Al zeer lang pleiten marxisten voor de nationalisatie van de banken en de financiële instellingen. Dit zien we als een stap naar de socialistische omvorming van de maatschappij. Een van de maatregelen voorgesteld in 1848 door de jonge Karl Marx en Frederik Engels in het Communistische Manifest is de "centralisatie van het krediet in handen van de staat door middel van een nationale bank met overheidskapitaal en een uitsluitend monopolie". In Belgische termen uitgedrukt, de heroprichting van een openbare bank en kredietinstelling zoals de ASLK door middel van de fusie en de nationalisatie van de grote banken Fortis, Dexia, KBC, ING en andere kleinere instellingen.
Jarenlang spraken we als het ware in de woestijn. Totdat het plots gonsde van het ‘N'-woord in de krantenberichten. Toegegeven, het woord ‘nationalisatie' wordt niet graag gebruikt. Men vermijdt het. Vooral de leiders van de socialistische partijen blijken een heilige schrik te hebben van de term ‘nationalisatie'. Het is een ideologische afkeer. Tijdens het paneldebat met de ‘crème' van de economisten en financiële experts op het Visiecongres van de SP.a hoorden we uitsluitend deze mensen een lans breken voor het einde van de taboes rond nationalisatie. De weinigen die nog steeds de gevangenen zijn van dit taboe, blijken de leiders te zijn van de SP.a.
Nochtans waren het de rechtse republikeinen van Bush die Fannie en Freddy, de twee Amerikaanse hypotheekreuzen, nationaliseerden. Samen bezitten of waarborgen deze ondernemingen voor 5300 miljard dollar aan hypotheken. Zowat de helft van de VS-markt. Dit is dus - voorlopig - een van de grootste nationalisaties van deze eeuw. De minister van Financiën Henry Paulson gaf hiervoor de volgende verklaring. "Fannie Mae en Freddy Mac zijn zo groot en zo verweven in ons financieel stelsel dat een bankroet van een van hen grote woeling zou veroorzaken op onze financiële markten."
Toen Evo Morales op 1 mei 2005 de gasindustrie (gedeeltelijk) nationaliseerde zag minister van Buitenlandse Zaken De Gucht hierin een aanslag tegen de mensenrechten! Ook de fractie van de Europese Volkspartij ging hevig te keer tegen de Boliviaanse president. Met de nationalisaties in de VS of van Fortis in eigen land zweeg De Gucht. Het verschil is dat onder Evo Morales net zoals onder Hugo Chavez in Venezuela deze nationalisaties gezien worden als een stap in de strijd tegen het imperialisme en voor de controle over hun eigen natuurlijke rijkdommen. Ook gebeuren deze nationalisaties als het resultaat van een massamobilisatie van de arbeidersklasse en de bevolking in het algemeen.
Henry Paulson hoopte dat deze politieke bocht van 180 graden eenmalig ging zijn. Later zag hij zich verplicht het zieltogende AIG in overheidshanden te nemen, gevolgd door de overname van Merill Lynch door de Bank of America. Verdere nationalisaties zitten in de pijplijn in de VS en erbuiten. Deze nationalisaties zijn vooral reddingsoperaties, waar de verliezen worden overgenomen door de overheid. Erik De Bruyn, woordvoerder van SP.a Rood, legt dit mechanisme goed uit: "Eerst bouw je vanuit een bank die geheel en al met overheidsgeld en met het geld van kleine spaarders werd opgebouwd (de ASLK) een privaat zakenimperium op. Daarmee maak je in tien jaar tijd 27 miljard euro winst waarvan je méér dan 12 miljard uitdeelt aan de aandeelhouders. Als het tij dan keert klop je opnieuw aan bij Vadertje Staat. Die stopt je in één weekend tijd nogmaals 4,7 miljard euro belastinggeld toe en verdubbelt daarmee het gat in de nationale begroting. Een transfer van arm naar rijk om U tegen te zeggen."
Net als alle andere staatsinterventies de laatste weken hebben ze tot doel de kapitalistische rijkdom in bescherming te nemen, niet te vernietigen. Ze hopen dat deze nationalisaties een kort leven beschoren zijn en dat ze snel kunnen overgaan tot een nieuwe privatisering van deze banken. Kapitalisten hebben wel een ideologie nodig maar de scherpzinnigen onder hen maken er geen dwangbuis van. Als de overleving van het systeem op het spel staat dan worden deze heilige principes van de ‘vrije markt' overboord gegooid. Als de prijs voor het stabiliseren van het systeem massale nationalisaties is dan gaan ze ervoor. Vooral als er overheidsgeld (belastingsgeld) mee gemoeid is. Deze ingrepen, net zoals alle andere regels die worden voorgesteld, hebben tot doel het kapitalistische systeem te beschermen tegen... zichzelf.
Marxisten hebben een andere kijk op nationalisaties. In het fameuze ‘Overgangsprogramma' door Leon Trotski geschreven in 1938 wordt het belang van de nationalisatie van de banken samengevat. Dit zijn de vier hoofdlijnen ervan:
- Nationalisatie van de banken is een essentiële voorwaarde voor de socialistische planning van de economie.
- De rijkdom van de kapitalistische klasse moet niet behouden worden maar onteigend.
- De bankdeposito's worden niet onteigend. Deze zijn veiliger in een openbare bank dan in een ineenstortende kapitalistische financiële markt.
- De nationalisatie van de banken maakt deel uit van het programma van machtsovername door de arbeidersklasse.
Twee aanvullingen zijn echter nodig. Vooreerst zouden de kleine beleggers, die met hun spaargeld aandelen hebben gekocht van de privé-banken, ook beschermd moeten worden. De grote beleggers - de kapitalisten - niet. Ook willen we banken die democratische beheerd worden door zowel het personeel, de overheid en de bredere vakbeweging. Zo verhinderen we in deze openbare banken de herhaling van een kapitalistische interne hiërarchie, cultuur en nieuwe staatsbureaucratie. Dit is de socialistische visie op nationalisaties. Wat we vandaag kennen zijn echter kapitalistische nationalisaties.
Lees hier een uittreksel van het Overgangsprogramma van 1938
De onteigening van de particuliere banken en het tot staatszaak maken van het kredietsysteem
Imperialisme betekent heerschappij van het financiekapitaal. Naast en vaak boven de concerns en trusts houden de banken het feitelijke commando over de economie in handen. In hun bouw weerspiegelen de banken in geconcentreerde vorm de hele structuur van het hedendaagse kapitalisme: in hen verenigen zich de tendensen tot het monopolie met de tendensen tot anarchie. Ze verwezenlijken wonderen van techniek, reusachtige ondernemingen, machtige trusts, maar ze veroorzaken ook de hoge prijzen, crisis en werkloosheid. Niet één ernstige stap kan men doen in de strijd tegen de willekeur van de monopolies en de kapitalistische anarchie, die elkaar in hun vernietigingswerk aanvullen, als men de commandoposten van de banken in handen van de grote financiers laat. Om een uniform, volgens een oordeelkundig plan opgebouwd en in het belang van het hele volk werkend investerings- en kredietsysteem te scheppen, moeten alle banken tot één enkel nationaal instituut verenigd worden.
Slechts de onteigening van de particuliere banken en de concentratie van het gehele kredietsysteem in handen van de staat, zal hieraan de vereiste reële, d.w.z. materiële, en niet alleen papieren en bureaucratische middelen voor een planmatige organisatie van de economie bieden. De onteigening van de banken betekent in geen geval onteigening van de bij de banken belegde gelden. Integendeel, één uniforme staatsbank kan de kleine spaarders veel voordeliger voorwaarden verschaffen dan de particuliere banken. Om dezelfde reden kan alleen de staatsbank aan boeren, ambachtslieden en kleine handelaren goedkope speciale kredieten verlenen. Nog belangrijker is echter, dat de gehele economie, vooral de zware industrie en het transport, als ze door één enkele generale staf voor de financies geleid wordt, de levensbelangen van de arbeiders en van alle andere werkenden zal dienen.
Echter, slechts dan zal het in bezit nemen van de banken door de staat deze weldadige resultaten ten gevolge hebben, als de staatsmacht zelf uit de handen van de uitbuiters overgaat in de handen van de werkers.