20150311 vakbondsactie 5 620x414

2016 belooft een bewogen jaar te worden. Tegenover een zeer agressieve regering en patronaat hebben we een strijdbare en vastberaden vakbond nodig. Wie aanwezig was op de laatste militantenconcentratie van de openbare diensten op 16/12 ll. heeft er geen goed oog in. De vakbondsleiding verhinderde elke tussenkomst vanuit de zaal. De basismilitanten vormen net de ruggengraat van de beweging en zouden veel meer aan bod moeten komen. We hadden een interview met drie delegees: Diana Hellebaut  BBTK-handel Antwerpen,  Annick Hebrant  CGSP-ALR Bruxelles en Yves Brusseel  ACOD-VDAB Vlaanderen. Zoals zij zijn er ongetwijfeld honderden. Het wordt tijd dat het woord aan hen is!

Welke gebeurtenis heeft je aangezet om syndicaal actief te worden?

Diana:  Ik ben reeds 21 jaar syndicaal actief bij Delhaize, toen de nieuwe winkel openging in Wilrijk en ik daar begon bleek al vlug dat er niets klopte. Ze werkten met onderbroken uren, de pauzes waren niet correct, er schortte altijd iets aan de loonberekening. Delhaize was toen nog een groen bolwerk. Er waren weinig BBTK-delegés en hun werking stelde niet veel voor. Onder impuls van de toenmalige secretaris stelde ik me kandidaat bij de eerstkomende syndicale verkiezingen en ik was verkozen!

Annick: Ik ben altijd lid van de vakbond geweest. In 2010 kreeg ik problemen met mijn directe chef en ik ging op zoek naar een delégé om mij bij te staan. Tot mijn grote verbazing kreeg ik niemand te pakken. Ik legde klacht neer bij het Comité veiligheid en won de zaak. Mijn chef negeerde dit en ik wende mij opnieuw tot de vakbond. Ditmaal kreeg ik gehoor bij de verantwoordelijke voor het OCMW van St Gilles, waar ik werkte. Zij vroeg mij of ik geen interesse had om mij kandidaat te stellen, bij de syndicale verkiezingen die 14 dagen later plaats vonden. Ik werd verkozen en de bal ging aan het rollen.

Yves: Ik ben altijd politiek actief geweest en vond dat elke verandering van onderuit moest komen. Toen we eind 1985 uit de SPa van Oostende gegooid werden, omdat we te links waren was ik op zoek naar een andere manier om de basis te bereiken. Waar kan dat beter dan op je werkplaats? Daar word je geconfronteerd met de échte problemen, je kan de mensen helpen en dingen ten goede veranderen. Ik stelde mij kandidaat bij het kantoor van de VDAB waar ik werkte en werd verkozen.

Hoe verliep je parcours bij de vakbond, kan je daar iets over vertellen?

Diana: Vanaf dag één na mijn verkiezing ben ik leden beginnen maken. Voeling hebben met wat er leeft op de werkvloer is cruciaal. Je moet tussen de mensen staan en van daaruit vertrekken. Doorheen de jaren heb ik een goede reputatie opgebouwd. De mensen weten dat ze bij mij terecht kunnen, ze zeggen dat ik een Pitbull ben, die zich vastbijt tot het opgelost is. Vandaag mogen we fier zijn over onze werking. Voor de provincie Antwerpen hebben we een ploeg van 27 délégés, die ik aanstuur en we hebben 70% van alle mandaten in de overlegstructuren.

Annick: Bij de gemeente St Gilles werken 1000 mensen en 500 bij het OCMW. Een aantal groepen waren niet vertegenwoordigd in onze delegatie, zoals de wijktoezichters. Daar heb ik onmiddellijk werk van gemaakt. Ze hebben allemaal tijdelijke contracten en waren bang om zich te organiseren. Het bestuur van de gemeente, een coalitie van PS-MR, was niet opgezet met mijn bemoeienissen. Het is ze niet gelukt om stokken in de wielen te steken, hoewel ze het wel probeerden. Ik had veel steun van de ondervoorzitster van het vakbondsbestuur. In 2014 gingen een aantal vrijgestelden van de vakbond op pensioen, ik heb mij kandidaat gesteld. De ondervoorzitster is voorzitster geworden, ikzelf kwam in haar plaats. We hebben een zeer actieve en strijdbare delegatie.

Yves: Doorheen de jaren hebben we een zeer goede delegatie opgebouwd. We zijn met twee verantwoordelijk voor een 50tal délégés, verspreid over geheel Vlaanderen. Ondersteunen van de lokale werking is heel belangrijk: ze moeten voelen dat we achter hen staan. De werksituatie en de dagelijkse problemen komen in elke vergadering aan bod. Ikzelf sta nog altijd op de werkvloer: je mag niet boven de mensen gaan staan, maar tussen hen.

Wat is volgens jou een goede vakbondswerking?

Diana: De mensen helpen staat natuurlijk op de eerste plaats, maar het gaat verder dan dat. Er is méér dan je eigen bedrijf. Ik probeer zoveel mogelijk samen te eten met de mensen, discussies uit te lokken in de refter. Geen oogkleppen! De mensen moeten weten wat er gebeurt. Ik begin elke vakbondsvergadering met een politiek luik. Regeringsbeslissingen hebben een grote impact op het werk en op je leven. We zijn dit jaar door een zeer moeilijke herstructurering gegaan bij Delhaize. We hebben de meubelen kunnen redden en de tewerkstelling is veilig gesteld tot 2017. De mensen zijn tevreden met het behaalde resultaat, en de aangeboden uitstapregelingen: ze hebben gezien dat strijdbaar zijn loont. Ikzelf ben er niet gerust in. De nieuwe personeelsleden verdienen 20% minder en vallen onder een ander regime, de discriminatie in de winkels is een feit, dat verdeelt het personeel. Delhaize heeft de post van vrijgestelde aangeboden in ruil voor alle syndicale uren die we nu hebben. Dat hebben we geweigerd: je moet in de winkel blijven staan, de problemen aan de lijve ondervinden anders vervreemd je van de mensen. We hebben elke maand een vergadering met alle délégés, waarop ook de secretaris aanwezig is. Die heeft meer een ondersteunende functie: hij luistert écht naar onze noden.

Annick: Na de syndicale verkiezingen van 2014 hebben we onze werking herbekeken. Naast de praktische problemen is er ook het groter geheel: de wereld stopt niet aan je voordeur. We hebben een aparte werkgroep Tegen de besparingen waar we dieper ingaan op alle vooroordelen die de pers verspreidt. Daaruit is een brochure ontstaan Handen af van onze openbare diensten die we actief gebruiken op de werkvloer. Het ontstaan van de overheidsschuld, de achtergrond van de soberheidspolitiek, de tegenstelling arm/rijk, de noodzaak van organisatie komen er in aan bod. We werken ook niet met volledige vrijgestelden: enkel als je met je twee voeten in de realiteit staat weet je waar het over gaat. Het vakbondssecretariaat werkt niet goed mee: ze willen hun visie opdringen, er is veel te weinig overleg. Zonder ons te consulteren bezuinigen ze op de vormingsdagen. Een goede vakbondswerking moet ook op de hogere echelons wegen en dat is niet zo bij ons. Ze gedragen zich alsof ze de baas zijn.

Yves: Luisteren naar de mensen zou centraal moeten staan. Wij proberen dat zoveel mogelijk. We stimuleren de mensen om hun gedacht te zeggen tijdens de vergaderingen. Dat is ooit anders geweest en ik merk ook dat er nog in veel sectoren veel te veel over de hoofden van de leden gebeurt. Nieuwelingen zijn altijd verbaasd door onze manier van werken. Ze vinden het zeer positief dat iedereen kan mee discuteren en ze voelen zich veel meer betrokken als ze zelf kunnen mee beslissen. We hebben ook geluk met onze secretaris: we krijgen alle tijd en ruimte om alles grondig te bespreken met de leden en délégés vooraleer we naar de overlegorganen met de bazen trekken.

Hoe heb jij de voorbije strijdperiode 2014-2015 ervaren?

Diana: Ik ben erg teleurgesteld. Je zou bijna denken dat de vakbondstop niet mee wil, ze gedragen zich als een Paard van Troje in de eigen beweging. Iedereen stond er nochtans opnieuw de 7e oktober. De mensen waren bereid om door te gaan, de actie van 27/11 was goed voorbereid. En dan wordt onder het mom van de terreurdreiging alles afgeblazen. De leiding heeft zich laten doen, de regering gaat gewoon door met wat ze van plan was. Zij schortten niets op! De beslissing is ook nergens besproken: de vakbond gaat hier zwaar door de bocht, hoe ondemocratisch kan je zijn? Alleen onderhandelen brengt geen aarde aan de dijk. Kijk maar naar het akkoord over de tweede pensioenpijler. De vakbond probeert het als een overwinning voor te stellen, maar het stelt twee keer niets voor.

Annick: Toen we begonnen in november 2014 ging het de goede kant uit. We hadden nooit mogen stoppen en ons in onderhandelingen laten manoeuvreren die niets hebben opgelost. Dat de actie van 27/11/2015 afgelast werd is een grote schande! Federaal heeft beslist, wordt ons dan gezegd. Terwijl niemand geraadpleegd werd, de vakbondsleiding weet blijkbaar niet wat democratie is. We moeten ons harder opstellen, op tafel kloppen. De vakbond, dat zijn wij. Zonder de délégés die dag in dag uit het vuur uit hun sloffen lopen om de mensen te overtuigen is er geen vakbondsleiding. Het wordt hoog tijd dat ze dat beseffen.

Yves: Voor mij kwam het rommelig en amateuristisch over. Eerst het vuur aanwakkeren in november 2014 en als het dan goed brandt, het laten uitdoven! Begrijpe wie kan. Hadden we doorgegaan in januari 2015 dan hadden we kunnen winnen. We hadden de militanten van het ACV zelfs meegekregen. De actie van 27/11 zomaar stoppen zonder overleg, is nog zoiets! Je zou bijna denken dat de leiding niet mee wil.

Hoe verder in 2016?

Diana: We moeten doorgaan. Wij hebben op de aankondigingen voor de actie van 27/11 Uitgesteld geplakt. De regeringsmaatregelen zullen hun effect hebben, de mensen zullen het voelen. Michel I is zo arrogant bezig, het zal ergens ontploffen. Wie er ook als eerste in actie gaat, alle andere sectoren zullen moeten volgen. Allemaal samen, dan kunnen we winnen.

Annick: De leiding zal proberen te onderhandelen, ze moet zich strijdbaarder opstellen. We mogen niet plooien, de regering is nu al bezig om de stakingswetten aan te passen. Zij bereiden zich voor. Wij moeten opnieuw mobiliseren. Tegen deze frontale aanval op de openbare diensten, onze koopkracht en onze sociale verworvenheden zal palaveren niet helpen. Actie, dat hebben we nodig.

Yves: Er heerst een sfeer van apathie op de werkvloer: velen zijn kwaad en voelen zich in de steek gelaten. We moeten opnieuw mobiliseren. Niet enkel de mensen overtuigen staat op de agenda, ook leren aan de vakbondsleiding dat ze moeten luisteren! Michel I zal niet vanzelf weg gaan. Verzet is nodig, en goed georganiseerd ditmaal!

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 326 1 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken