"De meerderheid van de topjournalisten aanwezig op het hoofdkwartier van de NAVO waren zo passief en zo overgeleverd aan de generaals en officieren van de Luchtmacht dat de vragen die ze stelden even goed op voorhand door de NAVO zelf hadden kunnen geschreven zijn ( ) het waren echt lammetjes die begonnen te blaten telkens wanneer de NAVO het over bombardementen had."
Robert Fisk, correspondent van het Britse dagblad The Independent in Kosovo
"Alle kranten circuleren om winst te maken. Ik leid geen bedrijf gewoon uit respectabiliteit."
Rupert Murdoch, mediatycoon
Alle massamedia (kranten, tijdschriften, radio en televisie) beweren dat ze de waarheid, de objectiviteit en de democratische inhoud van de informatie die ze verspreiden hoog in het vaandel dragen. De Vlaamse krant De Morgen pronkt daarom nu fier met de ondertiteling ‘onafhankelijk dagblad’ en de Franstalige krant Le Soir zweert in haar reclamecampagne bij objectieve informatie, niets minder en ook niets meer.
Maar al deze verwoede pogingen van de media om hun onpartijdigheid ten toon te spreiden verbergen in werkelijkheid hun grote subjectiviteit en hun vooringenomenheid. Laat hier geen twijfel over bestaan: zij hebben kant gekozen, de kant van hun klassenbelangen. We leven nu eenmaal in een maatschappij die in sociale klassen is verdeeld, klassen die tegenstrijdige belangen hebben. Deze maatschappij laat geen ruimte voor neutraliteit. Niet bij toeval beschrijft dit blad zich als een ‘marxistisch blad voor de arbeidersbeweging’. Het is overduidelijk aan welke kant wij staan en wij verbergen het niet. We gaan er prat op dat wij de zijde kiezen van de armen, de onderdrukten en uitgebuite mensen overal ter wereld. De burgerlijke pers zou er beter aan doen om zichzelf te beschrijven als de ‘kapitalistische media van de bankiers, bedrijfsleiders en de machtigen in het algemeen’.
Burgerlijke ideologie
Nu is het natuurlijk niet toevallig dat de kapitalistische media zich niet voorstellen zoals ze echt zijn. Informatie is macht. De media staan voor een zogenaamde vierde macht in de maatschappij naast de wetgevende, uitvoerende en gerechtelijke macht. Voor het kapitalisme is de controle over de media van strategisch belang. Onder dit systeem brengen de media de heersende burgerlijke ideologie over. Dit doen ze op alle terreinen van de menselijke activiteit. We denken niet alleen aan de dagbladen maar bijvoorbeeld ook aan de zogenaamde damesbladen, mode- of jeugdtijdschriften die de heersende ideologie op een subtiele manier distilleren. Een systeem dat steunt op maximaal winstbejag ten koste van het welzijn van de mensheid met alle gevolgen van dien, zoals honger, ziekte, dood, corruptie en onderdrukking, is verplicht een vervormd beeld weer te geven van de werkelijkheid om zich te kunnen handhaven. Zo’n optie is natuurlijk in tegenstelling met objectieve en onpartijdige informatie die het de lezer, kijker of luisteraar mogelijk maakt een zelfstandige en kritische opinie te vormen.
Er zijn voorbeelden bij de vleet die dit kunnen staven. Neem nu bijvoorbeeld de zogenaamde ‘algemene staking’ in Venezuela. Sinds 2 december van vorig jaar krijgen we elke dag nieuws over wat eigenlijk een patronale lock-out is, die op een totaal ondemocratische manier wordt opgelegd aan de meerderheid van de bevolking. Chavez, de democratisch verkozen president, wordt beschuldigd van dictatoriale praktijken en wordt afgeschilderd als een ‘castro-communist’. Welnu, als er één land is waar de persvrijheid het grootst is binnen het kader van het kapitalisme, dan is het wel Venezuela. In welk land kunnen de kranten, de radio en de televisie die in privé-handen zijn, dagelijks openlijk oproepen tot ongrondwettelijke activiteiten zoals een staatsgreep, zonder last te hebben van repressie? Wij moesten het eens proberen in ons democratisch België, we zouden vlug de politie over de vloer krijgen en de bak in vliegen. Naar aanleiding van de eerste staatsgreep van half april vorig jaar, toen honderdduizenden gewone Venezolanen de straat op kwamen ter verdediging van Chavez en zo de staatsgreep hebben kunnen afwenden, schreef een van de belangrijkste redacteurs in het blad El Universal het volgende: “Een drieduizend man, meestal dronken, drukten hun onbeschofte agressie uit voor het presidentiële paleis. Luidruchtig vierden ze de moord op de vreedzame betogers die werden afgeslacht door de Bolivariaanse cirkels op de Avenida Baralt.” Deze zinnen drukken tegelijkertijd de haat en de vrees uit van de gegoede klassen in Venezuela voor de acties van de massa’s.
De kapitalistische media kunnen nooit de waarheid vertellen
Inderdaad, telkens de massa’s op straat komen, worden ze op een weinig sympathieke manier afgeschilderd. De dokwerkers in de Belgische havens die onlangs in staking gingen, worden afgeschilderd als vandalen en zatte vechtjassen. Voorpaginanieuws haalden ze die dag ongetwijfeld in de Gazet van Antwerpen. Als er echter een kraandrijver of een dokwerker wordt gedood in een of ander arbeidsongeval, dan komt dit nauwelijks aan bod. Tijdens de algemene staking van ‘60-‘61 werden de stakers door de reactionaire katholieke pers, La Libre Belgique, afgeschilderd als ‘socialo-terroristen’ die het land om zeep hielpen.
De burgerlijke pers kan niet objectief zijn. De heren en dames van deze media proberen ons dagelijks voor te liegen. Hoe kan het ook anders? Er bestaat geen echte vrije meningsuiting of persvrijheid in een maatschappij waar er geen democratische controle bestaat over de media en waar de eigendom van deze mediabedrijven geconcentreerd is in de handen van een steeds kleinere groep van grote kapitalisten. Persvrijheid betekent voor ons eerst en vooral de bevrijding van de pers uit de greep van het kapitaal!
Een bevestiging van deze analyse, die voor sommige linksen overdreven lijkt, komt van de voormalige algemeen directeur van Vivendi, Denis Olivennes. Vivendi is een multinationaal communicatiebedrijf. Na zijn afdanking vertelde Denis Olivennes luidop wat wij al lang wisten. “Vivendi Universal vertoont alle symptomen van een totalitair systeem: de personencultus, de propaganda in plaats van informatie, een samenzweringstheorie van de geschiedenis en nu zelfs de fysieke uitschakeling van tegenstrevers.”
Maar massamedia zijn meer dan instrumenten van ideologische controle en overheersing. Het zijn ook bedrijven zoals alle andere die onderhevig zijn aan de wetten van de kapitalistische markt. Fusies en kapitaalconcentratie zoals in de staalnijverheid, de telecommunicatie enzovoort hebben ook plaats in de media. Op zeer korte tijd is de media-industrie in handen gevallen van zeven grote multinationals: Disney, AOL-Time Warner, Sony, New Corporation, Viacom, Vivendi en Bertelsman.
Gigantische mediaconcentratie
We praten hier werkelijk over mediagiganten. News Corporation bijvoorbeeld bezit 130 tijdschriften, waaronder het Londense Times, 22 televisiekanalen zoals het Amerikaanse Fox, filmproductiemaatschappijen zoals Twentieth Century Fox Corporation, kabeltelevisies, uitgeverijen enzovoort.
Rupert Murdoch is zo een typische mediatycoon die zeer goed weet hoe hij zijn hoofdredacteurs moet kiezen. Martin Wolf, die ook voor de Financial Times schrijft, publiceerde onlangs een stuk onder de weinig subtiele titel ‘The US rules OK!’. Zonder de minste schroom en natuurlijk zonder eigenbelang oordeelt Martin Wolf dat “( ) de wereld de heerschappij van de VS in de hele 20ste eeuw dankbaar moet zijn”.
De fusie van AOL en Time Warner kostte een luttele 103 miljard dollar. Dit megabedrijf bezit nu de grootste internet service provider ter wereld. Ook is het de grootste uitgever van tijdschriften in de VS, de grootste muziekproducer ter wereld (Warner Music Group), de belangrijke filmproducer (Warner Bros) en heeft het meer dan achthonderd kabeltelevisiekanalen, en nog veel meer. Aan het hoofd van dit reusachtig media-imperium staat Ted Turner, stichter van het bekende CNN, berucht reactionair en onvoorwaardelijk verdediger van het VS-imperialisme. Net zoals zijn alter ego Rupert Murdoch weet Ted Turner zijn journalisten zorgvuldig uit te kiezen. Charles Krauthammer schrijft bijvoorbeeld in het tijdschrift Time een gruwelessay met als titel ‘America rules, thank God’ (“Amerika overheerst, god zij dank”).
Dit kan ook niet anders. De nauwe banden tussen de bedrijfswereld en de massamedia zorgen hiervoor. Dat is niet alleen zo omdat de massamedia ook bedrijven zijn of omdat ze een gemeenschappelijk belang hebben in de overdracht van de burgerlijke ideologie, maar ook omdat de belangrijkste bron van inkomsten de advertenties zijn waarvoor de bedrijven rijkelijk betalen.
De adverteerders hebben een enorme macht in hun handen en maken daar ook gebruik van. Zij weten hoe zij hun rechten moeten doen gelden. Hier volgt een uittreksel van een brief die de autofabrikant Chrysler naar de tijdschriften stuurde waar ze in adverteert. “Wij eisen dat de Chrysler Corporation op voorhand op de hoogte wordt gesteld van de inhoud van artikels over seksuele, politieke en sociale thema’s en ook van andere artikels die kwetsend of provocatief kunnen overkomen. Wij vragen daarom een geschreven samenvatting van de belangrijkste artikels die verschijnen in alle edities van uw blad waar wij in adverteren”.
Hoe kan men verwachten dat een zender als NBC (National Broadcasting Corporation) onpartijdig kan zijn in de oorlogsberichtgeving, wanneer geweten is dat General Electric, dat onder andere stukken produceert voor de oorlogsindustrie, ook eigenaar is van ditzelfde mediabedrijf? In Frankrijk, dat oude Europese land waar de politici en de bedrijfsleiders beweren te verschillen van hun collega’s van over de Atlantische Oceaan, is een groot gedeelte van de mediawereld in handen van de wapenindustrie. Le Monde Diplomatique schreef onlangs zeer verontwaardigd dat “hun ergste nachtmerrie werkelijkheid was geworden; de media zijn nu in handen van de handelaars in kannonnen”. Het wapenbedrijf Matra heeft een grote voet in huis bij Hachette, dat onder andere Europe 1 en Canal 5 bezit. Een ander wapenbedrijf, Lagardère, heeft zelfs een groot pakket aandelen in het dagblad van de Communistische Partij, l’Humanité
De oorlog om de publieke opinie winnen
Tijdens de recente oorlogen van de Golf en Kosovo hebben we opnieuw kunnen vaststellen dat het eerste slachtoffer van een gewapend conflict van deze omvang de waarheid is. Oorlogen worden immers ook op het thuisfront uitgevochten. In de strijd voor ‘the hearts and minds’ van de publieke opinie spelen de media een cruciale rol en fungeren ze als geen ander als propagandamolen voor de oorlog. Dit is vooral zo in de Verenigde Staten, maar hoewel de oorlogstrom in het Oude Europa misschien wat subtieler klinkt, horen we ze ook roffelen in onze media.
Het is gevaarlijk de kracht van de tegenstander te onderschatten. Via de media beschikt de burgerij over een enorme macht waarmee ze de publieke opinie als klei probeert te bewerken, censuur uitoefent, de werkelijkheid vervormt en desnoods leugens de wereld in stuurt. Dit heeft ontegensprekelijk een effect op de arbeidersklasse, die zo gedesoriënteerd kan worden. Maar propaganda van welke omvang ook kan het bewustzijn over de gevolgen van de materiële processen niet tegenhouden. Een mediaoffensief kan het in vraag stellen van de maatschappij tijdelijk verlammen maar kan de sociale ongelijkheid, de uitbuiting en het onrecht niet wegtoveren. Vroeg of laat sijpelt dit wel door in het bewustzijn van de mensen en komen ze in opstand.
Eigen media nodig
Analyse zonder een bewuste actie om de werkelijkheid te veranderen is niet genoeg. Analyse wordt dan herleid tot een steriele oefening. Uit de geschiedenis van de revolutionaire arbeidersorganisaties leren we hoe ze tegenover de macht van burgerlijke media zelf met eigen publicaties zijn gestart. Deze publicaties werden gefinancierd door de arbeiders en de jongeren zelf en zijn totaal onafhankelijk van de burgerlijke staat. Zulke media steunend op een ernstige marxistische methode en analyse zijn dan in staat de ideologische strijd aan te gaan met de burgerij.
Competitie met de miljoenenoplage van de burgerlijke pers is niet mogelijk. Op momenten van kalmte, wanneer het sociaal en politiek windstil is, beperkt de verspreiding van de marxistische media zich tot relatief kleine groepen van actieve en bewuste mensen. Dit is echter een onvermijdelijke etappe van geduldig werk waarin de ideeën en het programma van het socialisme hoog worden gehouden en beschermd tegen de onophoudelijke aanvallen van de burgerij.
Maar wanneer de arbeidersklasse wakker schiet zal blijken hoe belangrijk dat geduldig werk wel geweest is. Dat merken we nu al met de aanzienlijke stijging in de verkoop van dit blad in de anti-oorlogsbeweging. Hetzelfde was bijvoorbeeld het geval met de verkoop van het linkse socialistische tijdschrift ‘La Gauche’ tijdens de algemene staking van ‘60-’61, waarvan zeer snel tienduizenden exemplaren werden verkocht.
De beweging van de massa’s is veel sterker dan alle televisies, radio’s en kranten samen. Hun leugens, verdraaiingen en propaganda kunnen de historische beweging niet tegenhouden. Een revolutionaire organisatie is in de eerste plaats een programma en duidelijke ideeën, en dan een organisatievorm om deze over te brengen in de arbeidersklasse en bij jongeren. Maar zonder eigen media, om te beginnen een eigen blad en website, kunnen we zo een organisatie niet uitbouwen. Dit doen we nu al tweehonderd keer na elkaar. Maar dit is slechts het prille begin van onze beweging. Werk daarom met ons mee aan de opbouw van een instrument voor de bevrijding van honger, oorlog, ellende en racisme.