeft hij populistische trekjes. Door openlijk te dreigen met algemene verkiezingen en af te willen zijn van al het gepalaver in het parlement, vertolkt hij in zekere zin wat vele mensen denken: het is na drie en een half jaar genoeg geweest.
De premier heeft al lang geen meerderheid meer in het parlement en dat maakt regeren moeilijk. Verkiezingen komen er dus in elk geval en de enige vraag op het moment van schrijven is of hij hiervoor eerst de Brexit kan realiseren of niet.
De EU, een kapitalistische club
Ondanks alle retoriek tegen de EU en zijn potsierlijke weigering de brief te ondertekenen waarin om uitstel gevraagd werd, is de deal van Johnson ook een deal van de EU. Het feit dat alle Europese regeringen er enthousiast over waren, toont dat de belangen van de EU in dit opzicht afgestemd zijn op die van een rechtse Britse regering. Johnson kan nu zonder te liegen beweren dat hij namens de EU en zijn eigen administratie spreekt.
Dit zou voor eens en voor altijd een aantal illusies in de EU en haar regeringen moeten doorprikken, die volgens heel wat verwarde progressieven in de UK een historische kracht vormt voor alles wat goed is. Integendeel, de EU is een bureaucratische hiërarchie van kapitalistische staten die handelen volgens een meedogenloze realpolitik. Vraag het maar aan Griekenland en de vluchtelingen die verdrinken in de Middellandse Zee.
De Britse linkerzijde
De taak van marxisten is de dingen te zeggen zoals ze zijn, zonder in hysterisch sektarisme te vervallen. De realiteit is dat de rechterzijde en Johnson in een veel sterkere positie staan dan anderhalve maand geleden, toen hij volledig ondemocratisch het parlement ophief en bijna zijn eigen ruiten ingooide. De linkse oppositie in Labour heeft veel tijd verloren door op dat moment geen motie van wantrouwen in te dienen en niet zelf openlijk tot verkiezingen op te roepen. In plaats daarvan dachten heel wat parlementaire linksen slim te zijn, het parlementaire spelletje te spelen en te blijven focussen op een tweede referendum in plaats van op verkiezingen en het mobiliseren van de enorme achterban.
Toch is er meer dan voldoende reden om optimistisch te zijn. De Britse Labour Party is nog steeds een echte massapartij met meer dan een half miljoen leden, ongezien in Europa, en heeft een linkse leider in Jeremy Corbyn. Het is dringend tijd om de cynici en rechtse saboteurs in de partij te negeren – of beter nog, aan de deur te zetten – en de uitdaging van verkiezingen met zelfvertrouwen aan te gaan. De activisten zijn er klaar voor en met een radicaal links manifest, dat vorige maand op de conferentie is beloofd (zie kader), is het zeker niet uitgesloten dat Johnson voor zijn hoogmoed zal moeten betalen. Daarvoor moet Labour wel het hele Brexit-circus overstijgen en militant campagne voeren rond de thema’s waar het sterk staat: jobs, lonen, huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg.
Radicaal congres van Labour: klaar voor de verkiezingenIn september vond het congres van Labour plaats in Brighton. Onze Britse kameraden van Socialist Appeal waren in groten getale aanwezig (meer dan 40), met 13 officiële afgevaardigden en drie sprekers die van op het platform linkse moties konden voorleggen. Het was sinds de dagen van de Militant Tendency in de jaren ‘80 geleden dat er een dergelijke interventie van marxisten was op het congres. De toon werd gezet door Jim Brookshaw, een veteraan in de Britse arbeidersbeweging, die sprak ter ondersteuning van de herinvoering van de befaamde Clause 4, die door Blair geschrapt werd omdat dit statuut te socialistisch was en naar de gemeenschappelijke eigendom van de productiemiddelen verwijst. Tal van inspirerende en steeds radicalere speeches werden gevolgd door staande ovaties en het werd gauw duidelijk dat dit een heel links congres zou worden. Het congres stemde onder meer voor een 32-urenweek, gratis gezondheidszorg, de afschaffing van de elitaire privé-scholen en de zgn. zero hour-contracten, alsook een groene New Deal, die gepaard zou gaan met de nationalisering van de grote vervuilers. Vele sprekers waren niet bevreesd het woord kapitalisme in de mond te nemen en te pleiten voor nationaliseringen en een echt socialistisch beleid. Matt Wrack bijvoorbeeld, de algemeen secretaris van de FBU (brandweervakbond), verdedigde de motie voor de Green New Deal en zei: “Het kapitalisme vermoordt de planeet. Openbare eigendom moet de kern van het debat vormen.” Opvallend was hoe de achterban zich achter Corbyn schaarde, die in het parlement soms geïsoleerd staat en constant gesaboteerd wordt. De Blairisten waren daarentegen onzichtbaar en waren tegen het einde van de week nergens te bespeuren. Een van die saboteurs, Tom Watson, keerde vroeger terug naar Londen en deed zijn toespraak uiteindelijk niet omdat er niemand aanwezig ging zijn! De hele week deed de rechterzijde zijn best om de Labour-militanten te verdelen, met name over de kwestie van de Brexit. Uiteindelijk was het de (correcte) positie van Corbyn die won, en hij stelde dan ook “dat onze partij niet die van de 52%, noch van de 48%, maar van de 99% moet zijn.” Labour zal in de komende verkiezingen strijden op basis van klassenthema’s. Dit werd ook benadrukt in een assertieve slottoespraak van Corbyn, waarin hij verklaarde dat een Labour-regering “het zou opnemen tegen degenen die ons land echt leiden: de financiële speculanten, belastingontduikers en grote vervuilers”. |