De herfst en de winter zijn uitgelezen periodes om een tentoonstelling te bezoeken. De wonderlijke wereld van de Belgische animatiepionier Raoul Servais komt in een overzichtstentoonstelling in het Brusselse BELvue museum moeiteloos tot leven.
De tovenaar van Oostende
Raoul Servais, geboren in Oostende in 1928, wordt als één van de meest innovatieve Belgische filmmakers van de 20e eeuw beschouwd. Hij is een autodidact in de letterlijke zin van het woord, steeds experimenterend met nieuwe animatietechnieken. Toch primeert de inhoud altijd op de vorm, zijn boodschap staat centraal, elk verhaal vraagt om zijn eigen techniek. Zijn eerste afgewerkte film verschijnt in 1960: “Havenlichten”, over een gebroken straatlantaarn die aanvankelijk bespot wordt, maar dan uiteindelijk de redding brengt voor het vissersdorp waar de vuurtoren - die als een zelfgenoegzaam burgermannetje geportretteerd wordt - het laat afweten. In 1965 maakt hij in opdracht van het Ministerie van Cultuur “Chromophobia” waar donkerkleurige soldaten in opdracht van een fascistisch regime alle kleur uitbannen, maar door het veelkleurig verzet toch het onderspit moeten delven. De oorlog in Vietnam inspireert hem in 1971 voor “Operation X-70”, een parodie op de oorlog en het gebruik van zenuwgassen.
Vanaf 1960 doceert Raoul Servais Sierkunsten aan de KASK (Koninklijke Academie voor Schone Kunsten) te Gent. Hij start er in 1967 de afdeling Animatiefilm die onder zijn impuls internationale faam krijgt.
Zijn oeuvre omvat 16 kortfilms – waaronder de Oscar winnende Harpya (1979), een poging om live action beelden te combineren met animatie, één langspeelfilm Taxandria (1994) en zijn nieuwste creatie “Der Lange Kerl” die tijdens de tentoonstelling in première ging. De 93 jarige Servais schreef wel zelf het scenario en tekende het storyboard maar liet het regisseren over aan Rudy Pinceel. Centraal staat hier de confrontatie van een gewonde Fransman met een rijzige jonge Duitse soldaat in de loopgraven. In de 13 minuten durende film zitten zowel gewone filmopnames die achteraf digitaal bewerkt werden als animatie. Het spook van onderdrukking en oorlog harmonieert wonderwel met de poëtische sfeerbeelden.
Raoul Servais is niet enkel geworteld in de Belgische traditie van het surrealisme, ook zijn Vlaamse en Oostendse leefwereld heeft zijn werk beïnvloed. Deze tentoonstelling biedt de bezoeker de gelegenheid om zijn indrukwekkende oeuvre te ontdekken en kennis te maken met zijn bijzonder gevoel voor experiment en maatschappelijk engagement. Een aanrader!
De opkomst, gloriejaren en de neergang van het dagblad Vooruit
Naar aanleiding van de 90e verjaardag van het gebouw van de Vooruit in de Sint-Pietersnieuwstraat te Gent besloten enkele oud-medewerkers van de krant een tentoonstelling én een historische terugblik te maken. Na amper drie maanden mochten ze de 1000e bezoekster verwelkomen en toch werd de tentoonstelling slechts met 2 dagen verlengd tot 27/10/2021. Begrijpe wie kan!
Gelukkig voor de geïnteresseerden maakte Amsab (Instituut voor sociale geschiedenis) een uitmuntende catalogus die voor amper 20 euro te verkrijgen is. Een heruitgave van het jubileumnummer van 2 september 1934, bij het 50 jarige bestaan van de krant krijg je er gratis bovenop.
Opmerkelijk is dat de Vooruit van bij de start ook in Noord-Frankrijk verscheen, waar duizenden Vlaamse arbeiders woonden en werkten.
Los van vader Anseele zijn de bekendste namen uit de geschiedenis van Vooruit zonder twijfel de kunstenaars Frits Van den Berghe, Richard Minne en Louis Paul Boon. Ze werkten alle drie mee aan de cultuurrubriek “Geestesleven”. Volksverheffing, de arbeiders in contact brengen met wat toen nog “de schone kunsten” heette was voor de toenmalige socialisten belangrijk.
Bij de catalogus – mooi uitgegeven op A1 formaat – hoort ook een erfgoedapp, waarmee je 13 geluids- en beeldfragmenten van de geschiedenis van de Vooruit voorgeschoteld krijgt. De samenstellers schuwen de kritiek en de controverse niet, wat het dubbel interessant maakt.
Kunst moet bijdragen aan verandering
Op welke manier kan kunst de klassenstrijd en de verschillen tussen de klassen weergeven? Welke rol is er voor kunst weggelegd in een tijdperk waarin de onderdrukten zich naar extreemrechts richten voor een oplossing van hun problemen?
Hoe kan de linkerzijde een tegenmacht tegen extreemrechts opbouwen? Moet kunst tonen hoe onuitstaanbaar de wereld in werkelijkheid is en de energie en inspiratie geven om die draaglijker te maken? Of moeten we ons ook toeleggen op het verbindende element in kunst? Edouard Louis en Ken Loach gingen vrijmoedig met elkaar in discussie in 2019 tijdens een programma van StudioB.Unscripted, uitgezonden door Al Jazeera. Uitgeverij de Bezige Bij heeft er onlangs een verslag van gepubliceerd. Verhelderend en interessant!