Theorie

Belgische films die een arbeidersstaking als onderwerp hebben zijn zeldzaam. Nog zeldzamer zijn films waar de arbeiders het woord nemen en hun ervaring met collectieve acties uit de doeken doen. In de documentaire “Rien ne nous est donné” staat de staking centraal, “het enige wapen waarover we beschikken” zoals Sergio, een getuige in de film, zo treffend verwoordt. Het is een Franstalig documentaire, maar er bestaan plannen om ook een versie met Nederlandstalige ondertitels uit te brengen .

Hoewel het duidelijk is dat het kapitalisme niet kan worden hervormd vanuit zijn bestaan, maar in plaats daarvan moet worden omvergeworpen door een revolutie, vragen veel mensen vaak: "Is een socialistische revolutie op internationale schaal eigenlijk realistisch?” Om deze vraag te beantwoorden, is het de moeite waard om naar een paar historische voorbeelden te bekijken.

Tot juli 2018 is de expositie Zwart en Revolutionair te bekijken bij Vereniging Ons Suriname in Amsterdam, een expositie over het uiterst interessante leven van Otto en Hermina Huiswoud. Dit revolutionaire echtpaar was in de vergetelheid geraakt, maar is door inspanningen van New Urban Collective en The Black Archives weer in de spotlights gezet.

Er zijn boeken die je zo aangrijpen dat je er niet over uitgepraat geraakt. Het gaat verder dan de herkenning, ze zetten je aan het denken, houden je een spiegel voor en confronteren je met je eigen keuzes. De biografie die Rachel Holmes schreef over de jongste dochter van Karl Marx is zo’n boek: ze kreeg er zowel uit politieke als literaire hoek uitmuntende kritieken voor.

De eerste keer dat de internationale arbeidersbeweging grondig over de kwestie van arbeidsmigratie discussiëerde, was in 1907. In Stuttgart kwam toen het congres van de Tweede (socialistische) Internationale samen. Terwijl de rechtervleugel argumenteerde voor toelatingsvoorwaarden, behaalde de linkerzijde een klinkende overwinning. Lenin en Karl Liebknecht voorop, waren ze tegen het steunen van elk criterium.

Bertold Brecht, de grote voorvechter van het politieke toneel, wilde zijn publiek wakker schudden, uit hun comfortzone halen en doen nadenken. Het was niet langer de bedoeling dat je je zou vereenzelvigen met de held en jezelf zou verliezen in de illusie. De vervreemding van het vanzelfsprekende zou volgens hem leiden tot de broodnodige reflectie op de maatschappelijke realiteit. Kunst en maatschappijkritiek gingen hand in hand. Vanaf de jaren 70 tot midden 80 van de vorige eeuw maakte het politieke vormingstheater ook opgang in Vlaanderen.

Mei 68 was niet louter een studentenrevolte maar de grootste algemene staking ooit uit de geschiedenis. Tien miljoen arbeiders bezetten wekenlang hun bedrijven. Dit aantal kwam toen overeen met één vierde van de gehele Franse bevolking. Als je dat bedenkt is het wel vreemd dat de talrijke publicaties die de afgelopen jaren over de meigebeurtenis zijn uitgebracht, steeds weer lijken te vertrekken vanuit het beeld van de idyllische studenten: een hoop hippies die vooral tegen het gezag in de vrije liefde wilden bedrijven en drugs gebruiken.

Het Manifest van de Communistische partij is vandaag nog actueler dan bij zijn verschijning in 1848. Toen Marx en Engels hun werk schreven was het kapitalisme van de grote monopolies verre van verwezenlijkt. Desondanks leggen zij uit hoe de "vrije onderneming" en de concurrentie onvermijdelijk leiden tot kapitaalsconcentratie en monopolievorming van de productiekrachten. Dit langere artikel van Alan Woods gaat in op de historische context waarin het Manifest tot stand kwam en legt het verband met de situatie vandaag.