Het is een oud zeer dat leeft bij vele militanten, leden en sympathisanten van links: waarom treedt links zo versnipperd ten strijde? Waarom kunnen we ons niet allen samen verenigen?
Vonk heeft altijd gesteld dat er geen linkse eenheid mogelijk is naast en/of buiten de grote organisaties van de arbeidersbeweging in België: SP en PS, ABVV/FGTB en ACV/CSC.
Ons aller Annemie Neyts betreurt als voorzitter van de Europese ministerraad in Doha dat er in de Wereldhandelsorganisatie (WTO) kennelijk geen plaats is voor sociale en arbeidsnormen. Als liberaal zal dat Annemie amper zijn opgevallen, maar de PS en Ecolo stonden erop dat ze deze kritiek in haar eindverklaring opnam. Na Bill Clinton in Seattle worden dus nu ook de Belgische liberalen sociaal gevoelig?
Kinderarbeid is een van de meest degoutante uitwassen van de klassenmaatschappij. In een tijd van spitstechnologie en fabuleuze rijkdom zijn miljoenen kinderen nog steeds gedoemd om in lamentabele omstandigheden te gaan werken voor een hongerloon.
Als een muur voor de socialistische omvorming van de maatschappij staat het kolossale staatsapparaat. In dit document wordt ingegaan op een aantal fundamentele vragen. Wat is de oorsprong van de staat? Wiens belangen dient zij? Kan de staat hervormd worden of moet zij helemaal omvergeworpen worden? Door wat moet het staatsapparaat vervangen worden; moet het eigenlijk wel vervangen worden?
Vooral de laatste tien jaar is het ideologisch tegenoffensief van de burgerij zeer ver gegaan in het discrediteren van alles wat maar in de verste verte met socialisme te maken heeft. Daarbij zijn twee opvallende constanten waar te nemen: enerzijds zouden revolutionaire ideeën utopisch zijn, anderzijds zouden ze toch maar tot totalitaire regimes leiden. Het volgende artikel heeft de bescheiden ambitie enig weerwerk te bieden tegenover deze vooroordelen en zal meerbepaald ingaan op de functie van kunst in een maatschappij, zowel zoals de situatie vandaag is als die in het verleden geweest is.
Vooral de laatste tien jaar is het ideologisch tegenoffensief van de burgerij zeer ver gegaan in het discrediteren van alles wat maar in de verste verte met socialisme te maken heeft. Daarbij zijn twee opvallende constanten waar te nemen: enerzijds zouden revolutionaire ideeën utopisch zijn, anderzijds zouden ze toch maar tot totalitaire regimes leiden. Het volgende artikel heeft de bescheiden ambitie enig weerwerk te bieden tegenover deze vooroordelen en zal meerbepaald ingaan op de functie van kunst in een maatschappij, zowel zoals de situatie vandaag is als die in het verleden geweest is.
In de opeenvolgende massale betogingen tegen de bijeenkomsten van de wereldleiders in Seattle, Göteborg, Genua enzovoort, treedt een nieuwe generatie naar voren. Net zoals in 1968 grijpt de revolte eerst om zich heen bij jongeren en studenten. Net zoals in 1968 ook speelt zij zich niet af tegen een achtergrond van economische recessie, maar wél aan de vooravond ervan. Wellicht is het net vanwege die onbewuste “timing” dat de nieuwe beweging haar climax nog lang niet heeft bereikt.
Veertig jaar geleden daverde België gedurende 35 dagen op zijn grondvesten. De algemene staking van ’60-’61 was niet louter een interprofessioneel sociaal conflict of een veralgemeende werkonderbreking van vijf weken. Het was, in de woorden van J. Coppé, redacteur bij La Wallonie het Luikse dagblad dat gedeeltelijk gefinancierd werd door de socialistische metaalvakbond en voorganger van het huidige “Le Matin” een “maatschappijbreuk”.